zondag 18 maart 2012

Ezechiël in de Veertigdagentijd 2012: week 4



Ezechiël 17

[In de pastorietuin met een vuurtje]

(gebruiksvoorwerpen: maïskolf, haardblok, popcorn)

Dag allemaal!
Kom maar even lekker rond het vuur zitten.
Wat zorgt God goed voor ons hè?
Al dat groen hier om ons heen, genoeg om van te leven!
Wat zeg je? Deze planten kun je niet eten?
Ja, dat is waar.
Maar God heeft ook een aantal planten gezaaid die we wel kunnen eten.
Kijk maar: weet je wat dit is?
Ja, dit is maïs.
Alleen: het is niet zoveel, vind je wel?
Dit is alles wat ik en alle Israëlieten voor vandaag te eten hebben.
En ik heb wel een rammelende honger.
Nou, eerst maar eens deze maïskorrels in een pan doen.

Soms hè, dan denk ik wel eens: God zegt het allemaal wel zo mooi dat Hij voor ons zorgt.
Maar ondertussen zitten we hier wel in ballingschap.
Ballingschap betekent dat we zijn meegenomen door een ander volk naar hun land,
en dat we niet meer naar huis mogen.
En hier zitten we dan nu.
Is dat de manier waarop God voor ons zorgt?

Mmmm, wat ruik ik?
Dat moet bij de buren zijn, bij een ander volk dan het onze.
Eens even kijken…

[Kijkt om de hoek bij coniferenhaag]

O kijk nou; daar hebben ze veel meer te eten dan wij.
En het lijkt wel alsof hun goden veel beter voor hen zorgen dan onze God.
Eigenlijk zou ik wel naar hen toe willen…
Maar nee, dat kan niet.
God zou voor ons zorgen, en bij Hem hebben we het goed.
Zegt Hij.

Eens kijken of mijn maïskorrels al klaar zijn.
Het zal mij benieuwen!

[nieuw shot: maïskorrels vervangen door popcorn]
Kijk nou eens: wat veel!
Ik dacht dat we maar weinig van onze God hadden gekregen,
maar het is echt meer dan genoeg voor iedereen!

Vandaag horen jullie in de kindernevendienst een verhaal over Jezus.
Er kwamen heel veel mensen naar Jezus luisteren, wel 5000 man,
en op een gegeven moment hadden ze natuurlijk honger.
Maar zou God nu ook voor iedereen genoeg te eten hebben?
De leerlingen hadden maar vijf broden en twee vissen.
Maar weet je, toen Jezus uit ging delen, bleek er genoeg te zijn voor iedereen!
Er waren zelfs nog twaalf manden vol met brood over!
Net als bij de maïskorrels dachten de leerlingen dat ze nooit genoeg te eten hadden,
maar er bleek meer dan genoeg, een overvloed te zijn, voor iedereen.

Maar genoeg gepraat.
Weet je wat ik eigenlijk graag had willen worden? Brandweerman!
Laat ik dus eerst maar eens dit vuurtje blussen.
Wacht ff: er komt geen water uit, waarom niet?

[spuit in zijn gezicht]

Pffff, nou tot volgende week!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten