Tekst: Efeze2: 8-22
Efeze (bron: www.bijbelseplaatsen.nl) |
In ons land ging
de discussie de voorbije weken veelvuldig over de invloed in Nederland van de
Turkse couppoging. Er is in Turkije na de couppoging een strijd aan de gang
tussen aanhangers van de AK-partij en vermeende sympathisanten van Gülen. En
die strijd lijkt over te slaan naar Nederland. De onrust die dat geeft houdt de
gemoederen aardig bezig.
Wat de meeste
verbijstering oproept is nog niet eens zozeer de onderlinge strijd, geloof ik.
Wat de meeste verbijstering oproept is de agressie tegen de Nederlandse
samenleving. Van nota bene in Nederland geboren Nederlanders van Turkse
afkomst. Opmerkingen dat ze maar terug naar Turkije moeten gaan, terwijl ze
daar nooit vandaan kwamen, komen voort uit de verbijstering dat sommige
Nederlanders van Turkse afkomst kennelijk geen Nederlander willen zijn. Dit
wordt dat afgezet tegen de trots die Amerikanen van buitenlandse afkomst hebben
als ze eindelijk Amerikaans staatsburger worden. Waarbij ze zelfs openlijk elke
loyaliteit aan de buitenlandse macht afzweren. Je bent en bent alleen
Amerikaan. En daar zijn ze trots op.
Wij in het oude
Europa kennen dat niet, dat je een andere nationaliteit moet afzweren om
Nederlander te kunnen zijn. En los van wat je politiek daarvan vindt nemen
sommige mensen blijkbaar de ruimte om hun Nederlanderschap onder te waarderen.
Waarop andere Nederlanders zeggen: ga dan maar weg. Je voelt dat dat eigenlijk
niet kan, want waar moeten ze dan heen? Ze horen bij ons. En zelfs die zin is
al niet goed: ze... Waarom laten wij ons verleiden tot hetzelfde wij-zij
denken? Waarom bevestigen we wat zij zelf zeggen, namelijk dat ze geen
Nederlander willen zijn? Ze zijn Nederlanders. Dat moeten ook wij niet
ontkennen.
Hoe we hier
politiek mee omgaan, dat is niet aan mij om daar iets over te zeggen. Ik
beschrijf alleen maar wat ik zie en ik denk dat alle feiten kloppen. Er zijn
Nederlanders die geen Nederlander willen zijn. Dat schokt en doet sommigen
zeggen: ga dan maar weg. Waarmee we net zoiets raars zeggen als zijzelf. En we
in wij-zij denken vervallen.
Ik moest hieraan
denken toen ik het stuk uit de brief van Paulus aan de inwoners van Efeze las. Efeze,
dat overigens in het huidige Turkije ligt.