foto: eo.nl |
Als je aan mensen vraagt of ze geloven, en wat ze dan
geloven, dan klinkt er vaak een stamelend: ik geloof dat er meer is. Kennelijk
is dat een gevoel dat veel mensen aanspreekt in geloven: geloven dat er meer
is. Maar wat is dat dan? En wat heb je eraan?
Geloven dat er meer is roept meteen de vraag op: en meer dan
wat dan? Ik denk dat dat voor iedereen verschillend is. Er zijn tal van
situaties denkbaar die je doen afvragen: is dit het nou? Is dit alles? Is dit
de wereld zoals die bedoeld is? Veel mensen blijven met lege of halflege handen
staan, of wat ze hebben wordt in het leven uit hun handen geslagen. Ons leven
is kwetsbaar, net als dat van onze lieve naasten. Er veel kan tegenzitten, in
je relatie, de relatie met je kinderen en je ouders, met je vrienden. Het kan
moeilijk zijn op het werk of om werk te vinden. Of juist de overvloed aan
mogelijkheden en verworven welvaart kan de vraag oproepen: is dit nu alles? En
hoe langer hoe meer merken we in ons leven dat je leven brozer wordt, zeker als
je ziek wordt, bent of blijft. Of alleen overblijft. En is dit het dan?
Voel je dat het minder is, of voel je een verlangen naar
meer?
En dat roept allemaal verschillende gevoelens op.
Het kan verdrietig stemmen, misschien machteloos, weemoedig,
of zelfs boos. Iedere situatie heeft recht op zijn eigen gevoelens; ieder
beleeft het om zijn of haar manier. Allemaal proberen we op te staan en er een
weg in te vinden. En de een voelt duidelijker dat het minder is, en de ander
voelt duidelijker het verlangen naar meer dan het is. Meer dan dit. Meer dan
wat we meemaken in ons leven, en wat er van over blijft.
Geweld in de wereld doet verlangen naar meer
En dan hebben we het nog niet eens over het geweld in de
wereld. Het geweld dat mensen elkaar aandoen. De blijvende aanhoudende
conflicten in de wereld; de spanningen van dreigende conflicten. En er is het
natuurgeweld dat mensen overkomt, zoals op de eilanden in de Cariben, waaronder
Saba en Sint Maarten. In beelden van hoe de wereld er uit zou kunnen zien, komt
dat in ieder geval voor: geen geweld meer, naast geen ziekten, geen honger en
geen pijn. Ons leven in al zijn facetten doet verlangen naar meer. En de
bijbelverhalen doen ons geloven in meer.
Wat is dat meer dan?
Maar wat is dat meer dan? En wat kunnen we ermee? In het
verhaal van Elisa wordt het heel concreet voorgesteld. En tegelijkertijd tart
het onze verbeelding. Als de bediende van Elisa de Arameeëse strijders zit
aankomen en hij in paniek naar Elisa toe rent, zegt Elisa: 'Wees niet bang. Wij
zijn met meer dan zij.' Dat klinkt volstrekt onredelijk. Hoezo, tel eens man
met hoeveel wij zijn. We gaan ten onder in het geweld. Hoezo, kun je in meer
geloven als niets in het leven daar aanleiding toe geeft, of de hoop wel erg
ver te zoeken is?
En toen bad Elisa: ‘HEER, open zijn ogen en laat het hem
zien.’ Wat dan? Wat moet je zien dan? Wat valt er te zien dan? En toen opende
de HEER Elisa’s knecht de ogen, en toen zag hij dat de heuvels vol
stonden met paarden en wagens van vuur, die Elisa omringden... Kun je dat
geloven? Kun je dat geloven in een conflict, waarin je het onderspit dreigt te
delven, of waarin talloze onschuldige slachtoffers vallen? Kun je geloven dat
je met meer bent?
Het gaat zelfs nog verder. Waar Elisa's knecht de ogen
worden geopend, worden die van de Arameeëse strijders gesloten. Toen zei Elisa
tegen de strijders die naar hem op zoek waren: '‘U bent verkeerd. Dit is niet
de stad waar u zijn moet. Volg mij, dan zal ik u de weg wijzen naar de man die
u zoekt.’ Hij leidde hen naar Samaria, 20en daar
aangekomen bad hij: ‘HEER, open hun ogen en laat hen weer zien.’ De HEER
opende hun de ogen, en toen zagen ze dat ze zich midden in Samaria
bevonden.'
Een onverwachte wending
Gewonnen! zou je denken. Maar het verhaal neemt een
onverwachte wending. 'Toen de koning van Israël de Arameeërs
zag, vroeg hij aan Elisa: ‘Wat vindt u, vader? Zal ik ze
doden?’ ‘Nee,’ antwoordde Elisa, ‘dood hen niet. Hebt u ze soms
met uw eigen wapens krijgsgevangen gemaakt, dat u hen zou doden? Zet hun een
maaltijd voor, zodat ze kunnen eten en drinken, en laat hen teruggaan naar hun
heer.’' En door dat te doen vielen de Arameeërs Israël hierna niet meer binnen.
Meer neutraliseren, erboven staan
Wat gebeurt hier? Het conflict dat hier bestaat tussen twee
volken wordt volstrekt geneutraliseerd. De wapens worden uit de handen
geslagen. Bestek voor een maaltijd komt er voor in de plaats. Of misschien
mochten ze zelfs met hun blote handen eten. Hier wordt vrede gesticht. Niet als
uitkomst van een door een van de partijen verloren en een door de andere partij
gewonnen strijd. Hier wordt een conflict overstegen. En hier geldt een oude
voetbalwijsheid: je ziet het pas als je het ziet. Mensen zijn vaak blind in
conflicten. Geloof kan de ogen openen dat er meer is.
Naïef of reëel?
Is dat niet erg naïef? Dat is nog maar de vraag. Kijk naar
de situatie in Noord-Korea. Een gespannen situatie waarbij je niet te gauw moet
denken: ga maar rustig slapen. Het lijkt ver weg, en dus ook een ver van ons
bed show, maar het is dichterbij dan je denkt. De wapens zijn overweldigend. En
wat moet je dan? Misschien eerst maar eens het conflict neutraliseren. Hoe weet
ik ook niet, maar het betekent in ieder geval stoppen met strijdtaal, en
misschien eens gaan praten en samen eten. Want wat is het alternatief? Je kunt
wel zeggen: theedrinken is voor watjes. Maar wat dan? Bommen op Pyong-Yang en
daarna een tegenbom op Seoul? Met alle gevolgen van dien? Een wereldoorlog op
een continent dat nog maar 70 jaar geleden zo geleden heeft onder wederzijds
geweld?
Geloven in meer kan de moed geven om conflicten te
overstijgen en te zoeken naar oplossingen. Wat is de wereld wijzer geworden van
ingrijpen in Irak en Afghanistan? Waarbij ik niet zeg dat we dat niet hadden
moeten doen; dat weet ik niet. Ik weet alleen wel dat het ook niks heeft
opgelost.
Het verhaal van Elisa kreeg ik cadeau van mijn oom Arie, die
dit verhaal naliet toen hij overleed deze zomer. Hij was een pacifist. En had
nog rondgelopen met een button 'ban de bom!' Hij was niet zo'n actievoerder,
maar hier stond hij voor op. En hij was ook wel een realist: soms moet je wat
doen. Maar dat is dan niet het einde van het verhaal, maar het begin. Dan moet
je er iets mee. Anders krijg je hooguit een gewapende vrede.
Er is meer
Want er is meer. Meer om op te vertrouwen, meer om op te
hopen, meer om lief te hebben, meer om voor te gaan, meer om in te geloven.
Geldt dat nou ook voor al die andere dingen die we noemden die het leven minder
mooi maken? Hoe kun je geloven in meer als het minder voelt? Dat zicht biedt
geloven. Hoe moeilijk soms ook. En net als in de situatie van Elisa geeft
geloof de kracht om ergens boven te staan. Verhalen als deze willen de moed
geven om niet te blijven bij hoe het is, maar proberen te zien dat er meer is.
Meer om op te vertrouwen, meer om op te hopen, meer om lief te hebben, meer om
voor te gaan, meer om in te geloven.
Hier blijft het niet bij
Want hier blijft het niet bij. Daar eindigt de bijbel ook
mee. Met een visioen van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Want eens zal
het mindere voorbij zijn. En dat is niet een vooruitzicht waar we nu maar mee
genoegen moeten nemen - stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw. Het is een
vooruitzicht om hier al te zien dat er meer is en dat er meer kan zijn. Je ziet
het pas als je het ziet. Maar geloof kan je ogen openen. Blijf eraan proeven,
dan zal het smaken naar meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten