zondag 25 december 2016

Waardoor laat jij je voeden met Kerst? Preek kerstmorgen 2016

Foto: Jonas Bengtsson (flick.com)
Wie het Kerstverhaal denkt, denkt aan vrede op aarde. Daarover zingen de engelen als ze de herders het goede nieuws hebben verteld: 'Vrede op aarde voor de mensen van wie God houdt.' Vrede is echter ver te zoeken. En wat kan een kind dan betekenen?

Huub Oosterhuis schreef een bijzonder gedicht voor het dagblad Trouw:

Eén vluchtkind kantje boord voorgoed geboren

Kerstmis 2016

Verschrikkelijk is de wereld.
Geen Jezus zal Aleppo redden
en zijn god
zwijgt zo diep in alle talen
dat het voelt alsof hij niet bestaat,
nooit heeft bestaan, niet kan, niet wil -
wat is er met mijn brein
dat ik hem steeds weer denk?

Er zal nooit, nergens
een begin van redding zijn
als niet ten minste één mens zegt
'hier ben ik'
en ziende om zich heen
zoekt of er nóg een is, nog twee of drie
met vonken licht 'hier ben ik'
in hun ogen.

In diepe nacht - geen ster te zien
geen engelenzang te horen -
zullen zij gaan
om wat misschien nog kan,
te hopen valt, te redden is

één vluchtkind kantje boord
voorgoed geboren.

Kerstmis is twee- of driemaal
niet te tellen naamloos velen
die 'hier ben ik' zijn
en doen wat moet gedaan.

Hier ben ik, Tijn

'Hier ben ik' zei een kind afgelopen woensdag in Breda bij het Glazen Huis. Zijn naam is Tijn. Hij is pas 6 jaar maar ongeneeslijk ziek. Een hersentumor zal voorkomen dat hij nog een jaar ouder wordt, vertelde een mri-scan een week ervoor. Hij wilde voor het goede doel nagels lakken, vertelde zijn vader. En Tijn wilde daarmee 100 euro ophalen. Het werd meer dan twee miljoen. Heel Holland Lakte voor Tijn, en daarmee voor het goede doel waar hij voor stond: behandeling door het Rode Kruis van kinderen met een longontsteking.

Het was opvallend en verbaasde iedereen hoe één kind zo'n verschil kon maken. En eigenlijk ook een langzaam op gang komende inzamelingsactie van Serious Request uit het slop hielp. Eén klein kind in een wereld vol duisternis.

Wat kan een kind het verschil maken. Kunnen we daarin geloven? Of is de vrede op aarde te ver te zoeken?

Wat doen wij? Wat doe jij? Wij eten op aarde deze dagen. We voelen ons er ongemakkelijk bij soms als we het zo zeggen. Maar tegelijkertijd past het, op een bepaalde manier, wel degelijk bij Kerst. Kerst is weldegelijk het feest van eten op aarde. Van een kerstdis op kerstmis. En dat geeft een bijzonder accent aan Kerst.

Broodhuis Bethlehem
'Hier ben ik'. Het Kerstkind kondigde zich aan, op weg naar Bethlehem. De stad van koning David, verre familie van Jozef. De man die Jezus zou aannemen als zijn zoon. Bethlehem is een mooie plaats voor het kind om geboren te worden. De plaatsnaam betekent namelijk brood-huis, Beth-lehem. Een broodhuis. Maar niet als een vreetschuur, maar als een bron van voedsel in schaarste.

Bethlehem had namelijk die schaarste zelf gekend. Bethlehem is de plaats waar eeuwen eerder, een paar generaties voor Koning David, God helemaal geen koning was. En als mensen zichzelf koning wanen vreten ze alles kaal, nemen en pakken ze wat ze pakken kunnen. En het voedsel raakte op. Er was een grote hongersnood. God was geen koning meer. En de man die zo heette, Elimelech, God is koning, ging dood. En zijn zonen waren lui en verveeld geworden, tot niets meer in staat. Ziek, zwak en misselijk, zo heten ze: Machlon en Kiljon, en zij gingen ook dood. Een van hun vrouwen was Ruth, en zij bleef als weduwe achter. Zij ging met haar schoonmoeder mee terug naar Bethlehem, dat haar schoonmoeder was ontvlucht vanwege de honger. Langzaamaan was er weer wat eten te vinden in Bethlehem. En Ruth deed het haar schoonmoeder en haar volk voor: ze raapte wat er over was van de oogst van het land. Niet pakken wat je pakken kan, maar nemen wat er over is. Daarmee niet nemen, maar ontvangen. En Boaz, een lid van de schoonfamilie van Ruth, zag het en nam haar tot vrouw.

Daarmee bracht Ruth, als buitenlandse aan het Joodse volk toegevoegd via het huwelijk, het besef terug dat we ons voedsel van God krijgen. Dat God ons voedt. Ja, we werken er zelf ook hard voor. En we proberen met allerlei technologie de verbouwing van gewassen te beïnvloeden, maar we kunnen het niet grijpen. We krijgen het, van God.

Jezus in een voerbak 
Zo wordt Bethlehem, door een vrouw van buiten die het verschil maakt, weer broodhuis. Zo werd ze de overgrootmoeder van koning David. Verre familie van papa Jozef. En zoveel eeuwen later was Bethlehem weer het broodhuis. In de voerbak in de stal lag een heel bijzonder kind, Jezus. Ja, in een voerbak. Nee, niet zomaar. Die stal staat voor een oude profetie van Jesaja, die aan het begin van zijn profetieën zegt: 'Een rund herkent zijn meester, een ezel kent zijn voederbak, maar de Israëlieten kennen hun Heer niet. Mijn volk wil niets van mij weten.' Met andere woorden: een rund weet van wie hij te eten krijgt, en een ezel ook. Maar wij niet. Wij denken zo vaak dat het allemaal van onszelf komt.

Wat voedt je? 
En dat kind in die voerbak herinnert daar weer aan. 'Hier ben ik' zegt het kind met zijn verschijning. 'Weet waar je je voedsel vandaan krijgt. Niets hebben jullie aan mijn komst hoeven doen. Sterker nog, er was niet eens plaats voor mij. En papa Jozef is een schat, maar hij is er ook niet aan te pas gekomen. Haal jij nu je voeding ook echt bij mij, hier in de voerbak van de stal in het broodhuis?'

Waar haal je je voeding vandaan? Jezus wil de voedselbron zijn. Ook met Kerstmis. Hij is de kerstdis met Kerstmis. Hij is het eten op aarde. Niks mis met dat eten. En ook niet met het samen eten. Als het maar altijd in het besef is dat we het krijgen. En dat we het gekregen hebben in een tijd van tekort.

Wie voedt je?
Want er is een tekort. Een tekort aan voedsel in de wereld. Maar ook een tekort aan mensen die zich door liefde laten voeden. Een tekort aan mensen die het verschil maken, waardoor de actie van Tijn ons zo versteld doet staan. Maar Tijn laat zien: het kan nog. Laat je voeden. Laat je voeden door Jezus, ons eten op aarde in de voederbak van het broodhuis.

De zes J's. En wat doe Jij?
Dan sluit je aan in de rij van de J's deze Advents- en Kersttijd. Na Jesaja, Jakobus, Johannes, Jozef en Jezus, ben Jij de zesde J. Wat doe jij? Laat je je voeden door de Kerstboodschap in alles wat je doet? Zeg dan om te beginnen simpel 'dank U wel' als je straks gaat eten. Leef in het besef dat je alles krijgt. En laat je voeden door de woorden van Jezus. Eet smakelijk!

zaterdag 24 december 2016

Hoe reageer je op Gods onvoorwaardelijke liefde? Preek Kerstnacht 2016

Foto: Dhinal Chheda (flickr.com)
Stel je toch eens voor, dat iemand voor jou een kind geboren laat worden. En dan niet als de uitkomst van liefde tussen twee mensen, maar als een geschenk, zomaar. Net zoals Jozef en Maria een kind krijgen. Zomaar. Het komt niet uit hen voort, want Jozef is de vader niet. Het kind wordt hen, wordt ons, gegeven.

Stel je toch eens voor, dat iemand voor jou een kind geboren laat worden. En dat het bij jou voor je deur ligt. Een kind waar je niet om hebt gevraagd. Een kind, dat je gegeven wordt. Wat zie je dan? We kunnen er van alles bij voelen. Vertedering, misschien ook ongemak. Maar wat zie je dan? Een kind laat als geen ander aan je zien wat het is om onvoorwaardelijk van iemand te houden. Wat je ook doet als geroutineerde ouder of oppasser, of als volstrekte leek, in al je onhandigheid soms en in al je nukken en chaos: dat kind houdt van jou. Onvoorwaardelijk.

Onvoorwaardelijke liefde
Het is daarom dat God een kind geboren laat worden. Om te laten zien hoe onvoorwaardelijk Hij van ons houdt. Eigenlijk zijn de geboorteverhalen maar een relatief kleine inleiding op een veel groter verhaal dat dertig jaar later in Jezus' leven begint. Dan treedt Jezus in de openbaarheid en zal hij vertellen en laten zien hoe groot Gods liefde is.

Dus waarom niet pas dertig jaar later starten? En waarom dat hele gedoe met die zwangerschap en die reis naar Bethlehem? Had God niet gewoon een goed mens kunnen uitzoeken dertig jaar later?

Twee redenen waarom God een kind geboren laat worden
Om twee redenen niet. Allereerst wil God iets van zichzelf geven. Vandaar dat er een kind geboren moet worden dat van Hem is. En waar Jozef dus niet aan te pas komt. Hij geeft iets van zichzelf. Hij neemt niet iets of iemand uit ons om ons iets duidelijk te maken over Hem. Nee, Hij geeft iets van zichzelf. En dat moet dus eerst geboren worden. En het moet opgroeien in onze wereld. En zo komt hij van buiten en van binnenuit tegelijkertijd. Een uit God en een uit ons.

De tweede reden om een kind geboren te laten worden is dat juist een kind laat zien wat het betekent om onvoorwaardelijk lief te hebben. Ja, een kind kan ook niet anders, want het is afhankelijk. Maar een kind weet ook niet beter. Of eigenlijk: het weet ook niet slechter. Want hoe meer je opgroeit, hoe meer je ook teleurgesteld wordt in de liefde van anderen. In de loop van je leven raak je door allerlei omstandigheden stukjes naïviteit kwijt, en ook stukjes van je onbevangenheid. Het onvoorwaardelijke gaat er een beetje, of een beetje veel, vanaf.

En zou je dan nog kunnen geloven in onvoorwaardelijke liefde van iemand anders? Zou je jezelf met alles wat je weet en kent en hebt ondervonden nog durven laten zien?

Geloven dat iemand onvoorwaardelijk van je houdt
Ook dat zijn twee dingen. Met anderen kunnen we veel in ons leven hebben meegemaakt dat ons een klein beetje of een beetje veel wantrouwend heeft gemaakt. Van de meest erge schending van vertrouwen in misbruik, tot allerlei dingen die je meemaakt met vrienden, familie, in relaties en op je werk. En dat hakt er in meer of mindere mate in. Je gaat toch niet meer zo makkelijk met vrienden om die je vertrouwen beschamen. Iets wat tussen geliefden gebeurd is kan niet meer altijd helen. Familie en in zekere zin ook collega's zijn je gegeven, en daarin kan een stukje 'tot elkaar veroordeeld zijn' zitten wat nooit vrij voelt, of waar je noodzakelijkerwijs in je hart of in het echt mee breekt, omdat niet te helen is wat er gebeurt of is gebeurd. En als je dat alles bij elkaar optelt, kun je dan nog geloven in onvoorwaardelijke liefde van iemand anders?

En wat doet dat met je eigen zelfbeeld? Kun je je voorstellen dat er van jou nog onvoorwaardelijk gehouden wordt? In veel relaties in familie, met vrienden, geliefden en collega's, merken we dat er voorwaarden worden gesteld om ons lief te hebben. Vaak voelen we allerlei verwachtingen waar we aan moeten voldoen. Overigens zit dat vaak in onszelf dat we dat voelen, maar dat is dan ook niet zonder reden. We hebben vaak genoeg gemerkt dat we niet voldoen aan de voorwaarden van anderen. En daardoor kun je zomaar ineens merken dat vrienden zich terugtrekken, familieleden niet naar jou vragen, collega's je negeren. En laten we onszelf niet hierbuiten zetten.

Zelf onvoorwaardelijk van iemand houden
Ook als je naar jezelf kijkt zul je vast merken dat je voorwaarden stelt, of in ieder geval verwachtingen hebt. En kun je houden van iemand waarvan je niets meer kan verwachten? Er zijn mensen die voor die levensgrote opdracht staan omdat hun partner, hun ouders of hun kinderen zo veranderd zijn, of zijn wie ze zijn. Anders dan je verwachtte of hoopte. En dan is liefde een opgave. Of misschien vanzelfsprekend, want 'dat doe je nu eenmaal'. Maar toch, het kan zwaar zijn. Maar ook buiten deze situaties kun je met vrienden, familie, geliefden en collega's voor de onmogelijke vraag te staan: kan ik houden van iemand waarvan ik niet kan verwachten wat ik wens of die is zoals hij is?

Al die verwachtingen die we ook zelf voelen van anderen maken het best lastig om te geloven dat iemand onvoorwaardelijk van ons zou kunnen houden. Laten we zeggen: we kennen onszelf, en dat zal voor een ander toch niet anders zijn. En we kennen ook onze eigen nukken, onze eigen vuile was. We zijn wie we zijn en we zien het in de spiegel. Zou er iemand onvoorwaardelijk van ons kunnen houden?

Ja! Iemand houdt onvoorwaardelijk van ons
Het antwoord met Kerstmis is: ja! De geboorte van Jezus laat zien dat God onvoorwaardelijk van ons houdt. Ook van jou? Ja, ook van jou! Kijk maar naar dit Kind. Dat niet voor niets Gods Zoon genoemd wordt. Hij is de selfie van God. Kijk naar dit Kind en je ziet hoe God van je houdt. Onvoorwaardelijk. Net als een kind.

Een redder
Over dat Kind zegt de engel tegen de herders: Vandaag is jullie redder geboren. Dat is Jezus. Zijn naam betekent: God met ons. En hij is onze redder. Waaruit redt hij ons dan? Van alles wat ons beschadigt heeft waardoor we niet meer onvoorwaardelijk kunnen liefhebben. Van alles in ons waardoor wij ook niet onvoorwaardelijk liefhebben. Van alles aan ons, waardoor we, ook door eigen schade en schande wijs geworden, voor onmogelijk houden dat we onvoorwaardelijk zouden worden liefgehad. Daarvan is Jezus onze redder.

Je naaste liefhebben als de selfie van God

Dit Kind, Jezus, vertelt ons dat God ons onvoorwaardelijk liefheeft. Vind er troost in, maar ook een bemoediging. Als het dan zo is dat we werkelijk onvoorwaardelijk worden liefgehad, misschien kunnen we dan ook weer een beetje meer proberen te vertrouwen op anderen. Minder bang om afgewezen te worden of pijn gedaan, want we worden al onvoorwaardelijk liefgehad. Misschien kunnen we ons een beetje meer oprichten als je twijfelt of je er mag zijn. Ja, je mag er zijn. En vertel je verhaal. En als een ander het toch niet wil horen, dan wil God het horen. Vat moed uit deze boodschap en ga ervoor. Heb lief, probeer het maar. Je wordt onvoorwaardelijk liefgehad. Door Jezus, door God.

vrijdag 9 december 2016

Het gloeit op school! Kerk en School 2.0 op het Landelijk Missionair Festival

Sandra Gaakeer, Adri Buijs en Otto Grevink
Het gloeit bij ons op de basisschool. Een protestants-christelijke basisschool waar ik ruim tien jaar geleden de eerste contacten mee legde. Inmiddels ben ik er de 'school-dominee'; iedere woensdagmorgen ben ik er. En doe ik wat men mij vraagt om te doen of wat mijn hand vindt om te doen. Ik leg een moeilijk bijbelverhaal uit in de klas, beantwoord vragen, werk mee aan projecten, stimuleer, motiveer. En ruim de vaatwasser mee uit. Ja, dat ook. Zo ben je samen op een plek waar de Geest waait en mensen laat gloeien.

We hebben een hele weg afgelegd hier naartoe, die vooral tijd vroeg en investeren in relaties. En we zagen dat puzzelstukjes in elkaar gingen vallen. En dat het zelfs logisch werd dat ik  als dominee vaker kwam, en uiteindelijk bleef. En dat allemaal, vooral omdat de kinderen enthousiast zijn.

Zo hebben we de relatie tussen Kerk en School opnieuw uitgevonden en een upgrade gegeven: Kerk en School 2.0. En zoals elke upgrade is er een lijstje van wat verbeterd is:

- Kerk en School 2.0 is niet meer kerkgericht, maar kindgericht
- Kerk en School 2.0 draait de geloofsopvoeding om
- Kerk en School 2.0 draait om relaties en herkenning, niet op oude, gestolde verhoudingen
- Kerk en School 2.0 zingt, swingt, gloeit

De releasedatum van Kerk en School 2.0 is 10 december 2016, op het Landelijk Missionair Festival op 10 december 2016 en is een initiatief van Sandra Gaakeer, Adri Buijs en ds. Otto Grevink.


Ben jij klaar voor je upgrade en wil je checken of jouw besturingsssysteem dat aan kan? We zien je graag bij de workshop van 11.00-12.00u!

maandag 14 november 2016

Hoe pioniert de EO?

Hoe communiceer je het christelijk geloof in deze tijd? De Evangelische Omroep heeft net als de kerken de missie om het Evangelie te communiceren. Maar hoe doen we dat in ieders eigen context? Kerken en omroep zoeken hier allebei naar en vinden elkaar in het pionieren. Dat bleek op een werkbezoek van de Raad van Kerken Nederland bij de EO, waar ik vanmiddag aan deelnam.

Drie handvatten
Om het christelijk geloof te kunnen communiceren gaf de EO in de persoon van manager Tineke van der Velde drie handvatten:
1. Ken je publiek en de context waar ze de boodschap ontvangen
2. Benoem en bewaak (!) je kernboodschap
3. Durf te variëren in de vormen (bijv. op diverse platforms)

Hoe expliciet ben je in die boodschap en voor wie is die?
Kun je in de huidige tijd wel helder zijn over je eigen geloof? Sluit je daarmee anderen niet uit? De EO wil in haar boodschap expliciet en inclusief zijn. 'Expliciet' gaat over transparantie over waar je voor staat: je bronnen en je normen en waarden. De boodschap gaat over Jezus. Punt. Maar die boodschap wil niet mensen uitsluiten. Vandaar 'inclusief'. Het sluit mensen niet uit, maar in. Een uitgangspunt dat ik ook tegenkwam bij een reis door Londen met pioniers in opleiding bij St. James' Piccadilly, waar men expliciet en inclusief met de boodschap omgaat en zo een helder profiel heeft, waarin ze zwervers en LGTB's en vele anderen welkom heten.

Net pionieren
Ik hoorde vanmiddag als pionier hele bekende uitgangspunten én dilemma's. Wat de EO doet is op veel fronten gewoon pionieren:
1. in de zoektocht naar hoe je in een seculiere - neutrale - omgeving binnen de mediawet toch expliciet kan zijn over je boodschap en open bent naar iedereen.
2. in de moeite met de achterban, of dat nu omroepleden of kerkleden zijn, waar je enigszins los van moet komen om gewoon te pionieren en mensen te bereiken die anders niet bereikt worden. Zonder je daarmee van je achterban te vervreemden.
3. rondom programma's en concepten kunnen zich communities gaan vormen, zoals bij Nederland Zingt, die reageren via Facebook en elkaar opzoeken op Nederland Zingt reizen. Meetups op zijn EO's.
4. de inzet van veelal jonge mensen op (social) mediagebied om echt bij de tijd te zijn.

Boeiend om de overeenkomsten te ontdekken tussen het pionieren van de EO en van de Protestantse Kerk. In december mag ik meewerken aan de Vermoeden vieringen op Radio 5. Ook zo'n 'pioniersplek' van Marleen Stelling. Ik verheug me erop te zien hoe daar gepionierd wordt. We blijven in gesprek. Dat hebben we afgesproken.

woensdag 9 november 2016

Het gelijk van de middelvinger

De kiezer heeft altijd gelijk. Daar heeft onze regering al problemen mee, laat staan de aanhangers van Hillary Clinton. Maar de kiezer heeft altijd gelijk. Dus ook als hij zijn middelvinger opsteekt. Maar wat moeten we ermee?

Met stijgende verbazing heb ook ik de opkomst van Donald Trump gevolgd. Bij tijd en wijle walgend. Maar de kiezer heeft altijd gelijk. Ook als hij zijn middelvinger opsteekt.

Wat zegt die kiezer? Dat is moeilijk, want hoe analyseer je een aardverschuiving? We zijn geneigd om te zeggen: ja, de kiezer zegt wel dat..., maar ze zeggen eigenlijk... Nee, ze zeggen wat ze zeggen. Deal with it.

Waar heeft de kiezer pijn?
En dat is moeilijk. Want de kiezer steekt denk ik echt zijn middelvinger op. Niet alleen Trump. Of Wilders. En dat doet pijn. Maar de kiezer heeft ook pijn. Voor zover ik het kan begrijpen denk ik dat hij de vele veranderingen beu is. Veranderingen, die alleen maar onzekerheid geven en hem niets opleveren. Nee, anderen lijken ervan te profiteren, maar hij niet. Voor het eerst komt er een generatie die het wellicht niet beter heeft dan de vorige. Die moet leven in een wereld met allemaal nieuwe invloeden. Nieuwe culturen, nieuwe technologieën. En nieuwe arbeidsomstandigheden die veel onzekerder zijn. En dat doet hem machteloos voelen. En het is een logische emotie van de kiezer om dan kwaad te worden.

De nieuwe redelijkheid is onredelijk
Die woede moet een plek krijgen, ook in onze verkiezingscampagne. En die moeten we niet meteen te lijf gaan met een 'nieuwe redelijkheid'. Want dit is de nieuwe redelijkheid: een onredelijke redelijkheid. En die heeft redenen te over om onredelijk te zijn. En zeg nooit tegen een onredelijk iemand dat hij onredelijk is. Als je dat wel eens gedaan hebt, dan weet je hoe feller het antwoord is.

Dictators kwamen op voor genegeerde mensen
En laten we niet te snel vervallen in dictatoriale parallellen. Kijk eens achter de opkomst van die dictatoriale regimes. Daar zat veel genegeerde onredelijkheid. Juist die parallellen moeten ons er alert op maken echt werk te maken van onze democratie, waarin mensen zich blijkbaar uitgesloten voelen. Niets te zeggen voelen hebben. En als dat onredelijk is, best. Maar de kiezer heeft gelijk, ook als hij zijn middelvinger opsteekt.

Geen middelvinger, maar een uitgestoken hand
Ik steek mijn middelvinger niet op. Niet naar de democratie, maar ook niet naar de kiezer. Want hoe erg ik er ook van baal, de kiezer heeft gelijk. En zo lang ik zelf ook een van die kiezers ben, zal ik hen niet afvallen. En mijn hand naar hen uitsteken.


woensdag 21 september 2016

Waarom heb je geen eigen plek in de kerk, maar is er wel voor iedereen plek? Overweging bij gemeenteavond over samenvoeging

Tekst: Efeze2: 8-22 

Efeze (bron: www.bijbelseplaatsen.nl)
In ons land ging de discussie de voorbije weken veelvuldig over de invloed in Nederland van de Turkse couppoging. Er is in Turkije na de couppoging een strijd aan de gang tussen aanhangers van de AK-partij en vermeende sympathisanten van Gülen. En die strijd lijkt over te slaan naar Nederland. De onrust die dat geeft houdt de gemoederen aardig bezig.

Wat de meeste verbijstering oproept is nog niet eens zozeer de onderlinge strijd, geloof ik. Wat de meeste verbijstering oproept is de agressie tegen de Nederlandse samenleving. Van nota bene in Nederland geboren Nederlanders van Turkse afkomst. Opmerkingen dat ze maar terug naar Turkije moeten gaan, terwijl ze daar nooit vandaan kwamen, komen voort uit de verbijstering dat sommige Nederlanders van Turkse afkomst kennelijk geen Nederlander willen zijn. Dit wordt dat afgezet tegen de trots die Amerikanen van buitenlandse afkomst hebben als ze eindelijk Amerikaans staatsburger worden. Waarbij ze zelfs openlijk elke loyaliteit aan de buitenlandse macht afzweren. Je bent en bent alleen Amerikaan. En daar zijn ze trots op.

Geen Nederlander willen zijn 
Wij in het oude Europa kennen dat niet, dat je een andere nationaliteit moet afzweren om Nederlander te kunnen zijn. En los van wat je politiek daarvan vindt nemen sommige mensen blijkbaar de ruimte om hun Nederlanderschap onder te waarderen. Waarop andere Nederlanders zeggen: ga dan maar weg. Je voelt dat dat eigenlijk niet kan, want waar moeten ze dan heen? Ze horen bij ons. En zelfs die zin is al niet goed: ze... Waarom laten wij ons verleiden tot hetzelfde wij-zij denken? Waarom bevestigen we wat zij zelf zeggen, namelijk dat ze geen Nederlander willen zijn? Ze zijn Nederlanders. Dat moeten ook wij niet ontkennen.

Hoe we hier politiek mee omgaan, dat is niet aan mij om daar iets over te zeggen. Ik beschrijf alleen maar wat ik zie en ik denk dat alle feiten kloppen. Er zijn Nederlanders die geen Nederlander willen zijn. Dat schokt en doet sommigen zeggen: ga dan maar weg. Waarmee we net zoiets raars zeggen als zijzelf. En we in wij-zij denken vervallen.

Geen christen willen zijn 
Ik moest hieraan denken toen ik het stuk uit de brief van Paulus aan de inwoners van Efeze las. Efeze, dat overigens in het huidige Turkije ligt.

zondag 18 september 2016

Waarin ligt de kracht van het geloof? Preek 17-09-16 bij de start van de Actieweek van Kerk in Actie


Vanavond zijn we met gelovigen uit verschillende kerken bij elkaar. Misschien zijn er ook belangstellenden onder ons, die zich niet zozeer tot een kerk rekenen, maar wel mee willen doen vanavond. Vanavond start een actieweek van Kerk in Actie die aandacht vraagt voor de kerken in het Midden-Oosten. Maar waarom zouden we voor kerken bidden? Er zijn toch veel meer groepen van diverse soort die op de vlucht zijn. Yezidi's, Moslims en anderen. Maakt het dan uit wat mensen geloven? En bovendien: is religie hier ook niet de bron van alle kwaad? Van al dat geweld? En moeten wij onszelf er niet voor behoeden om vromer te zijn dan we zijn, met een gewelddadig verleden achter ons? En nog meer geweld in naam van onze Heer in deze tijd?

Allemaal goede vragen die bescheiden maken. Maar vanavond vragen we aandacht voor iets anders. Ja, naast christenen worden ook heel veel andere gelovigen en mensen met andere achtergronden slachtoffer van het vreselijke geweld. Maar christenen in deze regio trekken zich dat aan. Het zit in het DNA van ons geloof om niet slachtoffer te blijven, maar ook wat te doen voor al die vele vluchtelingen. En de christenen in het Midden-Oosten maken vaak zelf deel uit van die groep vluchtelingen. En proberen op andere plaatsen iets voor hun medemensen te betekenen.

De rek is eruit
We bidden voor kerken, omdat ze vluchtelingen helpen. En omdat ze merken dat de rek eruit is. Het zijn er teveel. Het duurt te lang. En zelf zijn ze ook vaak slachtoffer en dragen ze onzekerheden en littekens met zich mee. "Heer, hoe lang nog?" We bidden voor kerken, omdat ze ons gebed nodig hebben om het vol te houden. En we collecteren en voeren acties door heel het land, om ze aan middelen te helpen, waarmee ze vluchtelingen kunnen opvangen.

Waarom blijven christenen toch helpen?
Wat is dat, dat kerken dat blijven doen? Dat christenen dat blijven doen?

zondag 11 september 2016

Wat brengt ons samen in de kerk? Preek 11-09-2016


Band Trinity tijdens het benefietconcert voor Finnspiration op 3 september jl. 
Wat brengt ons samen in de kerk? Vorige week hebben we nagedacht over wíe ons samenbrengt in de kerk. Dat zijn niet wijzelf, zelfs niet in al onze activiteit voor de kerk. Het is God die ons samenbrengt. Hij spreekt ons aan in ons leven in waar we in geloven, waar we voor staan, hoe we in het leven willen staan, in de zorgen die we hebben en de vreugden die we beleven. Daarin wil God ons aanspreken met zijn Evangelie. Dat gaat over ons leven. En in die zin roept Hij ons. Brengt Hij ons samen, ook vandaag weer in deze kerk.

En God brengt op zoveel meer plekken mensen samen, ook in de Kerk aan de Haven. En dat zijn niet noodzakelijkerwijs gescheiden plekken. Op alle plekken in de wereld waar mensen samenkomen worden mensen aangesproken door dezelfde God met hetzelfde Evangelie. Dat Evangelie kan op een andere manier spreken. En ook op een andere manier tot uiting komen in het gemeenteleven. Maar het blijft hetzelfde Evangelie dat spreekt van dezelfde God. Dus als God mensen samenroept, dan roept hij iedereen samen vanuit alle huizen en alle plekken om met elkaar samen te komen. Over kerkmuren heen.

God roept ons samen
Als ik mensen vraag hoe ze het in de kerk vinden, dan hoor ik vaak: leeg.

zondag 4 september 2016

Waarom zouden we samen kerk willen zijn? Preek 04-09-2016 over 'Samen aan tafel'

Tekst: Deuteronomium 24: 17-22 en Lucas 14: 1,7-14

Foto: Renaud Camus (Flickr.com)
De komende maanden gaan we als gemeente intensief kijken naar hoe we samen kerk willen zijn in de toekomst. Nu zijn we nog ingedeeld in twee wijkgemeenten: de Kerk aan de Haven en de Ambrosiuskerk. De wijkkerkenraden en velen van u hebben aangegeven dat dat wel anders zou mogen; dat we wel meer samen zouden mogen doen. Dus dat gaan we doen. Hoe we dat gaan doen, welke vorm dat onze gemeente krijgt, is onderwerp van gesprek de komende maanden.

Hoe sta je erin?
Je kunt heel verschillend in dit proces staan. Er wordt door kerkenraadsleden en anderen heel actief en enthousiast aan gewerkt. Anderen praten mee op de avonden, soms met een kritische, maar vaker met een voorzichtig positieve blik. Weer anderen wachten af. Sommigen zijn gelaten of zelfs sceptisch. Maar wij allemaal samen zijn gemeente. En hoe blijven wij gemeente voor iedereen? Hoe zijn wij eigenlijk samen gemeente?

Bij wie lag het initiatief voor de kerk?
Misschien is het dan wel eens goed om weer eens even stil te staan bij wie het initiatief lag voor deze gemeente. Wie nam het initiatief voor de kerk? Bij wie ligt de allereerste actie?

maandag 29 augustus 2016

Waarom gaat het leven niet makkelijk? Preek 28-08-2016

Tekst: Lucas 10: 1-3 en 2 Korinthiërs 4: 17-18
Kies je de makkelijke of de moeilijke weg?
Als je zou moeten kiezen, zou je dan onderweg naar de camping in de bergen door de tunnel rijden, of over de bergpas? Daar zijn allerlei overwegingen bij te bedenken, en twee mensen hadden daar een discussie over. De een zei tegen de ander: je bent gek als je over de bergpas gaat. Via de tunnel is het veel sneller, en gemakkelijker. En nee, dit is geen verhaal dat er uiteindelijk een urenlange file voor de tunnel stond. Het ging inderdaad gewoon sneller. En ’s middags om 4 uur zat de een al een koud biertje voor zijn tent. Een aantal uren later kwam de ander pas op de camping aan; degene die over de bergpas was gegaan. Zie je wel, zei de een, dat het door de tunnel sneller ging? O, daar heb ik nooit aan getwijfeld, zei de ander, maar ik heb het uitzicht op de bergtop gezien, en jij een donkere tunnel!
Geen makkelijke weg naar en in Haïti
Onze gast van vanmorgen, Rob Hulshuizen uit Haïti, heeft drie dagen gereisd op weg naar Nederland om ons hier vandaag te komen vertellen van hun project dat wij steunen. Drie dagen heeft hij gereisd. Een dag op de motor, een dag in een touringcar – en stelt u zich geen Franse tolwegen en een luxe touringcar van Kras voor – en een dag met het vliegtuig. Dat is nog eens een andere reis dan de meesten van ons hebben gemaakt deze zomer. Maar het is wel een reis die zijn roeping kenmerkt. Het gaat allemaal niet over de makkelijkste weg. Hun eerste reis om zich te gaan settelen in Haïti was nota bene op 11 september 2001, toen twee vliegtuigen zich in de Twin Towers boorden en één in het Pentagon. De weg die Rob en zijn vrouw Anne-Marie gegaan zijn om hun project te realiseren ging over veel hobbels en langs veel tegenwerking. Haïti is een moeilijk land om te werken. Veel corruptie, veel rampen. Soms lijkt het alleen maar van kwaad tot erger te worden.
‘Als alles gladjes verloopt zijn we met de verkeerde dingen bezig’

zaterdag 23 juli 2016

Mijn 3 missionaire zomertips!

In Brabant liggen zoveel mooie kansen voor de kerk. Graag wil ik je deze zomer een paar mooie zomertips meegeven om het komende seizoen meteen een mooie boost te geven!

Met een hartelijke groet en een hele fijne zomer gewenst!,

Otto Grevink, missionair predikant/pionier

Missionaire zomertip 1: Benefietconcert band Trinity voor Finnspiration
zaterdag 3 september 20.00u, Waalwijk

Lekker de zomervakantie met een inspirerend concert afsluiten, en een goed doel daarmee steunen? Ik nodig je graag uit voor een benefietconcert voor een club jonge mensen die zich inzetten voor een van hun kinderen.

Op het Landelijk Missionair Festival stalen ze al de show met hun zomerse aanstekelijke muziek: band Trinity. Drie broers zijn getogen in Zuid-Amerika, en dat hoor je in hun ritmische muziek, waarin ze aangevuld worden door een bassist. Inspirerende muziek. Luister maar naar hun nummers op Youtube.

Ze worden terzijde gestaan door cabaretier Timzingt. Timzingt staat bekend om zijn combi van ontroerende en hilarisch mooie liedjes, scherpe inzichten en (vrij) zinnige grappen over opvoeding, geloof, de liefde en tal van andere onderwerpen.

Trinity en Timzingt komen een benefietconcert geven voor Finnspiration. Een groep fietsers, waaronder twee dominees (en daar hoor ikzelf bij ;)), die gaan fietsen om geld in te zamelen voor onderzoek naar de ziekte Duchenne. We zijn allemaal geïnspireerd door Finn, een jongen van 10 jaar die Duchenne heeft. Tijdens dit concert sluiten we alle inzamelacties af en vragen we om een zegen voor deze fietsers. En genieten we vooral van de muziek.

Wil je dit concert mee promoten? Kijk op www.finnspiration.nl voor het verhaal achter de actie of neem contact op met de ouders van Finn: patrickenfemke@kpnmail.nl.

Locatie: Willem van Oranje College, De Gaard 4, Waalwijk, 20.00u

Kaarten kosten slechts €17,50 en zijn te krijgen via Truetickets.

Missionaire zomertip 2: JOP Coach Live
woensdag 28 september, middag of avond, Waalwijk

Ik hoor in Brabant veel vragen over jeugdwerk, en hoe je dat voor steeds minder kinderen en jongeren zinvol kunt inrichten. Ik heb meteen Ja! gezegd op een aanbod van JOP om een JOP Coach Live dag te organiseren bij ons in Brabant in de Ambrosiuskerk. Het programma is als volgt:

14.00u Middagprogramma: voor predikanten, kerkelijk werkers en professionele jeugdwerkers. 'Hoe draagt het jeugdwerk van de kerk bij aan het leven in verbinding met elkaar en met God?'

18.00u Maaltijd waarin deelnemers middag- en avondprogramma elkaar kunnen ontmoeten.

18.45u Avondprogramma: voor vrijwilligers in het jeugdwerk, zoals jeugdouderlingen, club-, tiener-, en kindernevendienstleiding en iedereen die kinderen en jongeren een warm hart toedraagt. Workshops over 'Vieren met alle leeftijden',  '16+ jeugdwerk', 'Kleine groepen', 'Relatiegericht jeugdwerk', 'Geloofsgesprek voeren'.

Locatie: Ambrosiuskerk, Ambrosiusweg 25, Waalwijk

Aanmelden via de website van JOP.

Missionaire zomertip 3: Missionaire verkendag
woendag 5 oktober, middag of avond, Etten-Leur

Brabantse protestantse kerken hebben zo hun eigen verhaal. Dat bleek al tijdens de eerste missionaire verkendag, die in Waalwijk werd georganiseerd op mijn uitnodiging. En wat een verlangen bleek er te zitten om meer van het geloof te delen!  Ruim 60 mensen kwamen op deze middag en avond af. En daarmee was het de bestbezochte verkendag van het voorjaar! Ook in Brabant kan er gepionierd worden!

Nu gaan we verder, meer in westelijke richting, naar Etten-Leur. Voor iedereen die daar dichterbij woont of eerder niet kon.

Locatie: De Baai, Lukaserf 2, 4871 ZM Etten-Leur

Van 14:00 tot 17:00 uur - voor predikanten, kerkelijk werkers en gemeenteadviseurs

Van 19:30 tot 21:30 uur - voor kerkenraadsleden, evangelisatiecommissies en belangstellenden

De Protestantse Kerk in Nederland maakt ruimte voor pioniersplekken: experimentele vormen van kerkzijn voor mensen die niets (meer) met de kerk hebben. We delen met u wat de huidige ontwikkelingen zijn in Nederland en wat dit voor u kan betekenen. Tegelijk kent pionieren in elke streek een eigen dynamiek en aanpak. Hoe kunnen we pionieren in regio West-Brabant? Waar liggen kansen en valkuilen?

Vanuit het landelijk projectteam pionieren begeleidt Erik Verwoerd deze dag. Natuurlijk is er ruimte om te bespreken hoe pionieren in uw context eruit zou kunnen gaan zien. Pionier Walter Willigenburg (Buurtvrij, Zeist) is aanwezig om met zijn verhaal te inspireren. Ook zal de Brabantse predikant/pionier Otto Grevink (Waalwijk) met zijn kennis van de Brabantse context ons ondersteunen.

U bent van harte uitgenodigd! De toegang is vrij. Wel graag aanmelden via missionair@protestantsekerk.nl, graag vóór donderdag 29 september. Bij vragen kunt u bellen met 030 880 1892 (secretariaat Missionair Werk). Meer informatie over pionieren vindt u op www.protestantsekerk.nl/ pionieren.


donderdag 14 juli 2016

Waarom Barack Obama zo goed preekt

Een preek van 40 minuten tijdens een uitvaart. Barack Obama deed het. En ik had er geen woord van willen missen. Wat maakte zijn preek zo goed?


Uit het hoofd en uit het hart

Wanneer je in het Engels iets uit het hoofd leert, dan leer je het 'by heart'. En dat is wat ik bij Obama zag. Natuurlijk geholpen door de meest geavanceerde autocue's rechts en links van hem (net in beeld) komt zijn hele preek uit het hart. Hij staat niet boven zijn gehoor, maar:

Hij kent de mensen

Obama kent de overledenen en hun families, alsof hij bij hen allemaal op bezoek is geweest. Hij weet wie ze zijn en wat hen drijft. Hoe ze 's ochtends na het ontbijt - 'misschien twee crackers', je ziet het voor je - naar hun werk gingen. Wat ze de avond ervoor gedaan hadden. Dat er één net getrouwd was en nog een hele toekomst voor zich had... 

Hij kent het probleem en ontwijkt het niet

Geen lieve woorden over eenheid die de problemen verbloemen, maar ook geen vinger wijzen naar anderen. Het is het probleem van heel Amerika. We hebben allemaal deel aan het kwade, zegt hij met zoveel woorden. Hij prijst mensen, en hij schetst tegelijkertijd het dilemma. Het gaat niet goed zo, maar het is ook niet hopeloos. Maar we mogen de verantwoordelijkheid ook niet afschuiven. Wij zijn allemaal verantwoordelijk. Hij begrijpt de angsten van zwarte mensen voor de politie; hij begrijpt de angsten van de politie. Obama durft scherp stelling te nemen. Op een zachte manier geeft hij wel degelijk een oordeel, waar hij zelf ook onder valt, want:

Hij spaart zichzelf ook niet; hij is deel van zijn publiek

'Kennelijk helpen mijn woorden die ik eerder sprak niet', zegt Obama. Hij stelt zich niet boven zijn publiek. Hij maakt er deel van uit. Ook hij maakt de ontwikkelingen mee. Ze grijpen hem aan. Hij probeert er iets aan te doen, en voelt zichzelf ook falen. 'Het maakt niemand compleet perfect, of compleet slecht; het maakt ons menselijk.' En dat laat hij zich ook zelf gezeggen, door de Bijbel:

Ik geef je een nieuw hart - bekering

De Bijbel als tegenover, zou je dat durven tijdens een uitvaart? Obama doet het. Geen lieve bijbelteksten als doekje voor het bloeden. Nee: 'In uw lijden is uw glorie'. 'Deze tekst stelt ons op de proef vandaag.' Hij gaat het niet uit de weg. Het is de enige uitweg. Want lijden geeft glorie, glorie geeft vasthoudendheid, vasthoudendheid geeft karakter, en karakter geeft hoop. Ga er maar aan staan tijdens een uitvaart. Als tweede uit het Johannes evangelie: Heb elkaar niet alleen lief met woorden, maar ook met daden. En dat gaat dus over ieders verantwoordelijkheid. 'Ik geef je een nieuw hart, zegt de Heer, en ik geef je een nieuwe geest. Ik zal je hart van steen weghalen, en je een hart van vlees geven. Daar moeten we voor bidden. Voor een open hart naar elkaar.' Op een bijzondere wijze preekt Obama hier oordeel, zonder over de mensen heen te praten, maar ze te kennen. Hij weet wat hen kwelt. En hij roept op tot bekering, zonder het met zoveel woorden te zeggen.

Een bijzondere preek

Wat mij zo raakt is dat Obama zonder zijn geloof op te leggen, en zonder iemand tekort te doen, wel de tekorten durft te benoemen, mensen kent en ze meeneemt naar een nieuwe weg.

Het zou mij een eer zijn om als ouderling van dienst te mogen zeggen: 'Vandaag gaat voor ds. Barack Obama', en een preek van 40 minuten te horen. Elke week.

zondag 10 juli 2016

Waarom zou ik mijn geloof willen uitdragen? Preek 03-07-16

Tekst: Lucas 10: 1-9 en 17-20

Wat heeft de tijd met ons geloof gedaan? Wat de tijd met de kerk heeft gedaan is duidelijk. De kerk is een minderheid geworden. Een kleine groep in de samenleving. En we merken dat aan den lijve als onze kinderen er niet meer voor kiezen om bij een kerk te horen of zelfs te geloven, of 'op hun manier' dat nog wel voortzetten. We merken het aan het kerkbezoek en aan de verzilvering, dat vind ik mooier klinken dan vergrijzing, van de leden van de kerk.

En wat heeft de tijd met ons geloof gedaan? Wat ik in reacties van gemeenteleden op #themakeofthepreek breder herken is dat we in ons geloof bescheidener zijn geworden. Er is veel gebeurd in het verleden van de kerk, waarin zij haar macht misbruikte. En veel mensen zitten niet meer te wachten op de kerk. Het roept zelfs irritaties op. Althans, dat verwachten we. En merken we vast ook aan den lijve. De tijd, en de vijandigheid die we kunnen ervaren, doet wat met ons. En het maakt ons bescheiden. Misschien wel erg bescheiden. Geloven we er nog wel in?

Wie zijn die 72?
En dan zien we Jezus 72 leerlingen uitzenden. Niet zijn naaste leerlingen, niet de twaalf. Nee, een veel grotere groep. Die in zijn aantal ook staat voor de volheid van Israël; zoveel nakomelingen als Jakob kreeg. Maar het getal staat ook voor het aantal volken in de wereld, en het symbolisch aantal talen dat er gesproken wordt. En die 72 worden uitgezonden, twee aan twee. Want het is beter om met zijn tweeën te zijn dan alleen. Maar ook: dan is er altijd een getuige bij. Nog anders gezegd: het staat voor waarachtigheid als je met zijn tweeën komt. Je bent niet zomaar een loslopende gek. Organisatorisch gezegd: Jezus werkt altijd met teams.

Dit uitzenden van 72 anderen komt ons dichtbij. Die apostelen kunnen we nog wel hebben. Dat zijn die twaalf die Jezus persoonlijk heeft uitgekozen. Maar dit zijn 72 anderen. En we voelen het appèl. Dit kunnen wij ook zijn. Een van die 72. Jezus bedoelt ook ons erop uit te zenden. En in kerkelijke termen gesproken: niet alleen de kerkenraad, die het wel voor ons opknapt, ook de andere gemeenteleden. Jij, jij en jij. Jezus doet hier een appèl op óns!

Weerstand verwachten als je met je geloof te koop gaat lopen
Maar gaan we zomaar naar buiten om met ons geloof te koop te lopen? We voelen ons er niet prettig bij als we het zo omschrijven. We verwachten weerstand. Maar dat niet alleen. We hebben ook geleerd bescheiden te zijn. En kijk nou eens naar David Maasbach. Een leider van een kerk die veel op televisie is. En die deze week in het nieuws is gekomen omdat hij zijn leden oproept met hun familie te breken. Kijk eens wat een ellende er in en door een kerk kan gebeuren? Maar wat hebben wij daarmee te maken? Natuurlijk moeten we onze plaats kennen als er zoveel negatiefs vanuit kerken gebeurt en is gebeurd. Maar wat hebben wij er verder mee te maken? Het gaat toch niet om ons?

Wees bescheiden maar voel je niet minderwaardig
Laat jezelf geen minderwaardigheidsgevoel aanpraten. Er zijn tal van redenen om bescheiden te zijn. In de eerste plaats al in onszelf. Maar ook door de reacties van anderen. Maar vergeet niet: het gaat niet om ons. We gaan misschien wel iets teveel van onszelf uit. Van ons eigen geloof, en of we dat wel kunnen uitdragen. Maar ook, of we er wel zin in hebben om al die negatieve reacties te ontvangen. Hoed je voor valse bescheidenheid. Het gaat niet om ons.

Gelukkig ook maar. Want het gaat om iets heel anders. 'De oogst is groot, maar arbeiders zijn er weinig; vraag dus de eigenaar van de oogst of hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen.'

Geloof je er nog in?
In hoeverre is dat nog reëel? Dat de oogst groot is? Dat hangt er vanaf of je erin gelooft. Dit is geen sociologisch verhaal. Van of er werk voldoende is en we dus aan de slag kunnen. Nee, het is een geloofsverhaal. De oogst is groot ja, ik geloof erin. Maar niet omdat ik dat zelf kan bereiken, maar omdat er een eigenaar van die oogst is. God.

En lieve mensen, ik ben in die oogst gaan geloven. Niet omdat ik het allemaal precies weet hoe we die oogst binnen moeten gaan halen. Ook niet hoe ik andere mensen moet overtuigen. Ik geloof in die oogst, omdat Jezus het zegt. Althans, dat probeer ik. Want ik voel natuurlijk ook de tegenslag, de negatieve reacties, de dichte deuren. Maar dat leert me vooral één ding over mezelf: dat de antwoorden niet uit mij moeten komen. Wel dat ik mezelf beschikbaar moet stellen om iets te kunnen laten gebeuren. Want als we achterover leunen gebeurt er inderdaad niets. Maar dan moeten we niet wijzen en zeggen: zie je wel? Want als we met één vinger wijzen, wijzen er altijd nog vier naar onszelf.

In het diepe gegooid om je beschikbaar te stellen
En dat is wat Jezus van de arbeiders vraagt. Er staat heel mooi letterlijk dat de eigenaar van oogst mensen niet zozeer wil sturen, maar wil uitdrijven, uitwerpen letterlijk. Dat heeft iets van in het diepe gegooid worden. En daar houden we doorgaans niet zo van. Want we willen weten waar we aan toe zijn en wat we gaan doen. Maar Jezus heeft eigenlijk geen plan, sorry. Ja, de oogst moet worden binnengehaald. Maar hoe en wat is niet van te voren te voorspellen.

En zo werkt het met missionair werk buiten de bestaande kerk ook. Dat is vooral je beschikbaar stellen. En in zekere zin ook zien wat er gebeurt. En daarin op zoek gaan wat geloof kan betekenen. Niet omdat jij dat wil, maar omdat de eigenaar van de oogst dat wil. Ga maar zoeken. Ook al weet je niet hoe het eruit ziet wat je zoekt. Ga maar zoeken.

Niet achterover leunen
En niet achterover leunen. Want dat doen we in de kerk teveel. We denken dat onze antwoorden en onze vormen en instituten toch voor zich spreken. Is dat zo? Hoe zouden wij achterover kunnen leunen, als mensen buiten de kerk steeds opnieuw moeten zoeken naar hoe ze hun leven kunnen leven? Blijven wij dan stilstaan? Of slechts wat vormen aanpassen?

Van Randwijk schreef een aangrijpend gedicht:

Wij, zonder geld op reis gegaan
en zonder buidel uitgezonden
om te genezen waar wij konden,
te zegenen waar and'ren slaan,
te vroeg vertraagde onze voet,
wij hebben ons te warm genesteld
en een weerbarstig fort gemetseld
rondom een volk dat trekken moet.

Daarom moeten wij erop uit. Niet omdat we het allemaal beter weten. Maar omdat we mee moeten trekken met mensen die ook moeten trekken. Hun leven door, elke dag opnieuw, zoekend naar hoe ze moeten leven. En dan is Jezus opdracht een belofte: de velden zijn wit om te oogsten. Niet iets wat we ook nog moeten doen, een hele grote klus. Nee, een belofte.

Niet zonder slag of stoot, maar wel met vreugde
Ja, dat zal niet zonder slag of stoot gaan. Maar als we de vreugde horen van de 72 als ze terugkomen, dan is die vreugde geen arbeidsvreugde omdat ze zo hard gewerkt hebben. Ze zeiden: 'Heer, zelfs de demonen onderwerpen zich aan ons bij het horen van uw naam'. Laat je niet afleiden door wat ze zeggen over demonen. Voor hen is dat taal om te laten zien dat blokkades bij mensen zijn doorbroken. Dat ze niet meer in bezit genomen worden door wat ons onmenselijk kan maken. Belangrijker is dat dat gebeurt bij het horen van Jezus' naam. Dat betekent geen abacadabra, als een soort toverspreuk. Nee, het is dus Jezus' naam die de doorslag geeft. Niet wat wij doen en verzinnen. Maar Jezus' naam. Niets meer en niets minder.

Omdat Jezus het zegt. Punt
Ik geloof dat de velden wit zijn om te oogsten. Omdat Jezus dat zegt. Een belofte doet. Laat je niet weerhouden door negatieve reacties, die er ongetwijfeld zullen zijn. Maar daar voorziet Jezus ook in: sla dan het stof van je voeten. Jammer dan. Natuurlijk laten we iedereen in zijn waarde, maar doe dat dan ook. Er zitten namelijk ook mensen wel te wachten op dat verhaal van Jezus. En niet omdat jij dat nou zo goed kan vertellen of precies allemaal weet, maar gewoon: omdat je beschikbaar bent. Wees beschikbaar. Nee, je hoeft er niet mee te koop te lopen, maar hou het ook niet voor je. Wees beschikbaar. Niet omdat je dan weer wat moet doen, maar omdat je niet achterover wil leunen. Wees beschikbaar. En de oogst zal groot zijn.

Waarom zouden we iets voor Jezus over hebben? Preek 12-06-16

Tekst: Lucas 7: 36 - 8: 3

Gisteren mocht ik mijn specialisatieopleiding tot missionair predikant afronden. En voor de duidelijkheid: het gaat dan niet om de missie en de zending naar verre oorden, maar om de missie hier in Nederland. Nederland is ook zendingsgebied geworden. Er zijn heel veel mensen die nog nooit over Jezus gehoord hebben, laat staan een kerk van binnen hebben gezien. We zijn geen land meer van een meerderheid van kerkgangers en kerkverlaters. De kerk is een minderheid. Voordeel daarvan is dat het ons niet kan laten rusten op onze lauweren, maar dat we ons steeds moeten realiseren waarom we bestaan en waaruit. De kerk is niet vanzelfsprekend.

In veel nieuwe missionaire initiatieven in kerken, buurthuizen, scholen, café’s en in de natuur zie je een nieuwe spirit, of eigenlijk de oude Spirit op een nieuwe manier aan het werk. Geweldig wat een enthousiasme van deze pioniers. Ze trekken erop uit en zetten opnieuw palen uit, maken zich het gebied en de mensen eigen en gaan op zoek. In de stad, in het dorp, op internet, op school, in het café en in de natuur. En ze hebben er veel voor over. Tijd, energie en middelen. Ze zijn er enthousiast voor.

Enthousiasme
Dat enthousiasme betekent letterlijk in God zijn. En-thou-siasme. In God zijn. En dat enthousiasme werkt aanstekelijk. Wat kunnen wij daarvan meepikken voor onze eigen gemeente? Waarom doen wij wat we doen en waarom willen wij daarmee door? Wat hebben wij ervoor over?

De pioniersgeest zit er bij Jezus en zijn volgelingen ook goed in. De contouren van de eerste gemeente zien we in het begin van hoofdstuk 8: Kort daarop begon Jezus rond te trekken van stad tot stad en van dorp tot dorp om het goede nieuws over het koninkrijk van God te verkondigen. De twaalf vergezelden hem, en ook enkele vrouwen die van boze geesten en ziekten genezen waren – en dan volgen de namen van Maria van Magdala, Johanna en Susanna – en nog tal van anderen, die uit hun eigen middelen voor hen zorgden.

Een bont gezelschap. Je kan niet anders zeggen. Niet de standaard gemeente. Nee, Jezus met de twaalf. Een heilig getal, maar we weten ook dat het gewone mensen waren die streden om wie het belangrijkste was, en waarvan er één Jezus zou verraden. Daarnaast een aantal vrouwen met eenzelfde verleden en heden en nog tal van anderen. Ongetwijfeld de Heer toegewijd, en in die zin een heilig gezelschap. Maar je voelt ook dat het tegelijkertijd inclusief de Twaalf een zooitje ongeregeld is. Saints and sinners, heiligen en zondaars tegelijkertijd. De gemeente zoals die is, ook nu.

En er staat dat ze er veel voor over hadden, voor die eerste gemeente. Er waren nog tal van anderen, die uit hun eigen middelen voor hen zorgden. Er is een grote bereidheid om te geven voor de gemeente van Christus, zoals dat vandaag ook nog zo is. Maar waarom?

Waarom geven we?
Waarom geven we? Uit onze eigen middelen, van onze eigen tijd? En als je dat niet doet of wilt, waarom zou je dat doen? Het verhaal van vandaag laat zien dat deze eerste volgelingen dat doen uit dankbaarheid. Ze willen liefde betonen. Maar waarom?
De vrouw die bij Jezus’ samenzijn met de Farizeeër binnenvalt tart Jezus’ gastheer. Hij kent haar verleden, be- en veroordeelt haar daarop. Maar ziet tegelijkertijd hoe intiem ze met Jezus is. Veel intiemer dan hij. Misschien maakt hem dat ook wel jaloers. Aan de andere kant: waarom zou hij? Wat heeft hij te winnen?

En Jezus houdt hem een gelijkenis voor: stel dat twee schuldenaars hun schuld kwijtgescholden krijgen, de één een grote, de andere een kleine, wie is de schuldeiser dan het meest dankbaar? Helder. Degene die er het meeste bij wint. Precies. En dan die vrouw, die niet met water, maar zelfs met tranen Jezus’ voeten wast. Die hem niet begroet met een kus op het hoofd, maar zijn voeten kust. Die niet zijn hoofd inwrijft met olie, maar zijn voeten met geurige olie. En dan zegt Jezus iets raadselachtigs, wat er op neerkomt dat zij Jezus zoveel liefde betoont, omdat ze beseft hoeveel vergeving ze krijgt. En dat iemand die weinig vergeving nodig heeft, weinig liefde betoont.

Wie betoont de meeste liefde?
Je ziet de farizeeër zijn wenkbrauwen fronzen. Want hij voelt zich eerder bij meer dan bij minder staan. Hij voelt zich meer dan de vrouw, terwijl Jezus eigenlijk zegt dat hij hem minder liefde betoont dan de vrouw. Hij voelt dat hij het toch eigenlijk allemaal erg goed doet. En het gekke is dat Jezus dat niet zal ontkennen, maar er wel bij zal zeggen dat dat dan ook minder oplevert. Kijk niet naar de beste mensen, maar naar degenen die veel erover over hebben om bij Jezus te mogen horen. Zij maken nog meer het verschil.

Dankbaarheid is hun drijfveer
Hun liefde voor Jezus komt voort uit dankbaarheid. Want ze voelen dat Jezus met hen verder wil, ondanks dat ze er af en toe een potje van maken. In al het gepruts is er altijd weer de dankbaarheid dat ze voor Jezus mogen bestaan, dat ze er mogen zijn, telkens weer opnieuw. Dat heet vergeving. En die hebben we allemaal nodig, in meer of mindere mate, of we dat nu willen weten of niet. En dat is niet erg. Want we mogen bestaan voor God.

Kun je je voorstellen dat mensen dan dankbaarheid voelen opkomen? Wauw, we mogen bestaan voor God. Ondanks alles en dankzij Jezus. Kun je je voorstellen dat dat ook iets in mensen oproept? Dat ze iets voor Jezus en zijn beweging willen gaan doen? De liefde is een antwoord op hun dankbaarheid.

Geloof als basis voor dankbaarheid
En Jezus zegt er nog iets cruciaals achteraan bij de vrouw: ‘Uw geloof heeft u gered; ga in vrede.’ Wat is dat geloof? Een hoog ideaal? En 10 voor het godsdienstexamen A en B? Nee. Dat geloof is je realiseren dat wij het niet goed kunnen maken, maar God wel. Dat het weer goed kan zijn, hebben we echt gekregen, gratis. We hoeven daar niets voor terug te doen, maar je voelt dat het wel iets in je oproept. Als dat toch zo is, dat God het goed maakt, dan wil je daar toch iets voor teruggeven. Danken en geven. Het hoort bij elkaar.

Altijd Thanksgiving in de kerk
Eigenlijk is het in de kerk een voordurend Thanksgiving. Danken en geven. En dat is de basis van alles wat we doen in de kerk. Dat we dankbaar mogen zijn, en van daaruit willen geven. Iets voor die beweging over willen hebben. Niet omdat we tijd of geld over hebben, maar omdat we iets van onszelf willen teruggeven.

Als je die dankbaarheid niet voelt, dan geef je jezelf leeg. En dan moet je je afvragen waarom je dan eigenlijk nog geeft. De dankbaarheid voedt. En brengt nog meer teweeg dan je uit jezelf bij elkaar zou sprokkelen aan tijd en geld.

Dankbaarheid in de huiskamerbijeenkomsten
Als je de komende tijd, misschien ook in de huiskamergesprekken, nadenkt over wat jij kunt betekenen voor de gemeente, denk dan eens niet eerst aan je overvolle agenda, want die is er, dat weten we. Die willen we niet overbelasten. Denk eens niet eerst aan je leeftijd, want die is er, dat weten we. Dat ontkennen we niet. Denk eens niet eerst aan te weinig talent, want dat talent is er wel, dat weten we. En we vragen niet wat je niet kan. Denk eens aan waar je dankbaar voor bent. In geloof. Waar ben je vanuit je geloof God dankbaar voor? Wat maakt hij goed, of wat draagt hij met je mee, dat je niet zelf kan? En wat roept dat in je op? Zou je er dan iets voor over hebben? Wat voedt die dankbaarheid? Wat zou je dan willen doen?

Nooit iets doen wat je niet kan
Het gaat niet om een motivatie vanuit de vraag ‘wat als de kerk niet meer zou kunnen blijven bestaan of open zou kunnen blijven?’ Dat is een negatieve vraag. En je voelt dat een motivatie die daaruit komt energie wegzuigt: vooruit dan maar weer. Zoveel mensen lopen op hun tenen. Maar dat vraagt Jezus niet. Denk nooit dat je iets moet doen dat je niet kan. Het gaat ook niet om de kerk in die zin. Die bestaat ook niet om zichzelf. De kerk bestaat zoals in het slot van ons verhaal. Uit mensen die uit dankbaarheid aan Jezus iets over hebben voor zijn beweging. Niets meer, maar ook niets minder.

Betekent die dankbaarheid dat we altijd iets moeten dóen? Dat zou te activistisch klinken. Jezus zegt tegen de vrouw: ‘Uw geloof heeft u gered; ga in vrede.’ Geloof is haar eerste antwoord op Jezus. Niet alles wat ze doet. Geloof is wat Jezus bij de vrouw ziet, en daar gaat het hem om.

Dat betekent dat als het om de toekomst van de gemeente gaat, vooral geloof belangrijk is. Geloof in Jezus, en dan zien wat dat in ons oproept. Dat is het. Niet meer en niet minder. En als je dan weinig mogelijkheden hebt, of je voelt dat je al genoeg gedaan hebt en niet meer kan, begin dan is met te bidden. Voor al die mensen de zich inzetten voor de gemeente. Maar vooral ook om de Geest. Dat de Geest blijft waaien en mensen aanvuurt. Laten we vooral blijven bidden. Het is immers niet onze kerk, maar Christus’ kerk. God dank.


zondag 15 mei 2016

God spreekt jouw taal (preek Pinksteren 15 mei 2016)


Gisteren schreef ik deze preek op het moment dat de nieuwe bisschop van Den Bosch werd geïnstalleerd, Gerard de Korte. De kerk moet volgens hem 'helder en gastvrij' zijn. Een kerk die niet verdeeld is, maar verbinding zoekt binnen de kerk en tussen de verschillende kerken. Hij herhaalde zijn verlangen naar goede contacten met protestanten. Na deze preek ging ik verder met mijn eigen preek en twitterde: na #dekortepreek nu een #langepreek... ;)

Het is niet gemakkelijk om het Pinksterfeest uit te leggen. De omstanders in het verhaal zeggen het al: 'Wat heeft dit alles te betekenen?' Het verhaal is nog wel na te vertellen. Maar je voelt het ongemak bij de 'soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreiden en zich op ieder van hen neerzetten'. De verteller lijkt er zelf ook wat moeite mee te hebben. Hij probeert het zo concreet mogelijk te beschrijven. En hij komt niet verder dan een 'soort' vlammen die zich 'als vuurtongen' verspreiden. Maar geen idee wat vuurtongen dan zijn. Het blijft vaag. Wat gebeurt hier nou eigenlijk? En vooral: wat betekent het?

Zoeken naar de betekenis van Pinksteren met kinderen
Een jaar geleden waren de leerkrachten van de Juliana van Stolbergschool blij dat ik juist toen begon om in het kader van mijn missionaire opleiding elke woensdagochtend op school te zijn. Want dan kon ik misschien wel Pinksteren uit komen leggen in de klas. Ga er maar aan staan. Het werd een zoektocht, samen met de leerlingen. Aan de hand van hun vragen. En deze week mocht ik weer. En juist op het moment dat ik dacht: nu kan ik het helder uitleggen, was er een leerling die na een half uur zei: ik snap nog steeds niet waar Pinksteren over gaat.

Het Evangelie vertellen is maatwerk
Het lijkt alsof je het antwoord nooit hebt, en het antwoord zich steeds opnieuw moet vormen. En misschien is dat juist de essentie van het Pinksterverhaal. Het is maatwerk. Het evangelie vertellen is maatwerk.

God spreekt jouw taal
Dat lees je ook in het verhaal over Pinksteren.

zondag 8 mei 2016

En wat, als je er even niet meer in gelooft? Preek Wezenzondag (en moederdag) 8 mei 2016

Tekst: Johannes 14: 15-21

Vandaag is het Moederdag en in de kerk Wezenzondag. Een bijzondere combinatie. Zeer velen maken mee dat ze hun beide ouders een keer in hun leven verliezen. En Jezus? Verliezen we hem met de hemelvaart? Jezus zegt dat hij zijn leerlingen niet als wezen achterlaat. Maar wat kunnen we daarmee? Voor onszelf, maar ook in de kerk? Een verweesd gevoel maakt zich wel eens van ons meester als we het gevoel hebben dat we er alleen voor staan, en dat het allemaal van onszelf afhangt. Ook in de kerk. Is er richting Pinksteren geen ander perspectief? Hoe blijft Jezus betrokken bij zijn kerk? En hoe kunnen wij daarop bouwen en vertrouwen? 

Wat een bijzondere combinatie van dagen is het deze zondag: het is Moederdag en in de kerk Wezenzondag. Ze versterken elkaar als je ze samen noemt. Als je vandaag Moederdag viert bij je moeder, dan weet je dat er eens een dag zal komen dat je geen moeder meer hebt. Natuurlijkerwijs gesproken. En als je dan ook geen vader meer hebt, hoe oud je ook bent, zul je toch wees zijn. Het is een belangrijk moment in het leven waar ik bij de uitvaart van een laatste ouder altijd even aandacht aan geef. Dat je geen ouders meer hebt.

Gemis
En in de reacties op de voorbereiding van de preek hoor ik dat ook terug. Dat hoe oud je ook bent, je je ouders kunt missen. Tegelijkertijd wordt ook verteld dat je je kinderen kunt missen. Als ze lang op vakantie zijn bijvoorbeeld. Dan is het toch fijn als ze weer thuis zijn. Maar ook: het zal je maar gebeuren dat je een kind moet verliezen. Of dat je weet dat natuurlijkerwijs gesproken het wel eens zo zou kunnen zijn dat je je kind overleeft. Herman van Veen verwoordde zo hoe moeilijk dat is: een vrouw wiens man is overleden heet weduwe, een man wiens vrouw is overleden weduwnaar, kinderen van wie de ouders zijn overleden heten wees, maar hoe noem je ouders die hun kind verloren hebben? Daar zijn geen woorden voor...

Natuurlijkerwijs gesproken komt het gelukkig het meest voor dat we wees raken, ergens in ons leven. Hoe vroeger dat is in je leven, het meer te vroeg dat voelt. Ik kan me er nog geen voorstelling bij maken. Voor anderen is die realiteit, ook als half-wees, maar al te waar. Het is de ervaring daarbij waar Jezus op aansluit als hij zegt: 'Ik laat jullie niet als wezen achter, ik kom bij jullie terug.'

donderdag 28 april 2016

Wat kies jij? Preek 17 april 2016

Tekst: Tien geboden uit de Groeibijbel deel 3; Johannes 15: 9-17 (Bijbel in Gewone Taal)

In de dienst van 17 april maakten de oudste kinderen van de basiscatechese hun overstap naar het jongerenwerk. Zoals ze na de basisschool ook naar de middelbare school gaan. Daar krijgen ze veel meer keuzevrijheid én verantwoordelijkheid. Wat kies jij? En hoe?

Wat is het grootste verschil tussen de basisschool en de middelbare school? De jongeren van de basiscatechese vertelden enthousiast over de musicals waar ze mee bezig zijn of mee bezig gaan, het kamp dat eraan komt, en natuurlijk: de nieuwe middelbare school waar ze naartoe gaan.

En wat zal er nou anders zijn als je naar de middelbare school gaat? Je moet zelf je rooster in de gaten houden, wanneer je op school moet zijn. Je moet zelf zorgen dat je in de lokalen van de verschillende docenten komt. Je moet zelf je huiswerk maken. Je zult veel meer zelf moeten doen.

En ook veel meer zelf mogen doen. Je mag zelf keuzen maken. Wanneer je je huiswerk doet, hoe je naar school fietst en met wie, misschien zelfs hoe laat je thuiskomt.

Vrijheid betekent ook verantwoordelijkheid
Maar ja, áls je je huiswerk maar maakt, naar school gaat en weer thuiskomt. Want dat je veel zelf mag en moet doen, betekent ook dat je een grotere verantwoordelijkheid krijgt.

zondag 27 maart 2016

Hoe is Pasen een antwoord op wat er allemaal gebeurt? Preek Pasen 27-03-16


Wat is er veel gebeurd de afgelopen dagen. Wat zijn we geschrokken van de aanslagen van dinsdag in Brussel. We zien de mensen nog voor ons die bevangen werden door complete paniek en radeloosheid, wegrennend uit het vliegveld en de metrotunnel. Of verborgen middenin het zwarte donker onder de grond, of de grijze stofmassa in de vertrekhal. En we beseffen: het komt wel erg dichtbij. Relativeren is goed: de kans dat je door een ander ongeluk om het leven komt is groter. Maar toch: juist de willekeur, de gruwelijkheid, en de paniek en de angst maken de indruk ervan veel heftiger.

Wat is er veel gebeurd de afgelopen dagen. Zo onder de indruk als mensen dinsdag waren,   zo vol waren mensen donderdag van het overlijden van een voetballer van naam. De ene verlosser drukte de andere bijna van het podium van The Passion. Totdat we ook beseften, denk ik te hebben gemerkt, dat als er één dat niet gewild zou hebben,dat Johan Cruijff zelf was. Die zijn ziekte en zijn crematie in besloten kring heeft willen houden. En dat is hem ook gelukt.

Wat is er veel gebeurd de afgelopen dagen. Misschien zit je ook wel even bij te komen hier van perikelen op het werk, het paasontbijt of -lunch op school of op het werk, de alledaagse zorg, de alledaagse beslommeringen van een gezin of van grootouder zijn, je eigen rouw en verdriet...

En toch wordt het Pasen
God heeft het hartstikke druk gehad deze week, schreef columnist en cabaretier Pieter Derks.

zaterdag 26 maart 2016

Actuele teksten bij kruiswegstaties - Goede Vrijdag 2016

Deze kruiswegstaties zijn gefotografeerd op een vakantie in Frankrijk, in een 12e eeuwse kerk in Alet les Bains. De staties komen vermoedelijk uit de 17e eeuw. De teksten actualiseren de staties en zijn geschreven door ds. Otto Grevink.


I          Jezus wordt ter dood veroordeeld 

Wie kan de liefde veroordelen?
Wie kan zijn handen in onschuld wassen als liefde ontkend wordt?
Wie kan de liefde ontkennen uit angst dat het je wel eens in zijn greep zou kunnen krijgen?
Dat je erdoor bevangen zou worden?
En dat het consequenties heeft voor je leven?
Wie durft zich te laten raken door de vele bootjes op zee?
En de mensen die in onze naam gevangen worden genomen?


II         Jezus neemt het kruis op zijn schouders

vrijdag 25 maart 2016

Hoe houden we het uit in de dreiging en de angst? Preek Witte Donderdag 24-03-16

Tekst: Exodus 12: 15-20; Lucas 22: 14-34 ; Johannes 14: 15-31

Op Witte Donderdag lezen we het verhaal, waarin Jezus tijdens het Joodse Paasmaal brood en wijn neemt en ons oproept dat te blijven doen. Ook als hij er niet meer is. Kennelijk vindt hij het heel belangrijk dat zijn leerlingen, en dat wij dat blijven doen. Waarom vindt Jezus die maaltijd zo belangrijk? Zo belangrijk dat het misschien wel het allereerste is waar je aan moet denken als het om een geloofsgemeenschap gaat: een maaltijd houden?

Zie het volgende even voor je: Jezus voelt de dreiging op hem afkomen. Hij voelt de vijandigheid van de religieuze leiders in Jeruzalem. En hij voorvoelt het verraad van Judas. Hij voelt: het gaat mis. En wat gaat er dan mis? Niet alleen zijn eigen leven, maar ook de beweging die hij op gang heeft gebracht. Die beweging wordt bedreigd en dreigt uit elkaar geslagen te worden. Alles lijkt voor niets als je het zo beschouwt.

Jezus slaat niet terug maar zoekt gemeenschap
Maar Jezus kiest er niet voor om terug te gaan slaan en zich af te weren. Dat had je je best kunnen voorstellen.

woensdag 23 maart 2016

Hoe kunnen we leven met de dood? Preek Palmpasen 20-03-2016


Er zijn van die weken, dan overvalt je het ene na het andere bericht van het overlijden van iemand. Het hoort bij het leven, zeggen we dan een beetje gelaten, maar toch. Het gaat tegen ons levensgevoel in. Het maakt niet voor niets verdrietig. En het ontmoedigt. Het is niet makkelijk om dan weer door te gaan. Het voelt op zijn minst allemaal erg dubbel als het leven toch gewoon blijkt door te gaan. En dan ga je er maar weer in mee. De een kan dat makkelijker dan de ander. Hoe dan ook voelt het dubbel. En meer dan twee kanten van dezelfde medaille. Het zijn eerder twee polen van een magneet. Die elkaar in dit geval niet aantrekken, maar afstoten.

Jezus' reis naar Jeruzalem lijkt ook steeds meer een reis te worden van afstoten dan van aantrekken. Voor een aantal mensen is hij erg aantrekkelijk door de woorden die hij spreekt en de wonderen die hij doet. Maar het verzet groeit. En Lucas vertelt dat op een bijzondere wijze. Als je een bijbel bij je hebt waarin je mee kunt lezen, dan zie je weer welke verhalen om het stukje heen staan, dat wij uit het Evangelie naar Lucas gelezen hebben. En dat is ook nodig, want ons stukje over de intocht in Jeruzalem wordt voorafgegaan door de zin: 'Na deze woorden trok Jezus verder, op weg naar Jeruzalem'. Vraag is dan natuurlijk: welke woorden? En wat hebben die te maken met dat Jezus zijn reis naar Jeruzalem vervolgt? In de bijbel is nooit niet voor niets. Dus ook dit verband niet: 'Na deze woorden trok Jezus verder, op weg naar Jeruzalem.'

Welke woorden van Jezus gingen aan het verhaal vooraf?
Deze woorden vormden de gelijkenis van de koning en de drachmen.