Beluister de preek via Kerkomroep
Toon Hermans
dichtte:
Een kind, een
kind is zoveel meer,
dan een
aanstaande dame, of een aanstaande heer.
Wie niet in het
kind het wonder ziet,
die snapt het
hele liedje niet.
Als Jezus ziet
dat zijn leerlingen kinderen tegenhouden die bij Hem worden gebracht, zegt Hij:
‘Laat de kinderen tot Mij komen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van
God behoort toe aan wie is zoals zij.’
Mooie zinnen.
Maar hoe is dat dan? Zijn zoals een kind? We voelen denk ik allemaal wel iets
aan van wat Jezus zou kunnen bedoelen. Een kind is onschuldig, staat nog open
voor van alles. Je kunt je er van alles bij voorstellen wat Jezus zou kunnen
bedoelen met zijn als een kind. En kennelijk is dat belangrijk. Want zijn als
een kind is verbonden met het Koninkrijk van God. Het is belangrijk te zijn
zoals een kind, want dan kun je het Koninkrijk van God binnenkomen.
Laten we even
kijken of we iets meer te weten kunnen komen in de bijbel van wat Jezus zou
kunnen bedoelen met zijn zoals een kind. Daarvoor hebben we het verhaal dat
hierna komt nodig. Of eigenlijk het vervolg van het verhaal. Want er komt een
rijke jongeling naar hem toe, die vanaf zijn jeugd alles gedaan heeft wat God
geboden heeft. Jezus krijgt hem lief staat er en zegt: dan is het enige dat je
nog hoeft te doen je bezittingen te verkopen en het geld te geven aan de armen.
En vervolgens gaat de man terneergeslagen weg, want hij had namelijk veel
bezittingen.
En dan zegt
Jezus: ‘Wat is het moeilijk voor rijken om het koninkrijk van God binnen te
gaan.’ De leerlingen schrikken van zijn woorden en Jezus herhaalt ze en zegt,
en let goed op: ‘Kinderen, wat is het moeilijk om het koninkrijk van God binnen
te gaan.’ De leerlingen die eerst de kinderen tegenhielden worden nu door Jezus
zelf aangesproken als kinderen. Zijn als een kind heeft dus iets met rijkdom te
maken, of scherper gezegd: bezittingen. Misschien doelt Jezus daar vooral op:
dat kinderen geen bezittingen hebben. Dat ze niet gebonden zijn aan bezit,
status, geld. Zij hebben hun leven gekregen en zijn het leven nog volop aan het
ontdekken, maar ze hebben niet, ze zijn, als een kind. Zij zijn de laatste
generatie. Niet voor niets besluit Jezus zijn betoog met: ‘Vele eersten zullen
de laatsten zijn en vele laatsten de eersten.’
Laat de kinderen
er dus door, verhinder ze niet. En zet je in voor kinderen die in gevaar zijn.
Omdat ze niets hebben, de toekomst ook niet, als wij er niet voor ze zijn. Wij
hebben van alles en dat maakt ons rijk. Laten we wat we hebben gebruiken om te
kunnen zijn als een kind. Want wat we hebben, hebben we gekregen, net als de
kinderen, tot een zegen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten