Tekst: Jesaja35: 1-7 en Johannes 20: 1-18
Afgelopen
donderdagmiddag was deze kerk gevuld met bijna 200 kinderstemmen. En die zongen
dat Jezus leeft en dat de steen helemaal weg is. Foetsie! Bijna 200 leerlingen
van de Prins Bernhardschool waren ook even 200 kerkgangers, met hun
leerkrachten erbij en een aantal ouders en grootouders die tijd konden maken om
erbij te zijn. En ze hoorden het paasverhaal dat ze al een paar weken eerder op
school hadden gehoord. Toen was ik bij hen.
Opdracht
En ik had ze een opdracht gegeven.
Het paasfeest is dus het feest waarop we vieren dat Jezus is opgestaan uit de
dood. 'Dat kan toch eigenlijk niet' riepen er meteen een paar. Klopt, zei ik,
en daarom vieren we feest. Omdat het leven van Jezus niet stopte. Dus is Pasen
het feest van een nieuw begin als je denkt dat er helemaal geen nieuw begin
meer mogelijk is. Bedenk maar eens iets wat je kunt doen, of wat andere mensen
doen in situaties waar geen nieuw leven meer mogelijk lijkt of geen hoop meer
is of waar je denkt: hier stopt het. Bijvoorbeeld een school die gebouwd wordt
op de puinhopen van oorlog door een goed doel, of dorre aarde waar zaadjes in
geplant worden, zodat er weer nieuw leven uitkomt.
De klassen
gingen creatief aan de slag.