Een lichte griep
heeft me de afgelopen dagen stil gezet. Dat was niet makkelijk. Terwijl mijn
geest onrustig bleef, hield mijn lichaam halt. Het dwong me echt stil te staan
bij het afgelopen jaar. Een bewogen jaar. En een rusteloos jaar. Er was veel in
beweging in het afgelopen jaar. Oekraïne, Syrië, Irak, Ebola. Het leek zo ver
weg, maar het kwam zo dichtbij. Er is het verdriet van velen om de vliegramp.
De strijd van IS vindt medestanders onder onze eigen mensen, geboren en getogen
Nederlanders. En geloofsgenoten worden vervolgd.
We voelen
daardoor de onzekerheid van een wereld in beweging aan den lijve. De vele
conflicten brengen enorme mensenmassa's op drift. Zoveel mensen op de vlucht,
zoveel mensen die hun dierbaren verloren. Zoveel mensen die liefde, geluk,
rust, vrede tekort komen. Zoveel kinderen die zo hartverscheurend alleen zijn
en geen warm thuis kennen. Zoveel ellende. Die onrust van de wereld staat aan onze
voordeur te bonzen, waarachter we ons veilig waanden. Het laat ons niet koud,
en we komen er niet los van. We moeten er iets mee. Omdat de wereld kleiner
geworden is, en wij deel van die wereld zijn.
Waardoor raken we zo rusteloos?
Het raakt de
zekerheden van ons bestaan. En als dan ook nog eens de crisis van ons vraagt
nieuwe wegen te zoeken in werk, inkomen, studie, pensioen en zorg, dan is er
inderdaad erg veel in beweging. Het maakt rusteloos. Zonder rust. Het was
opvallend dat er deze zomer nauwelijks sprake was van een komkommertijd. Die
heerlijke tijd van zinloos nieuws over mogelijk verdwenen poema's of slangen die
dan weer gezien werden en dan weer ontkend werden ooit te hebben bestaan.
Zinloos nieuws om elkaar van op te hoogte te houden tijdens de barbecues. Met
ministers die als één van de weinige aanwezige bewindslieden het woord moesten
voeren over tal van portefeuilles, waar ze eigenlijk geen verstand van hadden.
In overhemd, met korte mouwen, in de achtertuin. Die komkommertijd was er niet.
Begrijpelijk door de gebeurtenissen in de Oekraïne en het Midden-Oosten. Maar
het was meer dan dat. De wereld die op drift is krijgt ons in zijn greep en
maant ons voortdurend op onze hoede te zijn. Voortdurend waakzaam. Het maakt
rusteloos.
In de onrust van
de wereld is het moeilijk om de onrust in je eigen leven een plek te geven.
Want ook daar gebeurt veel. Veel mensen hebben zorg nodig, of zoeken werk en
inkomen. De wereld kan ook in je eigen kleine leven op zijn kop staan. En veel
in beweging brengen, zo niet alles veranderen. Ook dat maakt rusteloos.
Hoe vinden we rust bij God?
Waar is God dan
te vinden? Hoe ervaren we hem in alle beweging? In die rusteloosheid blijkt het
moeilijk God nabij te ervaren.
Alles concentreert zich zo op wat er in beweging
is, dat we nog nauwelijks God nabij kunnen voelen. En dat terwijl we er wel zo
naar verlangen om God dichtbij te voelen. Want de hele opsomming van alles wat
er in beweging is, zou je toch verslagen, wanhopig en treurig doen voelen. Wat
gaat het komende jaar brengen in al zijn onzekerheden? Waar kunnen we God
vinden, die het werk van onze handen bevestigt?
De wereld in
beweging is in alle rusteloosheid geneigd grote woorden te gebruiken en naar
grote antwoorden te zoeken. Dat schept tenminste duidelijkheid. Over vijanden,
over onzekerheden, bedreigingen, en uitdagingen van de tijd. En ook de kerk is
geneigd grote woorden te gebruiken. Over God, vrede en gerechtigheid. En we
tuigen een heel kerstfeest groots op, met toeters en bellen. En een boodschap
voor de wereld. Maar laat God zich vangen in die grote woorden en antwoorden?
Gaan die grote woorden niet net zo over de kleine mensen heen als de grote
woorden en antwoorden van de mensen in de wereld? Komen we zo werkelijk tot
rust?
Gods antwoord is genade
Waar kunnen we
God vinden in alle onrust en hectiek? Psalm 90 zingt: 'Laat ons uw genade zien,
Heer, onze God. Bevestig het werk van onze handen, het werk van onze handen,
bevestig dat.' Ja, dat is het. Uiteindelijk voelen we dat het niet uit onze
handen kan komen, wat ons rust brengt, maar dat onze rust van God komt.
Dat verlangen
naar God is verlangen naar genade. Andere vertalers noemen het liefelijkheid of
mildheid. In ieder geval iets dat van God afkomt, en niet van ons. We dwingen
het niet af door wat we doen, we krijgen het. Van God. Zijn genade zet ons in
alle rusteloosheid stil. En leidt ons af van wat we zelf willen doen en zeggen,
naar ons verlangen.
Verlangen, we
zeggen het zo mooi in onze taal, wil gestild worden. Verlangen vraagt om
verstilling. En dus minder om grote woorden en religieus fastfood. Kerkvader
Augustinus zei al: 'Onrustig is ons hart totdat het rust vindt in u'. In onze onrust vinden we God niet. En de
christelijke groep Sela zingt: 'Ik zie uit naar de Heer. Mijn hart verlangt
naar rust en ziet uit naar zijn komst.' We vinden God niet in onze grote
woorden en religieus fastfood, maar in verstilling. Om God de kans te geven
naar ons te komen. Als we God zoeken, in plaats van denken hem gevonden te
hebben, komen we Hem pas echt op het spoor.
En dan horen we
psalm 91: 'Ik zal bevrijden die mij liefheeft en beschermen wie met mijn naam
vertrouwd is. Roep je mij aan, ik geef antwoord, in de nood zal ik bij je zijn,
je bevrijden en met roem overladen, je overvloed geven van dagen. Ik zal je
redding zijn.' Om God nabij te ervaren hoeven we niet meer te doen dan hem lief
te hebben. En Johannes vertelt wat dat betekent: 'Kinderen, we moeten niet liefhebben
met de mond, met woorden, maar waarachtig, met daden. Dit is zijn gebod: dat we
geloven in de naam van zijn Zoon Jezus Christus en elkaar liefhebben, zoals hij
ons heeft opgedragen. Wie zich aan zijn geboden houdt blijft in God, en God
blijft in hem. Dat hij in ons blijft, weten we door de Geest die hij ons
gegeven heeft.'
Genade uit zich in kleine daden
De omkering van
vandaag zit hem hierin dat we in onze rusteloosheid van grote woorden God niet
zullen vinden, maar dat we hem kleine daden wel zullen vinden. Ik wil u dit
zeggen: in het afgelopen jaar was er de nodige discussie in onze kerken over
het ontbreken van een kerkelijke vertegenwoordiging bij de herdenking van de
vliegramp. Zo anders was dat in Engeland, zei men. Want daar is de kerk juist
vanzelfsprekend aanwezig bij dit soort herdenkingen en worden er kerkelijke
liederen gezongen. Ja, dat is zo. Maar in plaats van verontwaardigd te wijzen
zouden we eens bij onszelf te rade moeten gaan. Waarom zijn we blijkbaar niet
relevant? Ik zeg dat in de overtuiging dat onze plaatselijke kerk wel degelijk
relevant is in onze Waalwijkse samenleving. Maar niet vanwege de grote woorden
en de kerkdiensten. Maar vanwege het diaconale werk in het samenwerkingsoverleg
armoede en zorg. Daarin trekken verschillende religies samen met andere organisaties
als de Voedselbank en Strohalm op om een vinger aan de pols te houden waar de
zwaarste klappen vallen.
Het gebed bij
psalm 90 sprak: 'Maak het zo dat mensen zeggen: je kunt wel zien dat God er
is'. God manifesteert zich in het kleine. In de eenvoud. 'Wie zich aan zijn
geboden houdt blijft in God, en God blijft in hem. Dat hij in ons blijft, weten
we door de Geest die hij ons heeft gegeven.' Ons verlangen naar God in onzekere
tijden doet ons vaak onszelf overschreeuwen, en onrustig verlangend naar hem
uitzien. Maar God is veel dichterbij dan we denken. In alle eenvoud. In ons. In
wat we doen voor elkaar. In kleine dingen. En bovendien: gratis. Dat woord
stamt af van het Latijnse woord voor genade: gratia. Hoe rustelozer en actiever
we hem zoeken, ook in ons verlangen om ons geloof maar relevant te laten zijn,
hoe minder we hem vinden. God vinden we in de eenvoud, in de wind, in een
sneeuwvlok, in liefde voor de ander, in meeleven, in luisteren....
Terug naar de stilte
En in die stilte
vangen we veel meer op. Probeer het maar eens. Misschien wel zo: als u morgen
of overmorgen de kerstboom weer opruimt, laat u dan eens het kerststalletje
staan. Zonder lichtjes. En kijk eens naar dat tafereel en blijf er eens stil
bij zitten of staan. Misschien zie je dan in de glimlach van het kind: God was
er, God is er, en God zal er zijn. Zijn komst is louter genade, gratis, en we
mogen naar hem uitzien, en hem ontvangen.
Rondom dit lied toonden we tweemaal dit filmpje:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten