dinsdag 24 januari 2017

Waarin vind je je houvast voor het nieuwe jaar? Preek Oud en Nieuw 2016

Wat een jaar hebben we achter de rug. Het is er niet echt gezelliger op geworden. We hebben moeten wennen aan een nieuwe realiteit van aanslagen in Europa, maar ook van hardere tegenstellingen in onze samenleving. Het pleidooi van Jan Terlouw over het touwtje uit de brievenbus van vroeger dat we missen werd kort samengevat door iemand op Twitter, hij had minder dan 140 tekens nodig: het touwtje van Terlouw is een kort lontje geworden. Dat touwtje uit de brievenbus, dat symbool is van vertrouwen in elkaar, is vervangen door een kort lontje waarin iedereen heel heftig op elkaar reageert. En waarbij vervolgens iedereen heel verontwaardigd is over de heftigheid van de reactie van de ander.

Ons leven is kwetsbaar
Die nieuwe realiteit draagt bij en komt voort uit een steeds sterker wordend gevoel dat ons leven kwetsbaar is. En niet alleen maar in de klassieke zin dat ons leven eindig is. Ons leven voelt voor veel mensen ook meer bedreigd dan voorheen. Daar zijn de aanslagen slechts excessen van. Gelukkig maar. Maar veel mensen ervaren aan den lijve dat de wereld aan het veranderen is. De grote wereld wordt kleiner. Afstanden worden makkelijker te overbruggen. Andere culturele invloeden komen binnen in ons land. Werk wordt minder vanzelfsprekend, zorg ook. Niet alles heeft noodzakelijkerwijs met elkaar te maken, maar het komt wel allemaal bovenop elkaar. Het gaat gepaard met politieke aardverschuivingen, een nieuwe politieke onredelijkheid die zijn eigen redelijkheid heeft en ook zijn eigen gelijk. Maar die ons niet meteen gelukkiger maakt.

En vervolgens zit iedereen vanavond thuis of bij elkaar en komt de vraag op: waar gaan we in het nieuwe jaar naartoe? Wat brengt het nieuwe jaar ons? Want per saldo willen we allemaal hetzelfde: gelukkig, veilig en geborgen leven.

Geen gemakkelijke tijden in de bijbel
We lezen vanavond bijbelteksten die niet boven die nieuwe realiteit staan, maar die er midden in staan. In een realiteit die ook de hunne was.
Op hun manier. Jesaja spreekt in een tijd van oorlog in het Midden-Oosten. Geweld tussen volken, overheersing door andere culturen en religies. En Paulus spreekt in zijn brief aan de inwoners van Rome in een tijd van vervolging. Geen gemakkelijke tijden dus, en veel bedreigender dan de onze, hier in Nederland. Wanneer zij dus spreken over vertrouwen in God, dan is dat niet gemakkelijk gezegd, ook niet tegen ons. En moeten we goed peilen wat er bij hen op het spel stond.

Geloof van het grote NIET 
In een tijd van oorlog en vervolging komt het erop aan waar je zelf voor staat. Het komt erop aan hoe jij wil leven. Volgens welke normen en waarden, en welke visioenen op een betere wereld. De neiging in tijden van bedreigingen is om in tegenstellingen te vervallen. Je positie te laten bepalen door die van de ander. Een Geloof van het grote NIET noem ik dat. Ik wil niet zijn zoals die ander. Ik wil niet geloven zoals die ander. Ik wil niets te maken hebben met die ander. Ik ben anders. Het Geloof van het grote NIET.

Twee richtingen in het geloof van het grote NIET
Dat Geloof van het grote NIET kan twee richtingen uitgaan. In de eerste richting worden grote tegenstellingen gecreëerd met de veranderde tijd. Hierdoor verharden posities zich. En werk je eigenlijk mee aan de conflicten. De andere richting van het Geloof van het grote NIET is door te ontkennen dat er een tegenstelling is tussen je geloof en de nieuwe realiteit. En mee te praten met mensen die het anders willen gaan doen. Waarbij je je eigen normen en waarden vergeet.

We zien excessen van deze twee richtingen in enerzijds militante groeperingen in woorden en daden die vasthouden aan hun eigen levenswijze en zogenaamde moraal. Die staan daarmee volstrekt buiten de alledaagse realiteit, waarin nu eenmaal dingen veranderen. En anderzijds vinden we excessen in collaborerende groeperingen die meepraten en kritiekloos bevestigen dat de nieuwe orde noodzakelijk is om orde op zaken te stellen. Die gaan te veel mee in alle veranderingen en de schreeuw om een nieuwe orde.

Of het moet niet anders, of het kan niet meer anders
De zwarte piet discussie is, om hem één keer te noemen, een voorbeeld om het duidelijk te maken, hoewel de discussie in geen verhouding staat tot de spanning in de wereld van toen en nu. Maar in deze discussie vind je aan de ene kant bijna militante verdedigers van zwarte piet, en aan de andere kant bijna militante verdedigers van dat het anders moet. Of het nu erom gaat dat het NIET anders moet worden, of dat het NIET meer kan zoals het was, het zijn kleine uitingen van het Geloof van het grote NIET.

Het Geloof van het grote NIET gaat dus aan de ene kant om per se vasthouden aan hoe het was en dat het niet anders mag gaan, zonder na te denken of je geloof misschien zou vragen om andere woorden en daden in een nieuwe tijd. En aan de andere kant om het per se vasthouden aan dat het niet meer zo kan als vroeger en dat het veranderen móet, zonder je af te vragen of je daar niet misschien iets waardevols mee weggooit. Ik heb dat aan de hand van een relatief onschuldig voorbeeld willen illustreren, juist ook om geen nieuwe tegenstellingen te creëren.

Het geloof van het grote WEL
Dat Geloof van het grote NIET gaat niet over waar we in ons geloof voor staan. Het zijn reacties op anderen. Het is niet een geloof waar je WEL voor staat. God is niet een God van het NIET, maar een God van het WEL. Ja, God is ook kritisch, maar niet vanuit wat anderen vinden, maar vanuit wat Hij zelf vindt.

En in tijden van bedreigingen spreken Jesaja en Paulus over die God. Over de God van het WEL. In een tijd die verandert en zelfs aan verwoestingen onderhevig is. We zien de beelden van die verwoestingen in onze tijd voorbij komen, dichtbij en ver weg. Je eerste neiging is om te reageren. Maar wat vraagt ons geloof van ons? Wat vraagt God van ons?

Gods liefde blijft! 
Eigenlijk vraagt ons geloof helemaal niet in eerste instantie om een reactie. God biedt ons iets aan: God zegt: ik blijf. Mijn liefde blijft. Wacht even, dat is wel eens wat anders dan een tijd die om ons heen verandert. God blijft! Daar mogen we in geloven. Ons geloof staat of valt niet met een tijd die verandert. Niet alles blijft zoals het is, maar God blijft. Zijn liefde blijft! En Jesaja en Paulus getuigen ervan wat voor kracht dat geeft in tijden van oorlog en vervolging. 'Wij horen bij Christus', zegt Paulus, 'en Christus hoort bij ons. Niets kan dat veranderen. Ook al moeten we lijden, ook al worden we vervolgd of bedreigd. Ook al hebben we honger, ook al zijn we arm, ook al is ons leven in gevaar. Maar hoe zwaar het ook wordt, we zullen alle moeilijkheden overwinnen. Want God houdt van ons.'


Ons geloof is een Geloof van het grote Wel. En onze God een God van het grote WEL. Ook al is er zoveel liefdeloosheid, ik geloof in de liefde. Ook al is er zoveel duisternis, ik geloof in het licht. Nee, dat licht zal niet meteen overal schijnen, en het verzekert ons niet van een jaar zonder duisternis, maar dat lichtje is wel een lichtpuntje, dat hoe donkerder het wordt, steeds meer zichtbaar zal zijn. Blijf dat licht aansteken, sta ervoor. Want God staat ervoor. En God blijft!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten