zondag 15 mei 2016

God spreekt jouw taal (preek Pinksteren 15 mei 2016)


Gisteren schreef ik deze preek op het moment dat de nieuwe bisschop van Den Bosch werd geïnstalleerd, Gerard de Korte. De kerk moet volgens hem 'helder en gastvrij' zijn. Een kerk die niet verdeeld is, maar verbinding zoekt binnen de kerk en tussen de verschillende kerken. Hij herhaalde zijn verlangen naar goede contacten met protestanten. Na deze preek ging ik verder met mijn eigen preek en twitterde: na #dekortepreek nu een #langepreek... ;)

Het is niet gemakkelijk om het Pinksterfeest uit te leggen. De omstanders in het verhaal zeggen het al: 'Wat heeft dit alles te betekenen?' Het verhaal is nog wel na te vertellen. Maar je voelt het ongemak bij de 'soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreiden en zich op ieder van hen neerzetten'. De verteller lijkt er zelf ook wat moeite mee te hebben. Hij probeert het zo concreet mogelijk te beschrijven. En hij komt niet verder dan een 'soort' vlammen die zich 'als vuurtongen' verspreiden. Maar geen idee wat vuurtongen dan zijn. Het blijft vaag. Wat gebeurt hier nou eigenlijk? En vooral: wat betekent het?

Zoeken naar de betekenis van Pinksteren met kinderen
Een jaar geleden waren de leerkrachten van de Juliana van Stolbergschool blij dat ik juist toen begon om in het kader van mijn missionaire opleiding elke woensdagochtend op school te zijn. Want dan kon ik misschien wel Pinksteren uit komen leggen in de klas. Ga er maar aan staan. Het werd een zoektocht, samen met de leerlingen. Aan de hand van hun vragen. En deze week mocht ik weer. En juist op het moment dat ik dacht: nu kan ik het helder uitleggen, was er een leerling die na een half uur zei: ik snap nog steeds niet waar Pinksteren over gaat.

Het Evangelie vertellen is maatwerk
Het lijkt alsof je het antwoord nooit hebt, en het antwoord zich steeds opnieuw moet vormen. En misschien is dat juist de essentie van het Pinksterverhaal. Het is maatwerk. Het evangelie vertellen is maatwerk.

God spreekt jouw taal
Dat lees je ook in het verhaal over Pinksteren.

zondag 8 mei 2016

En wat, als je er even niet meer in gelooft? Preek Wezenzondag (en moederdag) 8 mei 2016

Tekst: Johannes 14: 15-21

Vandaag is het Moederdag en in de kerk Wezenzondag. Een bijzondere combinatie. Zeer velen maken mee dat ze hun beide ouders een keer in hun leven verliezen. En Jezus? Verliezen we hem met de hemelvaart? Jezus zegt dat hij zijn leerlingen niet als wezen achterlaat. Maar wat kunnen we daarmee? Voor onszelf, maar ook in de kerk? Een verweesd gevoel maakt zich wel eens van ons meester als we het gevoel hebben dat we er alleen voor staan, en dat het allemaal van onszelf afhangt. Ook in de kerk. Is er richting Pinksteren geen ander perspectief? Hoe blijft Jezus betrokken bij zijn kerk? En hoe kunnen wij daarop bouwen en vertrouwen? 

Wat een bijzondere combinatie van dagen is het deze zondag: het is Moederdag en in de kerk Wezenzondag. Ze versterken elkaar als je ze samen noemt. Als je vandaag Moederdag viert bij je moeder, dan weet je dat er eens een dag zal komen dat je geen moeder meer hebt. Natuurlijkerwijs gesproken. En als je dan ook geen vader meer hebt, hoe oud je ook bent, zul je toch wees zijn. Het is een belangrijk moment in het leven waar ik bij de uitvaart van een laatste ouder altijd even aandacht aan geef. Dat je geen ouders meer hebt.

Gemis
En in de reacties op de voorbereiding van de preek hoor ik dat ook terug. Dat hoe oud je ook bent, je je ouders kunt missen. Tegelijkertijd wordt ook verteld dat je je kinderen kunt missen. Als ze lang op vakantie zijn bijvoorbeeld. Dan is het toch fijn als ze weer thuis zijn. Maar ook: het zal je maar gebeuren dat je een kind moet verliezen. Of dat je weet dat natuurlijkerwijs gesproken het wel eens zo zou kunnen zijn dat je je kind overleeft. Herman van Veen verwoordde zo hoe moeilijk dat is: een vrouw wiens man is overleden heet weduwe, een man wiens vrouw is overleden weduwnaar, kinderen van wie de ouders zijn overleden heten wees, maar hoe noem je ouders die hun kind verloren hebben? Daar zijn geen woorden voor...

Natuurlijkerwijs gesproken komt het gelukkig het meest voor dat we wees raken, ergens in ons leven. Hoe vroeger dat is in je leven, het meer te vroeg dat voelt. Ik kan me er nog geen voorstelling bij maken. Voor anderen is die realiteit, ook als half-wees, maar al te waar. Het is de ervaring daarbij waar Jezus op aansluit als hij zegt: 'Ik laat jullie niet als wezen achter, ik kom bij jullie terug.'