zondag 1 februari 2015

Wat heb je eigenlijk met Jezus te maken? (preek 1 februari 2015)


Wat heb je eigenlijk met Jezus te maken? Waarom zou je een boodschap aan hem hebben? Voor wie vaker in de bijbel leest en in de kerk komt is dat een vreemde vraag. Maar in een samenleving waarin steeds minder mensen zeggen in Jezus te geloven, is dat wel een relevante vraag. Wat heb je eigenlijk met Jezus te maken? Waarom zou je een boodschap aan hem hebben?

Praat je gemakkelijk over je geloof met mensen die niet geloven? Bijvoorbeeld op je werk, of in je vriendenkring? Maar misschien ook binnen je gezin en familie? Wanneer je met niet-gelovigen praat over je geloof, dan stuit je vaak op onbegrip. Misschien krijg je nog geïnteresseerde vragen. Maar verder is het heel duidelijk dat dat geloof iets van jou is. En wat moet een ander met wat jij gelooft?

Is geloven alleen iets van jezelf?
In een samenleving met veel verschillende religies en levensbeschouwingen, en allerlei nieuwe en individuele spiritualiteit, zijn we gewend te raken te denken dat inderdaad dat geloof alleen maar iets van jezelf is. En daar zit meteen het idee bij dat je dat natuurlijk niet opdringt. En zo gauw een religieuze fundamentalist van welk genre dan ook aangeeft dat zijn religie de ware is en allesbepalend moet zijn in de maatschappij, dan worden we weer bevestigd daarin: geloof moet ieders vrije keuze zijn.

Daar mogen we niets aan af doen. Het is niet alleen een grondrecht in onze samenleving, maar ook een grondbeginsel van ons geloof. God gaat met ons een relatie aan, vrijwillig. Anders is het geen relatie, maar zouden we ondergeschikt zijn gemaakt. Voor geloven is het essentieel dat je vrij en eerlijk kunt besluiten te luisteren naar Jezus en te leven met God. De Bijbel staat vol van mensen die met God op weg gaan, en van mensen die hun eigen weg gaan. Daar kiezen ze voor. Aan dat grondrecht om zelf te kunnen beslissen of je gelooft en of het geloof je aanspreekt, doet ook de bijbel niets af.

Is daarmee alles gezegd?
Toch is daarmee niet alles gezegd. Je krijgt de indruk in de bijbel dat de woorden van God op zijn minst niet vrijblijvend zijn. Ze dwingen niet, maar ze worden op zijn minst ten strengste aanbevolen. Je keuze om al dan niet Jezus na te volgen lijkt ook consequenties te hebben. Dat als je niet voor God kiest, dat dat dan gevolgen heeft. Niet zo gek dus dat de bezeten man tegen Jezus zegt: 'Ben je gekomen om ons te vernietigen?'

Hoe vrij ben je om voor Jezus te kiezen? Wat als je gewoon niets met hem te maken wilt hebben? Dat moet toch ook kunnen? Ja, dat moet ook kunnen. In het Evangelieverhaal gaat het over het gezag van Jezus. Maar daarmee is geen dwingend gezag bedoeld, een sterke arm van de wet of welke macht dan ook. En toch is Jezus' gezag blijkbaar iets waar je niet onderuit kan. Maar wat is dat dan?

Het leven is meerduidig, maar Jezus is eenduidig
Het is heel opvallend dat de bezeten man zegt: 'Wat hebben wij met jou te maken, Jezus van Nazareth? Ik weet wel wie je bent, de heilige van God.' Het is duidelijk een rommeltje in het hoofd van deze man. Zo in bezit genomen als je kan zijn van alle impulsen en van alle driften en verlangens die een mens gek kunnen maken - zo spreekt hij in meervoud. 'Wat hebben wij met jou te maken, Jezus van Nazareth? Ben je gekomen om ons te vernietigen?' Maar met dat hij zo Jezus aanspreekt verraadt hij dat hij weet wie Jezus is. Hij zegt zelfs, en dan weet hij het ineens heel helder en in de ik-vorm: 'Ik weet wel wie je bent, de heilige van God.' Die woorden van Jezus, die doen kennelijk wat met hem. Hoezeer hij er niets mee te maken wil hebben. Hij voelt dat die woorden ook over hem gaan. Dat ze zijn bezetenheid ontregelen. Dat ze zijn leven dat hij zo goed in eigen bezit had storen.

Kennelijk brengen de woorden van Jezus iets teweeg waar je niet zomaar omheen kunt. Natuurlijk ben je vrij om de woorden naast je neer te leggen. Maar tegelijkertijd moet je er iets mee. Niet omdat ze je opgelegd worden. Maar omdat ze gezag hebben. Omdat ze zeggingskracht hebben. Je kunt niet zomaar om Jezus heen. Als we ons geloof en de woorden van Jezus met anderen delen, dan mag dat nooit de bedoeling hebben de ander te overtuigen. Daar zit niet de kracht van de woorden van Jezus in. Niet in de argumentatie of de strengheid of de dominantie ervan of wat dan ook. Nee, de woorden van Jezus spreken voor zichzelf. Met gezag. Al 2000 jaar klinken ze steeds weer. En zou je zonder kunnen? Natuurlijk kun je je inspiratie uit tal van andere teksten halen en van inspirerende sprekers. Maar de woorden van Jezus hebben kennelijk een soort eeuwigheidswaarde. Er gebeurt iets als Jezus spreekt.

En dat voelt de bezeten man goed aan. Hij is er bang van. Zouden wij dat ook niet zijn? Niet vanwege een oordeel of iets dergelijks. Dat maken wij ervan. Ja, het voelt als een oordeel. Maar wat Jezus eigenlijk doet als spreekbuis van God is ons leven in een helder licht zetten. En niet om ons in onze hemd te zetten. Maar wel om ons aan het licht te brengen. Hoe is je leven er werkelijk aan toe? Hoe bezeten ben je van alles wat je verwacht, verlangt, begeert, bezit, plant en doet? Jezus' woorden storen. Brengen ons even uit onze zelfbedachte balans die slechts het gemiddelde is van al onze pieken en dalen. Die ons geen rust geven. Die woorden kunnen we niet negeren. Want we weten dat het klopt wat ze zeggen. Alleen maakt het ons wel bang. Halen ze ons niet uit onze balans? En wat krijg je ervoor terug?

Jezus' woorden zijn niet zomaar woorden
Jezus' woorden brengen iets teweeg. Dat is het gezag dat mensen erin voelen. 'De mensen waren diep onder de indruk van zijn onderricht, want hij sprak hen toe als iemand met gezag, niet zoals de schriftgeleerden.' Wat zal het verschil zijn geweest?   

Mozes vertelt erover in Deuteronomium. God zegt daarin dat Hij profeten geeft aan zijn volk. Waarom? 'U hebt de Heer daar immers zelf om gevraagd', zegt Mozes. Want: 'U zei: "Wij kunnen het stemgeluid van de Heer, onze God, en de aanblik van dit enorme vuur niet langer verdragen; dat overleven we niet. ' De woorden van God branden blijkbaar in hun ogen en in hun oren. Net als die bezeten man zijn ze bang om vernietigd te worden. Niet omdat God ons wil vernietigen, maar omdat Zijn woorden ons storen. Ze zijn te rauw als ze zomaar over ons worden uitgestort. En daarom stuurt God profeten.

God spreekt daar vervolgens wel streng over. 'Wie niet luistert, zal ik ter verantwoording roepen'.  En een profeet moet niet met de woorden aan de haal gaan. Maar het allerbelangrijkste komt hierna: 'Misschien vraagt u zich af: Is er een manier om te bepalen of een profetie al dan niet van de Heer komt? Die is er inderdaad: als een profeet zegt te spreken in de naam van de Heer, maar zijn woorden komen niet uit en er gebeurt niets, dan is dat geen profetie van de Heer geweest. Heb geen ontzag voor een profeet die zich dat aanmatigt.'  Het gezag van de woorden van God zit hem er dus in dat er iets gebeurt. Niet omdat het een profeet, een dominee of een gelovige is die woorden van God zegt te spreken. Maar omdat er iets gebeurt. Omdat Gods woorden iets teweeg brengen.

Jezus woorden krijgen gezag
Dat is het verschil tussen de woorden van Jezus en die van de schriftgeleerden. Gezag hèbben Jezus' woorden niet. Die kríjgen Jezus' woorden, omdat er iets gebeurt. Jezus' woorden zijn niet waar omdat Jezus dat vindt, of omdat wij dat vinden. Ze worden daadwerkelijk waar omdat ze iets doen. Er gebeurt iets.

Neem dus ook niets alles klakkeloos aan wat er gezegd wordt over God, maar voel of het waar is. Of er iets gebeurt. Of ze waar blijken. Geen slappe verhaaltjes, geen valse profetieën. Hol er niet achter aan. Voed je niet met lege calorieën die geen energie geven als je denkt dat dat je gelukkig maakt. Ze kosten je alleen maar energie. Voed je met woorden die daadwerkelijk waar blijken. En niet omdat ik ze zeg, of beter omdat Jezus ze zegt, maar omdat ze daadwerkelijk iets zinnigs zeggen, ook al storen ze ons in ons leven.

Ga ervoor; de woorden bewijzen zichzelf

Volg geen valse, dat wil zeggen: lege, profetieën. Maar wees ook niet vals bescheiden als het om het praten over je geloof gaat. Ja, je moet een ander vrijlaten, dus nee, je moet niets opleggen. Maar de woorden bewijzen zichzelf. Ze zijn geen individuele voorkeur en alleen maar voor mij. Ze hebben gezag. Niet omdat jij ze zegt, maar omdat God het zegt. En er daadwerkelijk iets door laat gebeuren. God sprak: er zij licht. En er was licht. En Gods woorden werden vlees en bloed in Jezus Christus. En ze krijgen handen en voeten in ons. Ga ervoor!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten