dinsdag 24 september 2013

Vrede is een Syrious Mission - overweging in de Vredesweek maandag 23 september 2013


Wat moet je bidden voor grote conflicten als in Syrië? We zien de verschrikkingen voorbijkomen op televisie: de ontelbare doden, de ongelofelijke verwoestingen, de mensenmassa’s op de vlucht. Waar moet je voor bidden? Ik bedoel: natuurlijk kunnen we bidden voor de slachtoffers, en om vrede. Maar tegelijk voelt dat zo machteloos. Hoe kan er nu iets veranderen? Hoe kan er een omkeer in de situatie komen? En wie is er goed? Wie is er kwaad? Een burgeroorlog is één grote in de war geraakte knoop van belangen en onderlinge conflicten. Moeten we bidden om de sterke arm van westerse bondgenoten om in te grijpen, of moeten we bidden om wijsheid voor de leiders? Dat laatste is wat we vaak doen: bidden om wijsheid voor de wereldleiders. En wat is dat dan?

Vandaag tijdens deze gebedsviering voor de vrede lezen we een lang en o zo menselijk verhaal: mensen krijgen niet wat ze willen hebben, of mensen willen niet geven wat er van hen gevraagd wordt, en dan hebben ze de neiging om te gaan slaan en op elkaar in te hakken. Hier zijn het twee mannen die een hanengevecht lijken uit te vechten, en dat lijkt niet goed af te lopen, in ieder geval niet voor de vrede.

En toch, toch is dat wel de insteek van het verhaal en van David. Vrede. En het verhaal eindigt er ook mee. Al moeten we eerlijk bekennen dat de Bijbelvertaling die we gebruiken het heeft weg vertaald. Laten we daarom maar eens beginnen bij het begin.

Hoofdstuk 25 van het eerste boek over de profeet Samuël begint met het bericht van zijn dood. Samuël sterft aan ouderdom, en hij wordt begraven. Samuël is een profeet. Dat wil zeggen iemand die laten we zeggen de stem van God laat klinken, zo je wilt het geweten laat spreken. Samuël is het geweten van Israël en diens koningen. Ja, en ook letterlijk koningen in meervoud, want het zit allemaal een beetje lastig in elkaar. Israël had eerst geen koningen en nu zitten ze er opeens met twee. Dat komt omdat Samuël eerst op Gods aanwijzing Saul aanwees als koning. Maar toen Saul God voor zijn karretje wilde spannen bedankte God voor de eer en droeg Samuël op nu David als koning te zalven. Dat leverde natuurlijk een tweestrijd op en Saul zette een heuse kruistocht op ‘to smoke him out of his hole and hunt them down’. David werd vervolgd en achtervolgd als een terrorist. Met tussentijdse bestanden, maar het gaat niet meer goedkomen tussen Saul en David.

En nu, nu is Samuël dood. Hoewel hij niets in te brengen heeft in het conflict tussen Saul en David, is hij wel het morele geweten van David. Want hoe voer je een strijd, en hoe ben je koning te midden van tal van conflicten? Geen enkele wereldleider kan voorkomen dat hij onderwerp is van conflicten en hoe ga je daarmee om? We weten niet in hoeverre David en de profeet Samuël nog contact hadden, en in hoeverre dat nog mogelijk was in het conflict, maar in de wetenschap dat Samuël er nog was kon David vooruit. En nu Samuël dood is? Het verhaal begint dat hij naar de woestijn van Paran gaat. Nee, letterlijker: hij daalt af naar de woestijn van Paran. Het is een neergang, misschien ook een morele neergang, lager bij de grond, platter, banaler. Hoe houdt David zijn moraal hoog?

De politicus in hem weet dat als je niets hebt, je moet zorgen dat je krediet krijgt door goed te doen en economische groei te verschaffen. Dat doet David door met zijn manschappen herders over de herders te worden, de schapen te beschermen, zodat de oogst van wol enorm is voor de eigenaar van de schapen, Nabal. En als er dan een groot schaapscheerdersfeest is, hoopt David aan te mogen schuiven uit dankbaarheid voor de bewezen diensten.

Maar nu leren we deze eigenaar kennen: Nabal zegt bot: nee. Zijn naam betekent Dwaas. En een dwaas is hij. En de bijbellezer hoort dan door die naam heen een zin uit een psalm: ‘De dwaas zegt: er is geen God’. Met andere woorden: een dwaas is in de bijbel iemand die aan niemand een boodschap heeft, aan God al helemaal niet, zijn eigen gang gaat en God noch gebod kent.

En dat, terwijl David in vrede kwam. Want dat staat er letterlijk. David zegt tegen zijn mannen dat ze tegen Nabal moeten zeggen: ‘Vrede zij u, vrede zij uw familie, vrede over al uw vee.’ Maar er is geen vrede als de ander hem niet aanneemt. En dan? David is woest. Hij heeft de neiging om als het niet goedschiks gaat de vrede dan maar kwaadschiks op te leggen. Is dat wel zo verstandig? Leert de recente wereldgeschiedenis ook niet dat hoe nobel ons streven naar vrede is, je vrede nooit kunt opleggen? Natuurlijk is er een zekere terroristische dreiging die je serieus moet nemen, maar in hoeverre is de steun voor die terroristen nu werkelijk afgenomen door het ingrijpen in Irak en Afghanistan? En wat is de wereld daar beter van geworden? Is er iets aan de hand? Ja natuurlijk, maar waar dien je de vrede mee? Kun je zomaar vrede opleggen met militaire middelen? Achter alle geo-politieke spelletjes tussen de grootmachten van deze wereld is dat toch uiteindelijk de vraag: waar dien je de vrede mee? En misschien is dat wel door juist in het klein iets te betekenen voor de slachtoffers van het conflict, zoals de kinderen in vluchtelingenkampen in Jordanië, die het kind van de rekening zijn.

In de mannenwereld van de bijbel is het niet zelden een vrouw die uiteindelijk de doorslag geeft. Abigaïl heet ze. Vaders vreugde betekent haar naam. Waar Nabal God de Vader links laat liggen, is Abigaïls Vaders vreugde. Vrouwe Wijsheid naast de Dwaas. Zij grijpt in op een andere manier. Zij zoekt de verbondenheid met David. Zij daalt met David af, zo staat het er. Zij daalt af David daalt af haar tegemoet. Als een mens zich zo verlaagt tot geweld moet je daar verbinding met hem zoeken, dat is pas vrede stichten. Drie keer staat er dat God David zo ervan weerhoudt het recht in eigen hand te nemen en bloedschuld op zich te laden. Het zou Davids toekomstig koningschap zwaar belasten, als hij bloed aan zijn handen heeft dat anderen kunnen vergelden. En het is niet aan David om het recht in eigen hand te nemen. Vrede is niet iets dat je af kunt dwingen met militaire middelen. Vrede is iets dat alleen met wijsheid gestalte krijgt. Vandaag krijgt het gestalte in Abigaïl. Drie keer staat er dat David zo ervan weerhouden is het recht in eigen hand te nemen en bloedschuld op zich te laden. Als het er drie keer staat, dan is God hier aan het woord. Twee keer zegt Abigaïl het; de derde keer neemt David het van haar over. Hij aanvaardt haar geschenken en zegt dan letterlijk: Ga heen in vrede!

In die vrede kan Nabal niet leven. Zijn hart versteent in zijn binnenste – zoals hij is zo zal hij zijn – en hij komt te overlijden. Abigaïl, die de verbinding zocht met David in een vredesverbond, wordt zijn vrouw.

Ook al hebben we het gevoel zo vaak het recht aan onze kant te hebben, of het recht te steunen, hoeveel rotzakken er ook aan de macht zijn die hun macht niet verdienen; echte vrede is een zaak van wijsheid. En van zachte krachten. Van het zoeken naar verbinding met mensen. Over grenzen heen van landen en culturen en religies. Soms ontberen wij de taalvaardigheid om elkaar te verstaan, en dan is er gelukkig nog de taal van muziek, waarmee de artiesten van Syrious Mission de kinderen in de vluchtelingenkampen even de oorlog laten vergeten. Afgedaald naar het vluchtelingenkamp worden ze even weer op de bergtop gezet met een uitzicht op vrede. Moge God die vrede geven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten