Beluister de dienst op Kerkomroep
Als een engel
van de Heer aan de herders verschijnt, zegt hij: 'Vandaag is in de stad van
David voor jullie een redder geboren.' Bekende woorden zijn het. En ze klinken
hoopgevend. Maar hoe gaat die redding in zijn werk? U zult ongetwijfeld een
gevoel hebben bij deze woorden. Ze kunnen in zichzelf al troostend zijn. Maar
wat zegt die engel eigenlijk? Als de herders aan Jozef en Maria vertellen wat
de engel heeft gezegd zijn ze stomverbaasd. Dat mogen wij minimaal ook zijn.
Probeer maar eens uit te leggen wat dit betekent, dat er voor ons een redder is
geboren.
Om erachter te
komen wat de engel eigenlijk zegt moeten we te raden gaan bij de profeten. Want
zij hebben de verwachting gewekt dat er een redder geboren zou worden. En dan
hoeven we niet eens zo ver te zoeken. Een vertegenwoordigster van de profeten komen
we vandaag in het verhaal van Jezus tegen: Hanna. Want de evangelist Lucas
zoekt het dichtbij huis. Hij gaat niet meteen de wijde wereld in met Jezus. Hij
blijft dichtbij huis. Meer specifiek: in de tempel. De verwachting van Jezus'
geboorte al werd daar gewekt. In de tempel verscheen een engel aan Zacharias
die de geboorte van Johannes de Doper aankondigde. Deze zal het volk
gereedmaken voor de Heer, zei hij. En na de geboorte van Jezus brengen zijn
ouders hem naar de tempel om hem rein te laten verklaren, overeenkomstig de wet
van Mozes. Door de aandacht op de tempel te vestigen wil Lucas benadrukken dat
de redding van God allereerst gestoeld is op het onderhouden van de wet. Jezus
is 'kosjer' zogezegd. Hij is rein, hij is zuiver. Hij is in die zin dus ook te
vertrouwen, want hij is van onbesproken gedrag en houdt zich aan de wetten en
geboden vanaf het vroegste begin van zijn leven. Lucas vindt het erg belangrijk
om Jezus' levensbegin te omlijsten met tempelverhalen. Daar, van waaruit God
ons leven inkadert, leert hoe het leven goed is, daar klinkt het startschot van
Jezus' leven, en van de redding door God van ons.
De redding van
God in Jezus is dus allereerst gestoeld op de wet. Hij is kosjer, zuiver. Maar
daarnaast ook op de vervulling is van de profetie. Want het opvallende is dat
we hier geen priesters aan het woord horen, maar profeten. Simeon en Hanna.
Over Hanna wordt expliciet gezegd dat zij een profetes is. Meestal verdwijnt
zij een beetje achter Simeon, omdat hij meer plek inneemt in het verhaal, maar
vandaag beginnen we later in het verhaal en staat zij in het midden. Net zoals
de andere vrouwen die de afgelopen weken centraal stonden. Simeon zegt meer.
Hij wordt gedreven door de Geest staat er. Maar Hanna belichaamt de profetie. Zij
vertegenwoordigt het volk, in al zijn volheid. In alle getallen die klinken zit
het getal 7. 7 jaar is ze met een man geweest. 84 jaar is ze weduwe. Ook dat is
deelbaar door 7. 7 is het getal van de volheid. En 84 is 12 keer 7. 12 is het
getal van de stammen van Israël. En haar weduwschap is daarin symbolisch. In de
bijbel staat het weduwschap symbool voor het volk Israël, dat in ballingschap
is gegaan, en haar God kwijt is. Na 7 jaar samen met een man te zijn geweest is
ze hem 12 keer 7 jaar kwijt. Hier in de tempel voel je hoe reddeloos verloren
het volk zich zonder zijn God voelt. Maar Hanna zit niet in de put. Zij leeft
de profetische verwachting. Zij draagt het reddeloos verloren gevoel van het
volk en leeft de profetische verwachting dat het daarbij niet blijft, en dat
God zal redden.
Maar dat gaat
niet zonder slag of stoot. Simeon maakt het heel concreet invoelbaar door Maria
voor te houden dat Jezus een teken zal zijn dat betwist wordt, en dat ze zelf
als door een zwaard doorstoken zal worden. En met het verdere levensverloop van
Jezus kun je je dat gevoel bij Maria inderdaad voorstellen. Vreselijk. Maar
waar gaat het daarin om? Jezus' leven wordt hier behalve priesterlijk ook
profetisch ingekaderd. Hij is niet alleen kosjer, zuiver, hij zegt ook waar het
op staat. Hij wordt hier neergezet als een profeet. En wat doet een profeet?
Een profeet toetst de actualiteit aan de wet. Een profeet kijkt naar het leven
van alledag en toetst dat aan het Woord van God. Is dit nu zoals God het bedoeld
heeft? Vaak is dat niet zo en dan klinken de woorden van de profeet behoorlijk
kritisch. En daarom vallen die kritische woorden ook niet altijd goed. Maar een
zuiver profeet schept er geen welbehagen in om iedereen maar de maat te nemen.
Het is geen wil om gelijk te hebben, en nog minder om gelijk te krijgen. Een
profeet lijdt onder het oordeel dat hij zelf velt. En hoopt ondertussen dat het
oordeel dat hij velt ervoor zorgt dat zijn voorspelling niet uitkomt. En dat er
in plaats daarvan redding komt. Jezus zegt zelf: 'Niet om te oordelen ben ik
gekomen, maar om te redden wat verloren is.'
Een profeet
lijdt dus onder het oordeel dat hij zelf velt, hoopt dat zijn voorspelling niet
uitkomt, en verwacht redding. Hoe gaat dat dan in zijn werk? Profetische woorden
brengen crisis teweeg. Maar niet zoals er nu dagelijks over crisis gesproken
wordt. Want wat opvallend is, is dat mensen in de huidige economische crisis
nauwelijks de vragen stellen die gesteld moeten worden. Het gaat er alleen maar
om dat het vroeger 'meer' was en nu 'minder' moet, terwijl een crisis alleen
maar duidelijk maakt dat het zo niet verder kan en dat er nieuwe wegen gezocht
moeten worden. Schuldigen aanwijzen mag wel, maar heeft geen enkele zin als je
tegelijkertijd niet richting zoekt om eruit te komen. De uitspraak 'zo kan het
niet meer' is makkelijk gedaan, maar hoe dan wel? Wat is je visie op de
toekomst? Ik hoor er te weinig over. En dat is ook logisch, want het is een
ondankbare taak. Want de crisis benoemen is scheiding aanbrengen. Crisis is
scheiding aanbrengen. En dat is in eerste instantie ook het zwaard dat Simeon
noemt, omdat mensen door Jezus ten val komen of juist zullen opstaan. Jezus zal
in zijn leven door duidelijk te benoemen wat er mis is, veel moeten lijden,
uiteindelijk alles. Maar het is de enige weg naar verlossing. Pappen en
nathouden zal niet meer baten. En let wel: benoemen wat er mis is, is niet
bedoeld om te oordelen en weg te zetten, maar in de hoop dat er zo een uitweg
komt naar verlossing en redding. Want dat is wat profeten altijd op het oog
hebben. En het is de verwachting van waaruit de weduwe Hanna bidt en vast.
Zelfs daarin boete doen is niet bedoeld om af te rekenen, maar om te zuiveren
naar de toekomst toe. Alleen zo blijft de deur open naar redding.
En het is die
redding waar we naar op zoek waren. De bevrijding van Jeruzalem waar de mensen
naar uitzagen die naar Hanna luisterden, gaat niet over een bevrijding van
machten van buiten, maar om een bevrijding van wat in onszelf scheiding
behoeft. Bevrijding van de dingen die door elkaar lopen; dat wat goed is, en
dat wat niet goed is. Voor onszelf, en voor anderen. Als je in een crisis
terecht komt, ben je geneigd eerst te zoeken naar wat een ander verkeerd doet.
De enige weg daaruit is echter naar jezelf te kijken: hoe kan ik anders met de
situatie omgaan, beter erop inspelen, en zo nieuwe wegen vinden? En dan zie je
ook in crisistijden nieuwe bedrijfjes opbloeien, omdat mensen creatief durven
te zijn. Dat geeft hoop. Maar tegelijkertijd voelen we ook dat het niet
allemaal van onszelf kan komen. We hebben maar een beperkte kracht, en zitten
soms ook bij de pakken neer. Dan is het teveel. Precies hierop doelt de engel
als hij spreekt over de redding, die ook Hanna verwacht. Het is niet met ons
gedaan als wij niet meer uit de warboel komen van alles wat door elkaar loopt
in ons leven aan keuzen, belangen, wensen, verlangens, dingen die we fout deden
en alleen maar groter of meer worden. Want er komt redding aan. Een hoopvol
nieuw begin, geboren in een Kind, waarvan we horen: 'Het kind groeide op, werd
sterk en was begiftigd met wijsheid; Gods genade rustte op hem.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten