Beluister de preek op Kerkomroep
Het lijkt wel
erg vroeg dit jaar om het verhaal van de intocht in Jeruzalem te lezen. In
andere jaren is dit het verhaal van de zondag voor Pasen, Palmpasen. En dan
komen de kinderen met hun palmpasenstokken de kerk in. Versierde kruisen als
opmaat voor de Stille Week. Maar zover is het nu nog lang niet. We zijn nog
maar net begonnen aan de voorbereidingstijd van 40 dagen voor Pasen. Langzaam
maar zeker leven we toe naar het diepte- en het hoogtepunt van het verhaal over
Jezus. Zijn dood aan het kruis en zijn opstanding uit de dood. Ook zover is het
nog lang niet, maar we nemen dit jaar wel wat meer tijd voor de weg daar
naartoe. De volle veertig dagen. Er gebeurt in het bijbelverhaal over Jezus zoveel
na de intocht in Jeruzalem en voordat de finale begint, dat we het verhaal van
Mattheüs wat uit elkaar trekken. En dus beginnen we vandaag met het verhaal van
de intocht in Jeruzalem. Het is ook veel aannemelijker dat in de tijd gesproken
de intocht veel eerder plaatsvond dan een week voor Pasen. Daar zeggen de
evangelisten niets over. Sterker nog, ook zij besteden nog vele hoofdstukken
aan wat er daarna gebeurt. Dus als we dit verhaal even losweken van de Stille
Week, dan krijgen we de kans het verhaal voor zichzelf te laten spreken, zonder
dat het meteen een opmaat is naar de dramatische finale van de Stille Week.
Wat voor feest vieren de mensen in Jeruzalem tijdens de intocht?
En als we dan
het verhaal losweken van de Stille Week voor Pasen, dan komen we voor de vraag
te staan in welk feestgedruis Jezus dan eigenlijk terecht komt. Mensen zingen
uit een psalm: 'Gezegend Hij die komt in de naam van de Heer. Hosanna in de
hemel!' Dat suggereert dat er mogelijk al een feest aan de gang was. En dat zit
volgens mij ook in het hoofd van velen; dat mensen naar Jeruzalem voor het
Paasfeest. Maar dat zou wat erg vroeg zijn. En de evangelisten zeggen daar ook
niets over. Sterker nog, ze hebben eerst nog heel veel te vertellen. Het is
niet onmogelijk dat hier in Jeruzalem het Loofhuttenfeest aan de gang is. Een
feest dat inderdaad een maand of zeven eerder plaatsvindt. Een feest dat van
oorsprong een landbouwfeest is en gehouden wordt op het moment dat de
veldvruchten geoogst worden: druiven en zo. Het feest is in het teken komen te
staan van de herinnering aan de veertig jaren dat het volk Israël na de
uittocht uit Egypte door de woestijn zwierven en in hutten woonden. Het wonen
in loofhutten tijdens dit feest herinnert daaraan. Maar meer nog worden volgens
sommige bijbelgedeelten takken van klimop, groenen takken en palmtakken
gebruikt voor een vrolijke processie. Een processie, een optocht, die nu doet
denken aan waar Jezus in terecht komt bij zijn intocht. In de tijd van Jezus
ging men voor dit Loofhuttenfeest ook naar de tempel in Jeruzalem. Allemaal
puzzelstukjes die niet automatisch in elkaar passen, maar helemaal onmogelijk
is het ook niet.
Waar verlangen de mensen naar?
Wat hebben we
daaraan als we het verhaal van de intocht in Jeruzalem van Jezus lezen? We
kunnen beter gaan begrijpen waar de menigte naar verlangt. Of misschien nog
meer: waar de evangelist Mattheüs ons, zijn hoorders, naar wil laten verlangen.
Want in die menigte zullen ongetwijfeld mensen zijn die verlangen naar de bevrijding van het juk van de Romeinse bezetter. Maar dan hebben ze niet goed gekeken wie er binnenkwam. Het is geen Poetin, die met anoniem strategisch machtsvertoon de wereld voor een voldongen feit stelt. Het is iemand op een ezel. En een ezel staat in de bijbel bekend als een nederig dier. Iemand die daarop zit komt niet om macht uit te oefenen, maar om te dienen. In tegenstelling tot iemand op een paard: die komt voor de macht. Maar Jezus komt om te dienen.
Want in die menigte zullen ongetwijfeld mensen zijn die verlangen naar de bevrijding van het juk van de Romeinse bezetter. Maar dan hebben ze niet goed gekeken wie er binnenkwam. Het is geen Poetin, die met anoniem strategisch machtsvertoon de wereld voor een voldongen feit stelt. Het is iemand op een ezel. En een ezel staat in de bijbel bekend als een nederig dier. Iemand die daarop zit komt niet om macht uit te oefenen, maar om te dienen. In tegenstelling tot iemand op een paard: die komt voor de macht. Maar Jezus komt om te dienen.
Verlangen naar wat voor bevrijding?
Waar dient deze
Jezus dan voor? Met het zingen van de lofpsalm en het zwaaien van de takken
uiten mensen hun verlangen dat Jezus hen bevrijdt. De psalm zingt: 'Dit is de
dag die de Heer heeft gemaakt, laten wij juichen en ons verheugen. Heer, geeft
ons de overwinning, Heer, geef ons voorspoed.' Die vertaling is een beetje
misleidend. 'Geef ons de overwinning' klinkt nog steeds machtsbelust. En dat
staat er dus ook niet. Er staat: 'Breng toch bevrijding, laat het toch
gelukken.' Dat is heel wat anders. Een overwinning is net zo vluchtig als een
gouden schaatsmedaille, en de week erop gediskwalificeerd worden. En net zo
vluchtig als dat de Krim 'voor eeuwig' bij Oekraïne of Rusland hoort. Zo'n
overwinning zoeken wij toch niet in ons leven? Op collega's of concurrenten die
ons dwarszitten of aan wie we een hekel hebben? En ook toch niet in de
verkiezingen om af te rekenen met partijen die haaks op onze standpunten staan?
Of op wie ons pijn bezorgt, of last? Of zoeken we een overwinning in een nieuwe
wapenwedloop met de Russen? Gaat het ons om overwinning op mensen, zelfs voor
onze idealen, dan zullen we altijd bedrogen uitkomen. Want overwinningen zijn
vluchtig. En voor je het weet neemt een ander weer wraak of zet hij zijn hakken
in het zand, en ben je nog verder van huis.
Wat voor bevrijding verlang jij?
Wat voor
bevrijding verlang je? Bevrijding gaat een slag dieper dan overwinning. En dat
zien we ook in het woord Hosanna. In de basis betekent dat 'help toch', 'breng
ons toch redding'. En dat wordt pas een vreugderoep in het licht van bevrijding.
Een vreugde vanwege echte verlossing. Niet een tijdelijke overwinning op
machten of moeilijkheden. Maar echte verlossing. Uit die woestijn die het leven
kan zijn. Diezelfde woestijn waarin het volk rondzwierf en God ze doorheen
leidde. Waar het Loofhuttenfeest aan herinnert. En ook bevrijding uit die
constante pijn die je kwelt, of die onverwacht weer eens op kan duiken, in je
ziel, of in je lijf. De gebrokenheid van het leven, die zich soms zo scherp kan
laten voelen dat het allemaal niet klopt. Ondanks wat je eraan doet. Of dankzij
wat je eraan gedaan hebt. Bevrijding ook van constante onrust, in je hoofd, in
je lijf. Je ontworteld voelen door het voortjagen van de tijd en van alles wat
kan en mag. De herinnering aan wat niet goed was aan misbruik, geweld en oude
angst, die zomaar om de hoek kan komen kijken. Kortom, alles wat onze ziel
onrustig maakt, en waarvoor we in alle lawaai verlangen naar stilte, daar gaat
die bevrijding over.
Verlangen naar
stilte, ook dat is zo dubbel. Want hoe stiller het wordt, hoe harder et op je
af kan stormen. Maar bij de bevrijding door Jezus gaat het om de stilte na die
storm. En er staat nog veel storm te wachten in het verhaal over Jezus. Het
liedje voor het songfestival van Waylon en Ilse de Lange heet Calm after the
storm, en zou zomaar over Pasen kunnen gaan. Stilte na de storm. Die stilte
zoeken we. Omdat die ons weer even met beide benen op de grond zet. Ons minder
doet zweven en vliegen achter alle vluchtige overwinningen. Uiteindelijk is de
overwinning op de ander niet de sleutel tot bevrijding, maar de overwinning op
onszelf. Dat is het stillen van de storm in ons. Het helen van de pijn. Het
verlossen van schuld en schuldgevoel. Het doorbreken van doodlopende wegen. Een
bevrijding die we niet kunnen bewerkstelligen door overwinningen op anderen die
we zelf behalen, maar door een bevrijding die Jezus zal bewerkstelligen. Op weg
naar Pasen. Door al het rumoer dat zal losbarsten heen, en alle duidelijke taal
die gesproken zal moeten worden. Zelfs door de dood heen. Gezegend Hij die komt
in de naam van de Heer. Hosanna in de hemel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten