woensdag 31 december 2014

Waar vind ik God in alle rusteloosheid? (preek oudjaar 2014)

Tekst: psalm90: 17, psalm 91: 14-16 en 1 Johannes 3: 18,23,24

Een lichte griep heeft me de afgelopen dagen stil gezet. Dat was niet makkelijk. Terwijl mijn geest onrustig bleef, hield mijn lichaam halt. Het dwong me echt stil te staan bij het afgelopen jaar. Een bewogen jaar. En een rusteloos jaar. Er was veel in beweging in het afgelopen jaar. Oekraïne, Syrië, Irak, Ebola. Het leek zo ver weg, maar het kwam zo dichtbij. Er is het verdriet van velen om de vliegramp. De strijd van IS vindt medestanders onder onze eigen mensen, geboren en getogen Nederlanders. En geloofsgenoten worden vervolgd.

We voelen daardoor de onzekerheid van een wereld in beweging aan den lijve. De vele conflicten brengen enorme mensenmassa's op drift. Zoveel mensen op de vlucht, zoveel mensen die hun dierbaren verloren. Zoveel mensen die liefde, geluk, rust, vrede tekort komen. Zoveel kinderen die zo hartverscheurend alleen zijn en geen warm thuis kennen. Zoveel ellende. Die onrust van de wereld staat aan onze voordeur te bonzen, waarachter we ons veilig waanden. Het laat ons niet koud, en we komen er niet los van. We moeten er iets mee. Omdat de wereld kleiner geworden is, en wij deel van die wereld zijn.

Waardoor raken we zo rusteloos?
Het raakt de zekerheden van ons bestaan. En als dan ook nog eens de crisis van ons vraagt nieuwe wegen te zoeken in werk, inkomen, studie, pensioen en zorg, dan is er inderdaad erg veel in beweging. Het maakt rusteloos. Zonder rust. Het was opvallend dat er deze zomer nauwelijks sprake was van een komkommertijd. Die heerlijke tijd van zinloos nieuws over mogelijk verdwenen poema's of slangen die dan weer gezien werden en dan weer ontkend werden ooit te hebben bestaan. Zinloos nieuws om elkaar van op te hoogte te houden tijdens de barbecues. Met ministers die als één van de weinige aanwezige bewindslieden het woord moesten voeren over tal van portefeuilles, waar ze eigenlijk geen verstand van hadden. In overhemd, met korte mouwen, in de achtertuin. Die komkommertijd was er niet. Begrijpelijk door de gebeurtenissen in de Oekraïne en het Midden-Oosten. Maar het was meer dan dat. De wereld die op drift is krijgt ons in zijn greep en maant ons voortdurend op onze hoede te zijn. Voortdurend waakzaam. Het maakt rusteloos.

In de onrust van de wereld is het moeilijk om de onrust in je eigen leven een plek te geven. Want ook daar gebeurt veel. Veel mensen hebben zorg nodig, of zoeken werk en inkomen. De wereld kan ook in je eigen kleine leven op zijn kop staan. En veel in beweging brengen, zo niet alles veranderen. Ook dat maakt rusteloos.

Hoe vinden we rust bij God?
Waar is God dan te vinden? Hoe ervaren we hem in alle beweging? In die rusteloosheid blijkt het moeilijk God nabij te ervaren.

donderdag 25 december 2014

Wat betekent het voor mijn kwetsbaarheid dat Jezus in een stal is geboren? (preek kerstmorgen)


Als ik door de vele jaaroverzichten blader of zapp, dan vallen me veelvuldig beelden op van schamele hutjes waarin mensen hun onderkomen zoeken. Omdat ze op de vlucht zijn, soms al een hele tijd. En ik zie de hutjes in de gebieden waar Ebola heerst. Waar deze ziekte ervoor zorgt dat mensen nog armer worden omdat met de doden ook allerlei middelen van bestaan verdwijnen. Het zijn deze schamele hutjes die mijn beeld vormen van de stal waarin Jezus geboren is. Het is niet voor niets dat Jezus in een stal geboren werd. Ja, er was geen plaats in de herberg. Dat was de praktische reden. Maar als de bijbel iets vermeldt, dan is dat niet alleen vanwege een praktische reden, maar ook omdat het een betekenis heeft.

De stal is een erg kwetsbare plek om in geboren te worden. Zeker als je ziet hoe wij met ongelofelijk veel zorg de geboorte van onze kinderen omringen, dan is de stal een erg primitieve plek, en kwetsbaar. Waarom zou God daar zijn Zoon geboren laten worden? Je zou kunnen antwoorden: waarom niet? Er zijn zoveel mensen die in enorm kwetsbare omstandigheden geboren worden, én moeten leven. Het is dát leven dat God wil leven, om zo de kwetsbaarste mensen nabij te zijn. Want onze hulp kunnen we alleen van God verwachten, als Hij ook weet hoe het leven kan zijn. En Jezus leeft vanaf het begin volop dát leven, ons kwetsbare leven. Hij weet hoe het leven kan zijn. En wat naastenliefde betekent.

Wat betekent naastenliefde? 
Een rabbijn vertelde zijn leerling het volgende verhaal: 'Wat ware naastenliefde is, heb ik ooit geleerd van twee dronken boeren in een herberg. De ene zei: "Zeg me, beste Iwan, hou je van me?" De tweede zei: "Natuurlijk, ik ben al jaren je beste vriend. Dat weet je toch?"
De eerste zei vervolgens: "Zeg dan, beste vriend, waar ik pijn heb!" De tweede zei op zijn beurt: "Hoe kan ik dat weten, als je het me niet zelf vertelt?" De eerste zei tenslotte: "Als je niet weet waaraan ik lijd, hoe kan je dan zeggen dat je werkelijk van me houdt?"
'Kijk,' zei de rabbijn tegen zijn leerling, 'je kunt niet werkelijk van iemand houden, als je niet weet waaraan hij lijdt.'

Wat doen we met elkaars pijn?

woensdag 24 december 2014

Hoe maak je net als Jezus het verschil? (preek kerstnacht 2014)


De dagen van kerstmis verschillen zeer van de dagen eromheen. De voorbereiding alleen al geeft een bijzondere soort hectiek, waarover Loesje zei: De vraag is niet of de winkels open zijn, maar of je nog iets nodig hebt. Tijdens Kerstmis heerst er een bijzondere sfeer. We accentueren dat met bijzondere verlichting, thuis en in de kerk. En we praten anders met elkaar. Over hoe mooi de wereld zou zijn als er vrede op aarde zou zijn. De kerstgedachte geeft extra aandacht voor het goede. En voor mensen die zich het afgelopen jaar daarvoor hebben ingezet. Kerstmis brengt families bij elkaar. En zelfs als je moet werken is de sfeer anders. De dagen zijn ook anders voor wie zich eenzaam voelen. Niet of niet meer die familie hebben. Alleen zijn komen te staan. Niet of niet meer dat werk hebben. Die niet in vrede kunnen leven. En het koud hebben. Ook voor hen verschillen deze kerstdagen van de dagen eromheen.

Verschillend begin
Het verhaal van de geboorte van Jezus volgens de Evangelist Lukas verschilt ook enorm van de verhalen uit de andere Evangeliën. Het is hét kerstverhaal geworden. Met als enige element uit het Mattheüs evangelie die drie wijzen, de drie koningen, die evenzeer tot de verbeelding spreken. Het traditionele kerstverhaal is echt een verhaal, terwijl Mattheüs het laat bij een geslachtsregister om de afkomst van Jezus te beschrijven. Op die bijzondere manier van drie keer veertien generaties, die dan uiteindelijk via Abraham en David bij Jozef uitkomen. Om vervolgens vast te stellen dat die hele Jozef er eigenlijk niets te maken heeft met dat Maria zwanger wordt. Omdat het iets van God is, en niet van mensen. Want hoe zouden wij mensen vrede op aarde kunnen brengen? En de Evangelist Johannes start een heel diepzinnig betoog over het Woord van God dat vleesgeworden is. Een mooie introductie van Jezus: hij zegt niet alleen waar het op staat en hij doet niet alleen wat hij zegt: hij ís ook wat hij zegt. Jezus is niet zomaar een voorbeeld. Hij is ook de blauwdruk, de mal, de voorafbeelding van wat een mens zou kunnen zijn.

Lucas gaat een hele andere weg met zijn geboorteverhaal van Jezus. Hij wil beginnen bij het begin,

dinsdag 23 december 2014

MIND THE GAP! - Frisse kerken in Londen (verslag studiereis)

Van vrijdag 12 tot en met maandag 15 december bezocht ik in de drukke kersttijd met collega's verschillende kerken in Londen. Met deze collega's volg ik de specialisatieopleiding tot missionair predikant. Missionair predikanten zoeken naar vormen van kerk-zijn die aansluiten bij mensen die niet of niet meer in de kerk komen. Ze accepteren de harde realiteit: niet iedereen kan en zal zich thuis voelen in onze kerken. Dat doet pijn, want we willen graag kerk voor iedereen zijn. En we geloven daar ook in. De kerk van Christus is er voor iedereen, samen. In geloofstaal: samen vormt de kerk de 'gemeenschap der heiligen'. En die is ondeelbaar. Geloven we.

De huidige kerkvormen spreken maar een deel van de mensen aan
De kerk van Christus is dat ook: ondeelbaar. Maar de harde realiteit is echter dat de huidige vormen van kerk maar een beperkt aantal 'soorten' mensen aanspreekt. Deze mensen hebben redelijk overeenkomende leefstijlen. En ze leven volgens dezelfde soort waarden. Als je anders in het leven staat, of je leven anders inricht, maar wel gelooft, voel je je al gauw niet thuis in de kerk. Kijk maar eens om je heen in de kerk. Is dit een afspiegeling van de samenleving? Het antwoord is: nee. En de kerk heeft veel meer mensen iets te vertellen, namelijk: het verhaal van Jezus Christus.

Ik snap steeds beter dat er voor bepaalde mensen geen plek is in onze kerken. Ze zijn met andere dingen bezig dan waar wij mee bezig zijn in preken en in gespreksgroepen. Überhaupt zijn we georganiseerd op een manier die voor bepaalde mensen vreemd is, en verwachten we een soort betrokkenheid die ze niet kunnen geven, omdat ze die nergens geven op die manier. Is het erg dat zij zich niet thuis voelen in onze kerken? Nee, want wij voelen ons er thuis bij. We hoeven dat niet op te geven. Maar zijn er tegelijkertijd kerkvormen denkbaar voor mensen die anders in het leven staan en hun leven anders inrichten? Voor mensen die op andere manieren, en op andere plaatsen en tijden met bezinning en zingeving bezig zijn? En die daarvoor een kerkdienst zoals wij die vieren nooit zullen opzoeken? Of juist wel, maar dan in hún taal en op hún tijd?

Is dat egoïstisch van ze? Moeten ze zich maar aanpassen? Of verwachten wij van de kerk eigenlijk ook hetzelfde, namelijk dat de kerk bij ons past?

Draai het eens om.

woensdag 10 december 2014

Pionieren met Johannes de Doper: een paar stappen terug

Hollen we vooruit en moeten we dan noodgedwongen een stap terug doen, of doen we eerst een stap terug om stappen vooruit te kunnen zetten?
In de Adventstijd speelt Johannes de Doper een grote rol: hij is het die de komst van Jezus aankondigt volgens de Evangelist Johannes. Voor hem luidt de komst van Jezus een verandering in. Een verandering in leven én geloven. De vertegenwoordigers van de Joodse 'kerk' zet hij op het andere been: "Nee, ik ben niet de messias, ook niet Elia en geen profeet." Hij verwijst door naar Jezus: "Midden onder jullie staat hij die jullie niet kennen, en om Hèm gaat het!" Een verhaal over verandering in het kerk-zijn. Niet op onze manier, maar op Jezus' manier. Hoe geven we daar ruimte voor?

In de Protestantse Kerk in Nederland is op dit moment veel ruimte om te pionieren. Om nieuwe vormen van kerk uit te proberen. Dat begint eigenlijk altijd buiten de kerkgebouwen. Bij mensen thuis, op hun werk, in de kroeg, of waar ze ook maar mogen zijn. Waarom buiten de kerkgebouwen? Omdat deze mensen niet of niet meer in de kerk zoeken naar zingeving, spiritualiteit en verdieping. En hoe laag we de drempels voor ons gevoel ook maken, zo beleven deze mensen dat niet. Het is voor hen geen natuurlijke plek om met vragen van geloof en leven bezig te zijn.

Verlang je ook wel eens naar verandering, of juist niet? (preek 7 december 2014)



Al eeuwen lang dromen mensen van verandering. Verandering in hun persoonlijk leven. Veranderingen in hun leven met anderen. Verandering in hun land. Verandering in de wereld. Nieuwe inspirerende leiders appelleren niet zelden aan dat gevoel. 'It's time for change'. Het is tijd voor verandering. Verandering lonkt omdat het nieuw is, omdat het breekt met al het gebrokene. Omdat het opnieuw begint, waar het oude faalde of onvoldoende was. Het nieuwe heeft een aantrekkingskracht, zonder te weten wat dat nieuwe dan precies inhoudt. Het gaat erom dat het nieuwe een verwachting waar belooft te maken, waarin het oude vernieuwd wordt. We willen die verandering omdat we allemaal verlangen dat dingen anders gaan dan ze zijn gegaan. Zonder misschien te weten wat er dan zou moeten veranderen, en hoe. Veel nieuwe leiders lopen daarop ook stuk, omdat blijkbaar iedereen iets anders verlangt.

Maar dat is niet het enige waar verandering vaak op stuk loopt. Verandering in iets nieuws klinkt mooi en aanlokkelijk, tot het moment dat verandering daar is en inhoud krijgt. Dan voelt verandering opeens bedreigend. Het lijkt zo te zijn dat we verandering graag willen, zolang we er zelf maar de hand in hebben. En op het moment dat je voelt dat verandering juist betekent dat je het oude moet loslaten, ja, dan houden we het in ieder geval in eerste instantie graag bij het oude. Want dat is vertrouwd. En je weet niet wat je ervoor in de plaats krijgt.

Dromen van verandering zit ook in de kern van de bijbelse profetieën. Verandering breekt in het beeld van Jesaja met alles wat ons bindt en knecht. Verandering breekt met alles waar me maar niet van af komen. Van dingen die we moeten en waar we onder gebukt gaan. Van de dingen die we zelf verkeerd doen of de goede dingen die we juist laten. Je hoeft niet meer gebukt te gaan onder dat wat jouw leven bepaalt en onvrij maakt. Dat is voorbij. Tijd voor iets nieuws. En God vult dat nieuwe in met een leidende arm, die met kracht verandering teweeg brengt, en in zijn arm koestert en zorgt. Het is het soort verandering waar veel mensen voor warm lopen. Omdat het veilig voelt. Het maakt recht wat we zelf niet meer recht kunnen buigen. Het baant een pad door de woestenij aan keuzes die we hebben en problemen die we op onze weg tegenkomen. Het maakt ruimte voor ons en zorgt ook nog eens goed voor ons. De krachtige arm is dan bedoeld om voor ons op te komen om ons te bevrijden.

Wat als verandering iets anders betekent dan we gedacht hadden?
Maar wat als die verandering iets anders inhoudt? Als die verandering wel bedoeld is om ons te bevrijden, maar veel minder aansluit bij de vormen waarin we gedacht hadden dat dat zou gebeuren? Wat als die verandering écht verandering betekent? Dat het anders wordt dan voorheen? Dan schrikken we vaak terug. Dan vinden we het oude eigenlijk zo slecht nog niet. En voelen we ons veiliger bij het oude, want dat is vertrouwd. Maar als je blijft bij het oude verandert er nooit wat, en soms moet dat wel. Maar hoe verander je dan?

Verwacht je of wat je af wat er komen gaat? (preek 30 november 2014)


Na de afsluiting van het kerkelijk jaar vorige week, begint deze week Advent. Een nieuw begin van het kerkelijk jaar. De opmaat alweer naar Kerst. Dat nieuwe begin suggereert alsof we weer opnieuw beginnen. Alsof we het boek tot het einde hebben uitgelezen en weer opnieuw beginnen met lezen en vertellen. Elk jaar hetzelfde liedje. Dan is het niet echt meer nieuw. Als we zo naar het nieuwe begin van het kerkelijk jaar kijken dan wordt het een beetje gewoonte. En is het niet echt verrassend meer wat er gaat komen. De verwachting van Advent kan een beetje voorspelbaar voelen als je het keer op keer meemaakt. Dan ken je de verhalen wel. En wacht je af wanneer het weer vanzelf weer Kerst wordt. Het enige verrassende is dan dat Kerst altijd sneller komt dan je denkt. Net zoals Advent altijd weer sneller komt dan je denkt. En er nog zoveel te doen is.

Wat opvalt aan de bijbellezingen is allereerst dat er helemaal niet zo'n abrupte overgang is van het einde naar het begin van het kerkelijk jaar, maar dat de lezingen zelfs doorlopen. En het tweede dat opvalt is dat de verwachting veel gespannener is en de komst van de Heer veel verrassender. Dat stelt aan ons de vraag wat wij met onze verwachting doen.

Gaat Advent over een verwachting in het verleden, of in de toekomst?
Eigenlijk kijken we vandaag nog helemaal niet uit naar Kerst. En niet omdat het nog eerst Sinterklaas moet worden, maar omdat de woorden uit het Evangelie doorgaan waar ze vorige week gestopt zijn. Jezus is aan het woord. En Hij heeft het over de toekomst. Dat is al opvallend, als hij eerst nog geboren moet worden. Het geeft maar aan: we kijken niet terug in het verleden naar een oud verhaal, maar we kijken naar de toekomst. De verwachting op weg naar Kerst is niet een verwachting van een film die we al tig keer gezien hebben. En waarvan we toch al weten hoe hij afloopt. De verwachting op weg naar Kerst is een verwachting nu. In ons eigen leven. Naar een toekomst die voor ons ligt.

Welke kracht schuilt er in het geloof en in de gemeenschap als het tegen zit? (preek 23 november 2014)


Wat een jaar hebben we met elkaar achter de rug. In het afgelopen jaar stonden we dertien keer om een van alle hier aanwezige families heen bij het afscheid van een van onze gemeenteleden. Voor jullie, lieve families, was het een groot verlies. Kort geleden, of toch alweer bijna een jaar, al voelt dat niet zo. Voor ons als gemeente was het een verlies van gewaardeerde gemeenteleden, waarmee we vrienden waren geworden, waarmee we samen waren opgetrokken door de jaren heen. Ook voelden we het verdriet van familieleden die ook deel uit maken van onze gemeente. We maakten met jullie de aanloop naar het overlijden mee. Of de plotselinge schok. Elk gemeentelid dat overleed had zijn eigen verhaal. 

Soms was het het onvermijdelijke einde van een lange weg. Soms een kort en hevig ziekbed, dat je nauwelijks kon bijbenen. En soms was het plotseling, ineens, onverwacht. Of ging het ineens heel snel. Zo riep elk overlijden ook zijn eigen emoties op. Bij de een was het goed zo, bij een ander moeilijk, maar was er wel rust, bij een ander verbijstering, en machteloos verdriet, misschien zelfs boosheid. Zo zijn we hier met elkaar verbonden, in ieders eigen nagedachtenis, ook aan mensen die we buiten onze gemeente in ons eigen leven, weer verbonden met anderen, moesten verliezen. En aan mensen die we eerder verloren met elkaar en in ons eigen leven.

Het is een jaar geweest waarin veel overlijdens samenkwamen. Van mensen van wie we het niet hadden gedacht. Die nog zo vol in het leven stonden. Van mensen waarvan we wisten dat ze ziek waren, waarvan we langzaam probeerden te accepteren dat ze eertijds de strijd zouden verliezen. Van mensen die natuurlijk oud waren, maar daarom ook zo'n vertrouwde aanwezigheid waren, dat hun afwezigheid ook nauwelijks voor te stellen was. Kan een mens ooit gemist worden? Op die vraag is bij iedereen het antwoord hetzelfde.

De kracht van de gemeente: verbondenheid
Zo kwam er veel bij elkaar in één jaar. En toonden we aan elkaar de kracht van de gemeente van Christus.

Hoe kom ik door de moeite van het leven toch bij de belofte van God uit? (preek 2 november 2014)



Wat bezielt Abraham om als hijzelf een kind bij Sara krijgt, Hagar de woestijn in te sturen? Wat staat er op het spel? En hoe gaat God daarmee om? De bijbel kent vele verhalen die ons in eerste instantie doen fronzen. Wat heeft dit nu te maken met het Evangelie; de goede boodschap van God? Daar gaan we naar op zoek in het verhaal van Abraham, Sarah en Hagar. 

Het kan zo mooi beginnen in het leven. Zo veelbelovend. Als je een opleiding gaat volgen. Een relatie krijgt. Samen een huis gaat betrekken. Als je kinderen of kleinkinderen krijgt. Van je pensioen mag gaan genieten. Maar dan blijkt het ineens toch anders te gaan. De belofte die het leven voor je in petto leek te hebben lijkt al sneeuw voor de zon te verdwijnen. Of de belofte raakt om wat voor reden dan ook steeds meer uit het zicht. Nieuwe wegen lijken dood te lopen. Of over hele smalle bergpassen te gaan. Hoe ouder je wordt, hoe meer je uit ervaring weet dat het leven met tegenslagen komt. Maar dat hoeft je niet meteen uit het veld te slaan. Natuurlijk zoek je en vecht je voor je dromen en de belofte die het leven gaf. Als alles van een leien dakje gaat word je ook maar lui, en een beetje wrijving geeft ook glans. Het maakt de voldoening als iets wel lukt ook groter.

Waarom laat God toe dat mensen in de steek worden gelaten? 
Dat neemt niet weg dat er ook langere of kortere momenten kunnen zijn waarin je je behoorlijk in de steek gelaten voelt. En het leven je helemaal niet meer toelacht en beloftevol is. Dat je je weggestuurd voelt uit het leven waar het goed kan zijn. Weggestuurd naar de woestijn. En dan? Zo kan het leven toch niet bedoeld zijn? Houdt God op met zijn belofte van een goed en gelukkig leven? Een leven dat veel te bieden heeft en veel voortbrengt? Welke God laat dat toe? Dat het minder wordt, of zelfs ophoudt?

maandag 17 november 2014

Hoe word je gelukkig? (preek 26 oktober 2014)


Wat mooi om van jongeren te horen wat hun dromen zijn. Het zijn de meest uiteenlopende dromen, van zangeres tot hersenchirurg en van een wereldreis maken tot varen met een eigen boot. Of van dieren verzorgen tot mensen in nood helpen. Allemaal even mooie dromen. En soms is je droom maar klein, en soms heel groot. Een hele simpele droom voor je gevoel, of een droom waarvoor je alles op alles zult moeten zetten om die te bereiken. Allemaal mooie dromen. Geen droom is beter dan de ander, want als het goed is dan past je droom bij jou. En daarom is die droom mooi. En daarom gunt iedereen je van harte dat je je droom in vervulling ziet gaan.

En hoe ouder je wordt, hoe meer je daaraan kunt doen. Door een opleiding te volgen, te gaan werken. Anderen te zoeken die van hetzelfde dromen om de handen ineen te slaan. Maar je zult ook steeds meer zien dat het niet altijd lukt om je dromen waar te maken. En soms is het leven ook gewoon een nachtmerrie. Kranten, televisie en internet staan er vol mee. Zo vol, dat we eigenlijk nauwelijks goed nieuws kunnen bedenken. We zijn vaak geneigd om eerst te zeggen wat er niet goed gaat. Wat we niet hebben bereikt. Wat niet leuk is. Hoe houden we dan in het oog wat er wel goed gaat?

De dingen die niet goed gaan horen er ook bij
Het heeft weinig zin om te ontkennen wat er niet goed gaat.

zondag 19 oktober 2014

Hoe kan ik de stem van Jezus verstaan? (preek 19 oktober 2014)

Tekst: Handelingen 9: 1-22

Het bekeringsverhaal van Paulus is een beetje zijn eigen leven gaan leiden. Zoals zoveel verhalen uit de bijbel. Het is een bijzonder verhaal. En dat betekent ook dat het een heel specifiek verhaal is, dat in eerste instantie gaat over Paulus. Maar het verhaal over Paulus' bekering is bijna een voorbeeldverhaal geworden voor hoe bekering in zijn werk zou gaan. Hoe echte bekering gaat. Over wat je ervaren moet hebben om echt bekeerd te zijn, wedergeboren te zijn.

En is dat bij ons zo gegaan? Dat je ineens het licht zag? Of zelfs Jezus hebt gezien? Als ik voor mezelf spreek: ik niet. Maar anderen vertellen daar wel over. Maak mij dat tot een minder christen dan een ander? Ik denk het niet. En jou dus ook niet als je zo'n ervaring niet gehad hebt. Ik denk dat God met ieder zijn eigen weg gaat. Kijk maar naar het verhaal dat nog maar vlak hiervoor in Handelingen wordt verteld.

Begrijp je wat je in de bijbel leest?
Een man, een buitenlander, niet bekend met de bijbel, leest de bijbel. En ook als het een bijbel in gewone taal is, wil dat nog niet zeggen dat hij hem begrijpt. En door de Geest daartoe aangezet vraagt Filippus aan de man: Begrijpt u ook wat u leest? En de man antwoordt: 'Hoe zou ik dat kunnen als niemand mij uitleg geeft?' Daar heeft hij een punt. De bijbel is geen klare taal voor iedereen. Dat snap je ook niet ineens. Net zomin als dat je het kunt gaan geloven. En Filippus legt hem het bijbelverhaal uit dat hij leest. En hij vertelt over Jezus. En langzaam, hoewel, nog steeds op dezelfde middag, gaat deze man het verhaal van Jezus begrijpen. En als ze bij een waterplas komen, wil hij meteen gedoopt worden. Ja, dat gaat ook weer erg snel. Maar het komt misschien dichterbij hoe je het zelf beleeft. Dat je steeds meer het gevoel kreeg dat die bijbelverhalen geloofwaardig waren. Waard om te geloven. Hoeveel vragen je misschien ook nog hebt. Maar daarom moet de bijbel ook uitgelegd worden. Steeds weer. En misschien leidt dat tot bekering, steeds weer.

Wat is bekering?
Wat is bekering dan? Het is zo'n zware term. Het betekent dat je leven gekeerd wordt. Omgedraaid. Dat je alles op een andere manier gaat zien. Door de ogen van Jezus naar je leven gaat kijken. Wat zou hij doen? Wat zou ik nu anders doen? Hoe kijk ik terug op wat ik gedaan heb en doe? Wat heb ik laten liggen? Waar zou ik me meer voor kunnen inspannen?

Waarom zou je door te geven rijker worden? (preek 5 oktober 2014)

Tekst: Genesis 13: 1-18

Wat vind je belangrijk in het leven? Ik vermoed dat die vraag je voor een dilemma stelt. Want aan de ene kant vinden we het natuurlijk vooral belangrijk dat we het gezond zijn, dat we vrienden en relaties hebben, ons gezin, en dat we in vrede kunnen leven. Allemaal niet materiële zaken. Want geluk is niet te koop, zeggen we dan. Geld maakt niet gelukkig. Nee, zegt de arme, maar gelukkig wel rijk!

Aan de andere kant vinden we het natuurlijk ook belangrijk dat we een zekere welvaart hebben. Dat we geld hebben om een mooi huis te kopen of te huren, en dat we de dingen kunnen doen en kopen die we willen. En dat onze kinderen het ook goed hebben. Ook al geloven we dat ons geluk daar niet vanaf hangt, het maakt ons wel degelijk gelukkig of gelukkiger. En daar is ook niets mis mee. Maar het stelt ons wel voor een dilemma: hoe ga je om met mensen die minder hebben? En hoe zorg je ervoor dat de immateriële dingen die je belangrijk vindt - gezondheid, liefde, familie, vrede - , niet botsen met de materiële dingen die je hebt - geld, huis, spullen?

Past rijk zijn bij geloven? 
De bijbel vraagt niet van ons ons vromer voor te doen dan we zijn. Ook God erkent dat welvaart deel uit kan maken van een goed leven. Het Oude Testament is daar wat duidelijker in dan het Nieuwe Testament. Bij Jezus denken we toch al gauw aan de rijke jongeman, die al zijn bezittingen moet verkopen om werkelijk bij Jezus te kunnen horen. En je krijgt de indruk dat Jezus leeft van wat hij krijgt en bij wie hij te gast is.

Het Oude Testament is niet vies van een beetje rijkdom. Wijsheid, die je van God krijgt, is zelfs verbonden met rijkdom. Kijk maar naar koning Salomo, die in rijkdom niet voor Dagobert Duck onderdeed.

Hoe blijf je trouw aan jezelf om te leven vanuit wat je gelooft?

Hoe blijf je in alle drukte trouw aan jezelf? Er komt zoveel op ons af. Hoe kun je daar jezelf in blijven? Hoe blijf je trouw aan waar je voor staat, als anderen je dwingen anders te zijn? De verhalen van de bijbelse koningen geven een beeld van wat je ermee kunt winnen en verliezen.

Een vrouw merkt steeds meer dat haar vriendinnen anders in het leven staan. Hoe ze met relaties omgaan, en met hun kinderen. Wat ze met hun geld doen. Hoe ze in hun werk staan. Soms denkt ze: lekker belangrijk. En ze wordt ook zelf geraakt als haar vriendinnen soms niet snappen waarom zij iets belangrijk vindt en daarvoor wil gaan. Leuke vriendinnen zul je denken. Ja, dat zijn het echt wel. Ze kan onwijs met ze lachen. En ze kent ze al vanaf de middelbare school.

Een andere vrouw loopt op haar werk steeds tegen hetzelfde aan. Zoals er met werknemers wordt omgegaan vindt ze eigenlijk niet kunnen. Zelf blijft ze ook niet altijd buiten schot, als er geen waardering voor haar is, en automatisch verwacht wordt dat ze wel overwerkt. Toch vindt ze het hartstikke leuk werk. Het contact met klanten. En met die paar collega’s die ze al jaren kent. En het werk zelf geven haar energie. Maar het kost haar ook veel.

Deze twee vrouwen lopen er tegenaan dat ze andere waarden koesteren dan de mensen om hen heen. Waarden die voort kunnen komen uit hun geloof. Het is niet altijd makkelijk om volgens die waarden te leven. En je bent al gauw geneigd dan maar concessies te doen.

Druk van mensen om je heen
De druk van mensen om je heen kan enorm bepalend zijn hoe je met je geloof omgaat. Pas je je aan, of probeer je trouw te blijven aan jezelf? En wat is de prijs daarvan? De prijs kan hoog zijn. En bovendien: jij kunt ook niet alleen maar je eigen gang gaan. Je leeft nu eenmaal met mensen samen, thuis, op het werk, en in de vriendenkring. Hoe ga je daarmee om?

Koning blijven
De koningen in de bijbel zitten in dezelfde spagaat ontdekte ik. In Zacharia staat er echt wel wat op het spel. Het voortbestaan van het land, Juda. Dat ligt niet zozeer aan de grootmachten die op Rusland-achtige wijze proberen te regeren over hun buurlanden, maar aan de koningen zelf. Zij proberen koning te blijven door zich aan te passen en aan te pappen met de grootmachten. Een link spelletje. Als je verkeerd gewed hebt, verlies je het. En de prijs is nog hoger: ze verliezen door die spelletje ook zichzelf, en God. Want ze zijn niet meer trouw aan zichzelf.

Respect afdwingen
Wat is het alternatief? Trouw zijn aan jezelf en aan God is ook een moeilijk spel. Je bent immers maar klein in die grote wereld. Maar je blijft wel op eigen benen staan. En zo ben je niet afhankelijk van wat anderen vinden of van je willen. En dat voelen mensen ook. Het zal respect afdwingen, en ja, ook onbegrip oproepen. Maar in dat moeilijke spel blijf je wel jezelf trouw, en kun je je geloof houden.

Heb jij een ervaringsverhaal hierbij? Waarin was het moeilijk trouw te blijven aan jezelf/je geloof?

Foto: Dirk Loop


Deze blog is eerder gepubliceerd op Mijnkerk.nl

zondag 7 september 2014

Wat kun je doen om in vrede te kunnen leven? (preek 7 september 2014)


Beluister de preek via Kerkomroep (tot zes maanden na de dienst)

Hoe herkenbaar: al het om de waarheid gaat draaien we er tegenover elkaar graag omheen. Zeggen we niet wat gezegd moet worden, om de lieve vrede. Of praten we er juist wel over, maar met anderen. Of hangen we het zelfs aan de grote klok, voordat we er met de ander zelf over praten. Waarom dat ons schaadt, en waarom God ons beter gunt, vertellen Ezechiël en Jezus deze zondag. Het Koninkrijk van God begint zelfs daar waar twee of drie in Jezus' naam aanwezig zijn. In het klein; dat is het doorlopende thema van Mattheüs. 

Een belangrijke voorwaarde om gelukkig te kunnen leven is dat er vrede is. We zien heel veel plaatsen waar die vrede er niet is. We zien de consequenties ervan: mensen slaan op de vlucht. Kinderen kunnen niet naar school. Huizen, winkels, bedrijven en wegen worden kapotgeschoten, zodat er ook geen werk meer mogelijk is. En de zwaksten zijn daarvan als eerste de dupe.

Vrede bedreigd? 
Maar het is niet alleen maar een ver van ons bed show meer. De verschillende brandhaarden in de wereld hebben ook hun invloed op de vrede bij ons. Mensen voelen zich bedreigd. In hoeverre dat terecht is of niet is niet eens zo belangrijk. Waar het om gaat is dat vrede niet meer vanzelfsprekend blijkt. Als het dat ooit was. Maar we zijn eraan gewend geraakt. En nu raakt het gemis van vrede in de wereld onze eigen vrede. Niet alleen door sympathisanten van Jihadstrijders die zelfs vanuit ons land vertrekken, of door een priester die in elkaar wordt geslagen, of de ruiten van een Koptische kerk in Amsterdam die worden ingegooid. Maar ook door de vluchtelingenstromen die op gang komen richting Europa. Mensen die elders een veilig heenkomen en een toekomst zoeken. Of dit de oplossing is, is nog maar de vraag, maar je kunt ze het moeilijk kwalijk nemen.

Twee keuzen 
We hebben een keuze hoe we hiermee omgaan. Handelen we uit angst of zoeken we de vrede?

zondag 31 augustus 2014

Waarom zou ik mijn geloof de doorslag laten geven? (preek 31 augustus 2014)


Beluister de preek op Kerkomroep (tot zes maanden na de dienst)

In de afgelopen week kwam vermeende kritiek op onze koning van onze landelijke kerk in het nieuws. Hij zou God meer moeten noemen. Dit korte nieuwsitem ging voorbij aan de kern van het interview. Wat onze kerk naar voren wil brengen in al zijn activiteiten is dat we moeten leren durven over God te spreken. Niet omdat we het beter weten of anderen daarmee uit willen sluiten. Geloof geeft wel houvast, ook in de ontmoeting met de ander. "Ik kom in dat contact met hem niet verder, als ik over mijn eigen bronnen zwijg" zegt voorzitter ds. Karin van den Broeke in de volledige versie van het interview met NRC. De stelling van de preek is: We doen onszelf en God tekort als we niet over hem spreken.

Geloof bewijst zich
Afgelopen woensdag gebeurde er in deze kerk iets bijzonders. Gelovigen en mensen die geloof en zin zoeken kwamen in grote getale af op de uitnodiging van de Raad van Kerken om in een gebedsdienst stil te staan bij het geweld in de wereld, en troost en bemoediging te zoeken bij God en bij elkaar. Zes voorgangers uit verschillende kerken gingen voor, en verschillende muzikanten en andere medewerkers hielpen spontaan mee. Aanleiding voor de viering was de behoefte die we voelden om alle emoties bij het geweld in de wereld een plek te geven. En te bidden voor vrede. Al het geweld in Irak, ook tegen onze geloofsgenoten, maar ook in Syrië, Israël, Gaza, Oekraïne en op zo veel andere plekken in de wereld geeft een machteloos gevoel. Waar kun je met je gevoel naartoe? Geloof bewijst zich op zulke momenten als een houvast en een bron van hoop. Het brengt zelfs mensen samen die nog nooit met elkaar het geloof hebben gevierd of die al lange tijd niet in een kerk zijn geweest. Hier staat de kerk in haar kracht. Om geloof te voeden dat bergen kan verzetten en het niet laat bij het lijden in de wereld, en onze emoties daarbij. We werden even collectief gedragen en bemoedigd door het zingen, de gebeden, de woorden, het samenzijn.

De kracht van geloof wordt onderschat - de tempel kan God niets schelen
Deze kracht van de kerk wordt onderschat. Of: de kracht van het geloof wordt onderschat. In eerste instantie door onszelf. Want kerk lijkt voor veel mensen steeds minder belangrijk te worden. Prioriteiten liggen om zeer uiteenlopende en allemaal even begrijpelijke redenen elders. Dat is niet erg voor de kerk. Want de kerk bestaat niet voor zichzelf. En God zorgt wel voor zijn kerk. Maar het is wel erg voor onszelf.

Mijn antwoord op de Ice Bucket Challenge

Woensdag 27 augustus 2014

zondag 17 augustus 2014

Wat betekent het als ik zeg 'Ik ben christen'? (#WeAreN) (preek 17 augustus 2014)

Tekst: Jesaja 56: 1-7 en Mattheüs 15: 21-28

Beluister de preek via Kerkomroep.nl (tot zes maanden na de dienst)

Veel mensen voelen zich verbonden met christenen op de vlucht. En zeggen: ik ben ook christen! Wat betekent het als je dat zegt? De gevestigde orde gebruikt een religieuze identiteit vaak om grenzen te stellen. Wie er wel en niet bij hoort. En hoe alles hoort te gaan. Maar volgen we daarmee God, die juist grenzen opzoekt en overgaat? Over wat het betekent om grenzeloos christen te zijn gaat de overweging bij de ontmoeting van Jezus met de Kanaänitische vrouw.


De beelden uit Irak blijven onze journaals, onze kranten en onze sociale media vullen. Ze raken. De barbaarsheid van het geweld komt heel erg dichtbij in de heldere beelden, tot in details open over de wreedheden daar. En het komt dichtbij omdat mensen ook in Nederland openlijk sympathiseren met de mensen die de wreedheden begaan. Het zet groepen tegenover elkaar. In het ergste geval in antisemitisme en islamofobie, de haat tegen joden en tegen moslims. Vorige week stonden we er bij stil dat daarin de grond ligt voor de wreedheid en de barbaarsheid van het geweld: de identiteit van een ander volledig uitroeien. Niet een paar mensen, maar iedereen. Mét hun cultuur en geschiedenis erbij. Kortom hun identiteit. Niets mag meer aan de andere groep herinneren. Omdat ze zijn wie ze zijn.

Ook christenen overkomt dat overal ter wereld. In Noord-Korea, waar de Paus zo dichtbij is, en nu heel urgent en schrijnend in Irak. En mensen overal ter wereld tonen hun verbondenheid met deze christenen door de Arabische letter N te dragen op een T-shirt of een profielfoto op de sociale media. De Arabische letter N is de eerste letter van het woord voor Christen. De letter die op de huizen van christenen geschreven wordt, voordat ze eruit verjaagd worden, met de dood tot gevolg. Door het dragen van die letter tonen mensen hun verbondenheid met Arabische christenen. Als een geuzenpenning: ik ben ook christen!

Wat betekent het als je zegt 'Ik ben Christen!'?
 Daar wil ik vandaag op door. Op dat 'ik ben ook christen'. Wat ben je dan?

woensdag 13 augustus 2014

Waar kan je met je gevoel van onmacht naar toe bij het zien van zoveel lijden en geweld?

Vanuit de Raad van Kerken zijn we bezig om te kijken hoe we samen zouden kunnen bidden voor de vrede, in deze gewelddadige en bedreigende tijd. Een eerste verslag van de voorbereidingen. Doe je mee?

Wat gebeurt er allemaal? Deze zomer komen er zoveel verschrikkelijke beelden op ons af. Mensen op de vlucht door droge bergen en woestijnen. Complete steden in puin. Mensen, zelfs kinderen, als beesten afgeslacht.

Wat gebeurt er allemaal? En waarom gebeurt er niets of gaat het allemaal zo traag? Waarom steunen mensen zelfs in het Westen het geweld? Hoe moet er ingegrepen worden? Wat is goed, wat is kwaad? Grote vragen, weinig antwoorden. Ze uiten een groot gevoel van machteloosheid, soms zelfs wanhoop.

We voelen ons verbonden met mensen die bedreigd worden en vragen ons af hoeveel geweld een mens kan verdragen. Hoeveel geweld nog gerechtvaardigd is, en hoe je daarop moet antwoorden? Wanneer komt de vrede?

We voelen ons verbonden met christenen op de vlucht. Ze zijn getekend, letterlijk. Op hun huizen in Irak was de Arabische letter N geschreven. De eerste letter van het woord voor Christen. Overal ter wereld dragen mensen die letter op hun profielfoto of een T-shirt. Ook wij zijn christen! Tegelijkertijd is het een verbondenheid met alle Arabisch sprekende mensen, ook moslims, die de vrede nastreven. Die gewoon willen leven, met anderen.

Samen kunnen we één front vormen. Van gebed. Want daar kan je met je gevoel van onmacht naartoe. Naar God. Samen kunnen we onze gevoelens van onmacht en wanhoop verwoorden voor God en elkaar. Elkaar steunen, troost zoeken en om kracht bidden voor allen die lijden en al gestorven zijn.

Vanuit de Raad van Kerken Waalwijk zoeken we naar mogelijkheden om met elkaar te bidden. Ook in samenwerking met kerken en christelijke groepen die geen lid zijn van de Raad van Kerken. Eerste contacten zijn hierover gelegd. Verschillende kerken en groepen hebben hun medewerking reeds toegezegd of overwegen dit. Zo werken we ook samen met de Facebook-community 'Pray4Peace' die vanuit Sprang-Capelle is opgericht en die in 24 uur al bijna 50 likes opleverde. Ik ben daar inmiddels medebeheerder van geworden.

Samen bidden en contact houden met moslims

We zoeken naar een moment en plaats waarop we zouden kunnen bidden met elkaar. Op korte termijn, nadat we met elkaar hier een goede vorm voor gevonden hebben. Wil je ook meewerken, of heb je ideeën, meld je! Van harte welkom!

Ook zoeken we vanuit de Raad van Kerken Waalwijk contact met de moskeeën om met hen in gesprek te gaan en de handen ineen te slaan tegen bewegingen en beweringen die groepen mensen uit elkaar drijven. De eerste contacten zijn hiervoor gelegd en vragen door de zomervakantie nog wat tijd.

Zo willen we in gelovige verbondenheid met christenen en alle mensen van goede wil, de handen vouwen en ineenslaan, voor de vrede:

God Die Vrede bent

We zien op hoeveel plaatsen in Uw wereld geweld, haat en oorlog mensen uiteen drijven. We bidden voor allen die daardoor getroffen worden. Wees hen nabij en zegen wat gedaan wordt om vrede te stichten.

Raak harten van mensen die met geweld anderen verdrukken en breng hen tot bezinning. Laat allen die in vrede leven zich inzetten om anderen daarin te laten delen.

Bovenal bidden wij dat Uw Rijk van vrede komen zal. Dan zal geen volk nog het zwaard trekken tegen een ander volk en geen mens zal meer weten wat oorlog is. Zo bidden wij in de Naam van Jezus Christus, Die onze Vrede is.

Amen  
(bron: Kerkinactie)
ds. Otto Grevink,
voorzitter Raad van Kerken Waalwijk,
ottogrevink@gmail.com

dinsdag 12 augustus 2014

Hoe overwint toch weer het goede in alle conflicten? (preek 10 augustus 2014)


Beluister de preek op Kerkomroep.nl (tot zes maanden na de dienst)

De wereld lijkt in brand te staan en meer dan ooit komen de conflicten dichtbij. De wereld is klein geworden. Een vliegramp bracht het conflict in de Oekraïne dichterbij. Het conflict in Gaza zet verhoudingen ook in Nederland op scherp, samen met het conflict in Syrië, waar medegelovigen op de vlucht zijn voor hun belagers, die sympathisanten in Nederland hebben. Wat kunnen we doen? Hoe kan onze houding zijn? De houding van Jona en van Petrus (die over het water probeert te lopen) helpt ons om zicht hierop te krijgen.

In de afgelopen week is in België het begin van de Eerste Wereldoorlog herdacht. Die begon honderd jaar geleden in 1914. Een gruwelijke, zinloze en alles vernietigende oorlog. De Duitse bondspresident, een oud-predikant, herinnerde vol schaamte hoe ook de bibliotheek van Leuven gebombardeerd is. En hoe Duitse intellectuelen daar geen traan om lieten. Zij noemden het bombardement zelfs noodzakelijk te midden van alle andere oorlogsverschrikkingen.

Waarom is dat zo'n belangwekkend detail? Het gaat toch maar om boeken, niet om mensen? Omdat de barbaarsheid van een oorlog zich pas echt laat zien als ook cultuur vernietigd wordt. En niet vanwege dat ene mooie boek of dat ene mooie muziekstuk, maar omdat de cultuur onze wortels zijn. Onze geschiedenis. Ons verhaal. Onze identiteit. Wanneer cultuur wordt uitgeroeid geeft dat aan dat de aanvaller de tegenstander met wortel en tak wil uitroeien. Er mag niets aan hem herinneren. Dan gaat het niet meer om het bereiken van een doel dwars door iedereen heen en ten koste van veel levens die in de weg staan. Dan is de totale vernietiging van een volk, een minderheid, of een religie het doel. En niet alleen de vernietiging van wie nu leeft, maar ook van wie er geleefd hebben. En waar zij voor stonden. Wat ze bij hebben gedragen aan de wereld. Wat ze geloofden.

De geschiedenis herhaalt zich

Anno 2014 lijkt de geschiedenis zich te herhalen in een bijna nog grotere barbaarsheid die je je nauwelijks meer kunt voorstellen.

woensdag 6 augustus 2014

Hoe je als kerk crêpes kunt verkopen - een blik op de kerk

Een gebeurtenis op vakantie deed me ervaren hoe de kerk, ondanks goede bedoelingen en een goede organisatie, geïnteresseerden niet bereikt. Omdat we vasthouden aan onze manier van kerk zijn. Hoe kunnen we onze boodschap buiten de deur van onze kerk verkopen?

Bij aankomst bij een van de vele kastelen aan de Franse Loire valt mijn oog op een wagentje dat crêpes verkoopt. Met jam en met Nutella! Ik neem me voor dat het na de fietstocht er naartoe een goed idee is om voor de bezichtiging van het kasteel eerst een crêpe te bestellen. Mét Nutella!

Nu is het even wachten tot ik geholpen word. Niemand bemant het uitnodigende wagentje. Dan komen er twee obers aan van het nabij gelegen restaurant, maar zij verdwijnen in de houten keet naast het pannenkoekenwagentje waar ze koffie, broodjes en ijs verkopen. Er zijn daar geen klanten, dus ongeduldig als ik ben laat ik weten dat ik er ben. Het duurt even voor de oudste ober wegloopt, langs het pannenkoeken wagentje, en zijn jongere collega bits toeschreeuwt dat er een klant is. Tenminste, zijn mimiek doet mij vermoeden dat hij dat zegt.

Niet geholpen

Inmiddels word ik nog steeds niet geholpen en staan er wel klanten bij de houten keet. Die wèl worden geholpen. Ik raak wat geïrriteerd, hoewel ik mijn vakantiestemming hieraan niet wil opofferen. Maar ik kan het niet laten om tussen twee klanten door aan de balie in mijn beste frans te vragen of hij mij wil roepen wanneer hij tijd voor me heeft. Het antwoord is even kort als duidelijk. Ik moet dáár voor de houten keet in de rij gaan staan en dán zal ik geholpen worden. Oké, enigszins knarsetandend loop ik naar de balie en voor ik wat kan zeggen, zegt de ober, wijzend naar een ander: Deze man was eerst!

Genoeg is genoeg. Ik heb nu al mijn buik vol van deze crêpe. Met Nutella. Ik besluit om onverrichter zake terug te gaan naar mijn tafeltje, waar ik thee aan het drinken was. Thee, die ik kort daarvoor bij een andere collega aan de houten balie had besteld. Dus ik kan de werkwijze uiteindelijk ook wel volgen, hoewel ik hem echt niet expres tegenwerkte. Daar aan de balie bestel je en reken je af; bij het wagentje wordt je crêpe bereid. En ik ben lastig, wordt me omstandig duidelijk gemaakt, want ik bestel niet op de juiste manier.


Hoe gaan wij als kerk om met geïnteresseerden?

Van een afstandje zie ik het pannenkoekenwagentje en de houten keet naast elkaar. En ik zie een beeld van de kerk.

maandag 4 augustus 2014

Je vijand is ook een mens

Na de vliegramp in de Oekraïne sprongen mensen uit hun vel bij beelden van de rebellen tussen de wrakstukken. Hoe kun je over deze mensen denken, zonder de waarheid uit het oog te verliezen? Overwegingen bij Jezus' woorden 'heb uw vijanden lief'.

Dagblad Trouw meldde half juli het overlijden van Albert Hoebe, drager van de Militaire Willems-Orde. Met gevaar voor eigen leven had hij het leven van zijn strijdmakkers gered door de tegenstander te overmeesteren. Zo meldt Trouws website evenals die van andere kranten. Het viel me op dat de papieren Trouw het niet had over de tegenstander, maar over 'de vijand'. Hoeben had tot drie keer toe een granaat naar die vijand teruggegooid en hem uiteindelijk overmeesterd. En ik dacht: 'de vijand?' Ik realiseerde me dat we zo eigenlijk niet meer over tegenstanders praten. Maar dat we dat pas kunnen zeggen na jaren vrede, en dat het in tijden van oorlog heel voor de hand liggend is om zo over de tegenstander te praten.

Op hetzelfde moment werd een vliegtuig neergeschoten in zwaar bevochten gebied in de Oekraïne. 'Moordenaars' kopte de Telegraaf bij de berichten over de rebellen die het toestel met onze landgenoten hadden neergeschoten en die weinig haast leken te maken met een respectvol bergen van de lichamen van de passagiers en hun eigendommen.

Kijk naar de foto; wat zie je?

Sterker nog, de krantenkop 'Moordenaars' viel in het niet bij de verwensingen die klonken bij de foto die over het internet circuleerde. Hierop houdt een separatist een knuffel omhoog bij de wrakstukken. Juist deze knuffel raakte ons in ons hart bij wat we dachten te zien: 'Blijf van de spullen van onze mensen af! Stelletje *~:"<)?&%$@#!'

Totdat duidelijk werd dat de foto misschien iets anders toonde dan we zagen. Een langer videofragment toonde mogelijk dat deze krijgsman juist respect wilde betonen aan de slachtoffers, waaronder zelfs kinderen waren. Kijk maar naar deze knuffel! De man zette daarna zijn pet af en bad, aldus een niet-onafhankelijke bron.

Waarheid is het eerste oorlogsslachtoffer

Wat is waarheid? In een oorlog is waarheid het eerste slachtoffer. Door van de ander de vijand te maken komen we steeds verder af te staan van de waarheid van wat er werkelijk gebeurt. En waar recht over gesproken moet worden. Wat deze foto toont weet ik niet precies. Maar wel hoe gevaarlijk het is om in vijandsbeelden te denken. Omdat het misleidt. En in beide gevallen was wat wij en hij zagen bezijden de waarheid...

Waarom zou ik mijn vijanden liefhebben?

Als Jezus zegt: hebt uw vijanden lief, dan gaat het hem hierom: dat de waarheid in het geding is. Onze vijandsbeelden maken van onze tegenstanders onmensen. Niet-mensen. Barbaren in hun oorspronkelijke betekenis: onbeschaafd en onderontwikkeld, onverstaanbaar ook.

Ik twijfel niet dat deze rebellen schurken, schoften en terroristen zijn. Ze blijven wel mensen. Net als wij. Door van anderen vijandbeelden te maken wordt het onmogelijk om ook maar de mogelijkheid voor te stellen dat je met de tegenstander weer zou kunnen samenleven. Dat zal niet zomaar kunnen, maar toch: we leven maar in één wereld, dus we zullen wel moeten. We zijn allemaal mensen, en in alle mensen zit goed en kwaad, niet alleen in 'de vijand'.

'Heb uw vijand lief' is een oproep om in een tegenstander een mens te blijven zien. En je eigen menselijkheid te blijven zien. Hoeveel pijn, verdriet en leed hij of zij ons ook aandoet. Opnieuw samenleven zal alleen kunnen door de waarheid onder ogen te zien. En die waarheid is er niet bij gediend om van de ander een onmens te maken. Wel om recht te zoeken en te spreken! Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.

vrijdag 18 juli 2014

Daar sta je dan... En het vliegtuig is vertrokken maar nooit aangekomen

's Avonds laat heeft hij even de tijd genomen om op internet een vlucht uit te zoeken. Eindbestemming: Kuala Lumpur. Ik schat hem net zo oud als mijzelf, tweede helft dertig. Geen idee waarom hij daar naartoe wil. Vakantie lijkt me het meest waarschijnlijk. Het is zomer. Lang naar uitgekeken. Misschien lang voor gespaard. In ieder geval verdiend. Zo stel ik me dat tenminste voor.

De man vertelt aan de NOS-verslaggever dat hij die avond niet had kunnen boeken. Creditcard niet bij de hand of zo, denk ik dan maar. De volgende ochtend was de laatste stoel al bezet. Balen. Want het was zo'n ideale vliegtijd, met een mooie vroege aankomst op de plaats van bestemming. Alleen zou hij hem nooit gehaald hebben...

Alle verslaggevers en analisten hoor ik niet meer. Ik blijf even bij deze man hangen. Een klein verhaal, dat steeds groter wordt als ik het me inbeeld. Een boekingssite toont een lijst vol met keuzen. Een lijst waar je normaal de beste koop uit kiest, maar die nu een loterij bleek, of meer nog: een Russische roulette...

De dans ontsprongen 
En ik denk aan die man, en aan zo vele anderen die de dans ontsprongen. Misschien een zieke stewardess, of een man, misschien een heel gezin zelfs, dat in de file stond of om een andere reden zijn vlucht mistte. Een heel drama in die auto zou het geweest zijn, en een enorme opluchting achteraf. Of misschien is er een student, die geen beurs kreeg om ook met die andere honderd AIDS-wetenschappers naar Australië te gaan. Maar ik denk ook aan die vrouw of man, die wèl die laatste stoel boekte. In plaats van die man op televisie. Zou hij misschien, hoe onterecht ook, zich schuldig voelen?

We hebben het leven niet in de hand. En op zo'n moment lijkt het echt een loterij te zijn. Is het inderdaad een speling van het lot? Of ligt toch ons leven in de handen van God? Ik heb leren geloven dat wanneer ik mijn leven in Gods handen weet, dat niet betekent dat God overal de hand in heeft. Maar wel dat wat er ook gebeurt, er die ontferming, die omarming van God is.

Daarom kan ik bijna tegelijk met een gebed om alle nood in de wereld ook God danken. En nu bij God aankloppen: God, ontferm U! Omarm alle mensen die omgekomen zijn, hun families en vrienden. En alle mensen die rouwen. En niet alleen hen, maar ook alle naamlozen overal ter wereld, die dagelijks in nog grotere aantallen zinloos én naamloos omkomen. God, ik dank u voor het leven. Hou het, ook in de nood en in de dood, in uw hand geborgen.


zondag 13 juli 2014

Hoe afhankelijk ben jij van alles wat moet? (preek 6 juli 2014)


Beluister de preek op Kerkomroep (tot zes maanden na publicatie)

Het is inmiddels volop zomer. Velen zijn al met vakantie gegaan. En als straks de scholen ook vakantie hebben dan is het echt zomervakantie. Allerlei alledaagse dingen gaan even voor kortere of langere tijd op een lager pitje. Soms moeten dingen nog snel af, maar daarna rennen we eens even wat minder hard. En of het dan die ene dag op het strand, of een paar weken weg is; het staat dan in het teken van even niets moeten...

Kennelijk moeten we nogal veel. Ja, ga maar na: naast werk en school hebben we allerlei verplichtingen. En als je gepensioneerd bent of de kinderen uit huis zijn vragen velen zich af en toe af hoe ze dat werk en die opvoeding er nog bij deden. We moeten veel. Niet iedereen heeft de luxe om even niets te moeten. Sommige dingen gaan gewoon door. Denk maar aan mensen die voor een naaste zorgen. En niet voor elke ouder is de zomervakantie een even grote ontspanning, met zes of zeven weken je kinderen thuis. En toch is dat wel ons ideaal: even niets moeten.

Juiste balans?
Vandaag vraag ik me af of dat de juiste balans geeft? Door naast de langere tijd waarin we van alles moeten, een kortere tijd te zetten waarin we even niets moeten. En waarom vraag ik me dat af? Omdat ik denk dat wanneer het in de bijbel over onze bevrijding gaat, dat toch gaat over ons hele leven. En niet alleen over onze momenten dat we even niets moeten. En: dat die bevrijding niet inhoudt dat we even niets moeten, maar dat we er niet door geleefd worden. Waardoor ons hele leven bevrijd is. Dan vinden we werkelijk rust. Zonder dat het vakantie hoeft te zijn.

Waar ga je voor? Macht of eigenwaarde?
Laten we eens even kijken hoe de bijbelverhalen van vandaag daarover spreken.

zaterdag 5 juli 2014

Voor iedereen een medaille!

Wat een fantastische sportzomer voor alle sportliefhebbers! Eerst het WK hockey in eigen land. Nu het WK voetbal, dat we natúúrlijk gaan winnen. En straks als vaste prik Wimbledon en de Tour de France. Heerlijk om naar te kijken. En het inspireert veel mensen ook om zelf te gaan sporten.

Het nut van sporten heb ik altijd een beetje in twijfel getrokken, zal ik eerlijk zeggen. Je krijgt er maar blessures van. Zelf was ik geen held bij gym. Bang voor de bal en hoogtevrees in de klimtouwen en klimrekken. En ik ben door nuchtere ouders opgevoed die zeiden dat het vooral belangrijk was gezond te eten en normaal te bewegen. Gewoon bewegen. En als je niet meer beweegt, nou ja, dan merk je het wel...

Toch ben ik ook wel door schade en kilo's wijzer geworden dat iets meer dan normaal bewegen toch ook wel gezonder is. En dat bewegen en sporten vooral ook goed is voor je geestelijke gezondheid. Als je continu maar bezig bent, of juist helemaal niet, dan verlies je nog wel eens je doel uit het oog. Als alles om je heen druk is, lijkt het soms alsof je nooit je doel bereikt. En dat alles wat je doet slechts een slag in de lucht is.

Daarom is het ook goed om je kop fris te houden en te leven als een sporter. Dat betekent niet meteen dat je deze zomer de halve marathon moet kunnen lopen, of dat je niet meer die sportfanaat vanaf de bank mag zijn. Leven als een sporter betekent dat je je leven richt op een doel. Op iets dat je belangrijk vindt. Kinderen, vriendschap, zorg, of iets anders waarin je iets wilt betekenen. Ieder mens kan iets betekenen. Hoe maak jij het verschil?

Denk niet te snel: dat kan ik niet. Het gaat er niet om iets onmogelijks te bereiken. Ga voor wat je wel kunt bereiken. Wat je waardevol vindt. Want ieder mens kan iets betekenen. De pauzes in de sportzomer geven misschien wat rust om eens stil te staan bij wat jij belangrijk vindt. Misschien ben je dat door drukte of andere omstandigheden wat uit het oog verloren. Ga er dan voor. Als een sporter. Kies een doel, waarin je wilt scoren. Dat betekent dat het nodig zal zijn jezelf te beheersen. Niet omdat andere dingen niet zouden mogen. Iemand anders beheerst jou niet, je beheerst jezelf. Omdat je je wilt richten op jouw zelfgekozen doel.

Als je zo leeft als een sporter, dan put je jezelf niet uit, maar ga je voor goud. En dan ligt er bij de finish voor iedereen een medaille klaar! Een fijne (sport)zomer voor iedereen!

Deze blog is gebaseerd op deze bijbeltekst.

Deze column is gepubliceerd in de Wijkkrant van 5 juli 2014.

Maak van Zwarte Piet geen Kop van Jut!

Terwijl het bijna dertig graden is, barsten op de sociale media de reacties los op de uitspraak van een VN-commissie dat Zwarte Piet niet kan. Koren op de molen van diegenen die een rechtszaak wonnen in Amsterdam. De rechter zei dat de burgemeester in zijn afweging om de Sinterklaasintocht toe te staan ook mee had moeten nemen dat het verschijnen van Zwarte Piet een inbreuk kan zijn op het privé leven van mensen. Jammer van alle commotie. En ik wilde er snel vanaf zijn met een korte reactie gisteren. Strekking: er wordt een probleem gemáákt van Zwarte Piet.

Daar sta ik nog steeds achter, maar ik voorzie ook een tegenreactie: dat discriminatie wel degelijk een probleem is in Nederland. En dat heb ik gisteren ook gezien. Op de sociale media herhaalde de onschuldige ogende woordspeling zich geregeld: 'We stoppen met hulp aan Afrika. Als wij geen Zwarte Piet meer mogen hebben, spelen wij ook niet meer voor Sinterklaas.' Lollig bedacht, maar velen hebben niet door wat ze werkelijk zeggen. Want dit kan natuurlijk niet. Omdat het blootlegt waar de tegenstanders van Zwarte Piet tegenaan lopen. Dat huidskleur en uiterlijk aangegrepen wordt om mensen weg te zetten. Een collega van mij vertelde op Twitter dat haar zoontje, een 'halfbloedje' zoals ze zelf zei, op het voetbalveld te horen kreeg van een ander kind: 'Ga terug naar je eigen land!'.

Ga terug naar je eigen land? Het kind is hier geboren, uit twee Nederlandse ouders! Maar dit is wel de sfeer die ontstaat, waar allerlei Nederlanders van niet-Nederlandse afkomst last van hebben: 'Ga terug naar je eigen land!' Dit is hun land! Dus die mensen die tegen Zwarte Piet te hoop lopen wonen ook niet in Afrika; dat zijn ook gewoon Nederlanders. Maar velen van hen ervaren dat ze niet voor vol worden aangezien. En dat is een probleem.

Maar Zwarte Piet is dat niet. Zwarte Piet wordt nu onterecht als kop van jut gebruikt om een dieper liggend probleem aan de kaak te stellen. Onterecht, omdat Zwarte Piet geen buitenlander is, of althans niet minder dan Sinterklaas, hij een vrolijke clown is, een kindervriend. Geen geknecht persoon, maar een fantastische figuur in het spel dat Sinterklaas heet. Hij is zwart ja, maar Sinterklaas is ook geen bisschop meer.

Laat Zwarte Piet alsjeblieft met rust. Het is strategisch ook een domme actie, als je juist discriminatie aan de orde wil stellen. Het zet mensen scherper tegenover elkaar. We horen bij elkaar, en Zwarte Piet ook!

Lees ook: 'Sint is allang geen bisschop meer; en Zwarte Piet geen slaaf- Grow up; of eigenlijk liever niet!'

vrijdag 4 juli 2014

Waarom ik het oneens ben met het standpunt van de VN-commissie over Zwarte Piet

Mevrouw Shepherd van de VN, u verwijt ons onwetendheid ten aanzien van ons slavernijverleden, als achtergrond van onze zogenaamd 'racistische' zwarte piet. Maar is het wel eens in u opgekomen dat er wellicht geen probleem is? U koppelt twee dingen aan elkaar die voor de meeste Nederlanders geen koppeling (meer) zijn. Klaar. En dan verwijt ik u onwetendheid van uw kant, en gemakzucht waarmee u als blijkbaar ervaren wetenschapper na een paar dagen veldwerk uw conclusies meent te mogen trekken. U maakt problemen waar ze er niet zijn en u verstoort het binnenlands gesprek over de waarde van de eigen cultuur, waarin iedereen een plek heeft!

Reactie op een artikel op Nu.nl

Zie ook mijn eerdere blog 'Sint is allang geen bisschop meer; en Zwarte Piet geen slaaf- Grow up; of eigenlijk liever niet!'

zondag 29 juni 2014

Hoe ga je met je geloof om als dat strijd geeft? (Preek 29 juni 2014)


Beluister deze preek via Kerkomroep (tot zes maanden na publicatie)

Als ouders ervoor kiezen om hun kinderen het goede nieuws van Jezus door te vertellen, dan is dat reden voor een feest. En als we dopen dan is dat een echt familiefeest. Van trotse grootouders, en dankbare ouders, voor wie het krijgen van een kind een hele nieuwe ervaring is. Dan is het best even slikken en fronsen als Jezus dan zegt dat zijn goede boodschap geen vrede brengt, maar het zwaard, tussen een man en zijn vader, tussen een dochter en haar moeder en tussen een schoondochter en haar schoonmoeder; de vijanden van de mensen zijn hun eigen huisgenoten. Wat is dat voor een familie?

Ik kijk even wat verder dan onze eigen families, en zie zo'n familie terug in de voetbalfamilie, de familie FIFA. Een familie die van iets dat een spelletje zou moeten zijn, oorlog heeft gemaakt. Een oorlog waarbij de beet van Luis Suárez niets voorstelt. Onder aanvoering van opa Sepp Blatter worden toernooien gekocht, en verkocht aan landen die dat niet kunnen betalen; lijden miljoenen mensen in sloppenwijken onder de gevolgen en onder het tekort aan voorzieningen dat ze al hadden. De familie dringt zijn eigen wetten op aan de ontvangende landen, die maar wat graag meeprofiteren. Maar gaat er zelf met de winst vandoor. Die wetten staan soms haaks op de wetten van de ontvangende landen en worden in sommige gevallen zelfs bewaakt door eigen FIFA-rechtbanken. Lekkere familie.

Hoeveel kun je door de vingers zien?

zaterdag 14 juni 2014

Voor wie is de kerk? (Preek Pinksteren 2014)


Beluister de dienst op Kerkomroep (8 juni 2014)

Pinksteren is het geboortefeest van de kerk. De inspiratie van de heilige Geest brengt een beweging op gang, waarin het Evangelie over de hele wereld wordt verteld. In ieders taal. Die beweging van bevlogen gelovigen heeft op allerlei plaatsen in de wereld kerken opgeleverd. Hier komen mensen samen om het geloof te vieren, om erover te leren, en om God en elkaar te dienen. Zoals wij hier in één van onze gebouwen.

Voor wie is die kerk? Voor ons, zul je misschien zeggen. En dat klinkt logisch. Wij sluiten hier aan bij die beweging van Pinksteren. In deze kerk waarin die beweging gestalte kreeg. In de woorden die klinken en de gemeenschap die we zoeken met elkaar vinden we iets van God, die ons nabij is en met ons mee leeft.

Waar zijn ze?
Tegelijkertijd voelen we dat we het niet helemaal zelf meer kunnen. De groep mensen die actief deel uit wil maken van de kerk slinkt. En alle mooie onderzoeken ten spijt dat mensen religieuzer zijn dan voorheen, keert dat de trend niet. Het kan ons een beetje knorrig maken. Waarom komen ze nou niet? Waarom is al dat andere waar ze zo druk mee zijn belangrijker? Waarom komen ze niet meer naar de kerk, terwijl ze wel hun kinderen hebben gedoopt? Waarom willen ze niets doen om onze kerk in stand te houden?

Ezechiël spreekt in een vergelijkbare situatie. Veel Israëlieten zijn uitgewaaierd. Verstrooid over de wereld door de ballingschap. Ze zijn hun eigen weg gegaan, ver weg van hun roots. Maar de tempel staat er nog. En in en rondom de tempel is een groepje achtergebleven. Er is iets met hen aan de hand, waar Ezechiël de vinger op legt.

De inwoners van Jeruzalem willen geen huizen bouwen voor wie terugkeren uit de ballingschap. Iets dat je met het huidige nederzettingenbeleid niet kunt voorstellen... In Ezechiëls tijd willen de inwoners van Jeruzalem niet dat mensen die hun eigen weg waren gegaan zouden terugkeren en zich weer zouden vestigen rondom de tempel.

Wat is hun reden om de terugkeer van de ballingen tegen te houden?

Hoe ben je jezelf en kun je in vrijheid leven? (preek doopdienst 18 mei 2014)


Beluister de dienst op Kerkomroep (18 mei 2014)

Elke keer als ouders de keuze maken om het geloof ook aan hún kinderen door te geven, is dat reden voor een feest. En of dat nu met een doop bezegeld wordt of niet, of ouders een eerste keuze voor hun kinderen maken of de uiteindelijke keuze volledig aan hun kinderen laten, waar het om gaat is dat het verhaal van God doorverteld wordt. En daar mogen we blij om zijn. Want iets dat waardevol is, wil je graag delen en doorgeven. Zodat het niet verloren gaat. En dan gaat het niet eens om een bevestiging van onszelf, dat wij het dan goed gedaan zouden hebben, want het is niet óns verhaal. Het is Gods verhaal. Gods Evangelie, Gods goede boodschap voor mensen. Wanneer dat verhaal doorverteld blijft worden, worden we bemoedigd dat het verhaal blijft leven. En dat God met ons mee blijft gaan in ons leven. Wat God zegt, brengt iets teweeg. Al vanaf de schepping toen God sprak, en zijn woorden licht van duisternis scheidde, en orde in de chaos bracht, en de mens schiep. En vervolgens in Jezus, de nieuwe mens, Gods woord in vlees en bloed werd. En nog steeds brengen Gods woorden iets teweeg. Ze scheppen. Duidelijkheid. Nieuwe perspectieven. Ze geven richting. Ze bemoedigen en troosten. Ze inspireren.

Hoe kun je leven? Twee vragen
De betekenis van het geloof voor het leven van alledag laat zich volgens een Amstelveense predikant, deze week in Trouw, samenvatten met de vraag: hoe kun je leven? Die vraag kun je op twee manieren lezen: HOE kun je leven? En: hoe kun je LEVEN? De eerste tekst uit Deuteronomium gaat over het HOE; de tweede tekst uit Johannes gaat over hoe je kunt LEVEN.

Die tweede vraag naar het leven is misschien nog wel dwingender dan naar hoe we dat dan kunnen doen. Al zijn we geneigd graag iets te willen doen. Dat leidt ook af.

woensdag 21 mei 2014

Waarom ik ga stemmen bij de Europese Verkiezingen 2014

Ik wil leven in een vrij en open Europa.
Ik wil leven in een Europa waar ik vrij ben om te doen en te geloven wat ik waardevol vind.
Ik wil leven in een Europa dat open is naar onze verschillende culturen.
Ik wil vrij zijn om andere Europeanen te ontmoeten,
met hen te werken en te handelen.
Ik wil leven in een Europa dat gastvrij is voor wie een veilige haven nodig hebben in de wereld,
en eerlijk is naar hun kansen in hun eigen omgeving.
Ik wil in een Europa leven waar aan vrede gewerkt wordt, en dat die vrede uitdraagt.
Ik wil leven in een Europa dat geen bedreiging is voor buren, maar een teken van vrede is.
Ik wil leven in een Europa dat de handen ineenslaat, om de echte uitdagingen van deze tijd aan te pakken, voor het behoud van de aarde en de humaniteit.
Ik wil leven in een vrij en open Europa, dat mij niet altijd volgt, en waarin ik vrij kan communiceren.
Ik wil leven in een Europa dat zelf open en transparant is.
Een Europa van ons allemaal.

Dat Europa is er nog niet, en dáárom ga ik morgen stemmen.

Omdat ik anders hierna niet het recht heb mijn mond open te doen.

zondag 11 mei 2014

Wat is het password om te leven zonder angst? (Preek 11 mei 2014 - overstapdienst)


Beluister de preek via Kerkomroep

Wat is het fijn als je in vrijheid kunt leven. We staan er niet altijd bij stil. Het is eigenlijk ook wel heel normaal. Het is zo gewoon geworden dat we in vrijheid kunnen leven. Daarom hebben we daar op 4 mei bij stilgestaan. Omdat er 69 jaar geleden een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog. Een tijd waarin je niet in vrijheid kon leven, maar in angst moest leven. Omdat ons land bezet was en bezeten was van het idee dat je bepaalde mensen zomaar hun vrijheid af mag nemen. Omdat ze anders zijn dan anderen. Op 5 mei hebben we die vrijheid gevierd. Dankbaar mogen we zijn voor onze vrijheid. Juist omdat dat helemaal niet zo gewoon is. Kijk maar om je heen.

Kinderen in Nigeria durven niet naar school. Omdat de meisjes ontvoerd kunnen worden, en verkocht. Voor twaalf dollar. Op de markt. Kinderen in Syrië kunnen al helemaal niet naar school. Miljoenen mensen zijn met hun kinderen op de vlucht voor het oorlogsgeweld. Of ze kunnen niet weg uit de steden die omsingeld zijn door het leger of de rebellen. Dat hebben we hier niet, gelukkig. Jullie kunnen gelukkig naar school, ook al vind je dat niet altijd leuk. Maar dat is ook normaal. Het is wel fijn dat je dat zonder angst kan doen. En dat je weet dat je met je vrienden en vriendinnen kan spelen, dansen en van muziek genieten, en dat je straks een vak kunt gaan leren wat jij leuk vindt. Ook al weet je misschien nog niet wat je zou willen worden. Dat is ook niet zo belangrijk. Als je nu maar kunt zijn wie je bent.

Zorgen om onze vrijheid
Grote mensen maken zich wel een beetje zorgen. Maar daar zijn het ook grote mensen voor. Ze maken zich niet alleen zorgen over jullie, maar ook over de vrijheid waarin we kunnen leven. Blijft die wel?

zondag 4 mei 2014

Hoe kun je opbouwen als er zoveel wordt afgebroken? Preek 4 mei 2014


Beluister de preek op Kerkomroep

Met Pasen is er een nieuwe werkelijkheid doorgebroken. Jezus is niet dood. Hij leeft! We kunnen werkelijk een nieuw begin maken in ons leven, en bouwen aan een nieuwe wereld. Wat voor bouwstenen hebben we daarvoor nodig? Hoe kunnen we na Pasen bouwen aan de nieuwe wereld, en waar kunnen we op vertrouwen? Te meer omdat die wereld er helemaal niet zoveel anders uitziet na Pasen. Er wordt nog steeds veel afgebroken. Kijk maar in de Syrische steden, maar kijk ook dichtbij hoe levens en relaties kapot worden gemaakt. En soms staat in je leven geen steen meer op de andere na een diepingrijpende gebeurtenis door ontslag, scheiding, ziekte of welk ander ongeluk je ook treft, of waar je misschien zelf ook aan hebt bijgedragen. Ja, wijzelf zijn ook bij machte om het leven behoorlijk op zijn kop te zetten en zelfs af te breken. We zijn soms destructiever dan we willen zijn. Naar anderen toe, en naar onszelf. En dan glipt de hoop door je vingers en zakt de moed je in de schoenen. Waar bouwen we dan nog op?

Kort na de opstanding van Jezus zijn de leerlingen vooral verward. Twee leerlingen vertrekken zelfs uit Jeruzalem, terug naar huis in Emmaüs. Ze snappen niet wat er gebeurd is met Jezus. En op Hem vestigden ze al hun hoop. Maar Hij is dood. Hoewel, er zijn er die zeggen dat Hij leeft. Maar dat is toch onvoorstelbaar? Waar kunnen zij nog op bouwen?