donderdag 9 mei 2013

Opstanding laat je stralen - preek Hemelvaart 9 mei 2013




Geluidsfragment/podcast via kerkomroep


Veertig dagen geleden was het Pasen. Op dat feest lazen we het verhaal van de getuigenis van de leerlingen dat Jezus is opgestaan. Opgestaan uit de dood. Reden tot grote blijdschap. Jezus is niet dood, Hij leeft! Het lijkt alsof de leerlingen daar in het verhaal van Lucas, zoals hij dat in zijn Evangelie en Handelingen vertelt; het lijkt alsof de leerlingen daar even aan moeten wennen, dat Jezus is opgestaan. We horen het verhaal van de twee leerlingen die onderweg waren naar Emmaüs. Zij begrepen niet wat er gebeurd was en bleven hangen bij Jezus’ dood. Hoezo opgestaan? En hoe dan? In het verhaal van Lukas krijgen de leerlingen veertig dagen om in het bijzijn van de opgestane Heer te wennen aan het idee dat Jezus is opgestaan. En als ze dan Jezus opgenomen zien worden naar de hemel, blijven ze nog een beetje schaapachtig naar de hemel staren. En wat is dit nu weer?

De apostel Paulus is geen leerling van Jezus zoals de anderen. Hij heeft Jezus niet van nabij meegemaakt. Hij heeft zogezegd geen deel uitgemaakt van Jezus’ aardse leven. Hij was zelfs van diens volgelingen een vervolger. Hij vervolgde als fanatieke Jood de mensen die de Jood Jezus de Messias en de opgestane Heer noemden. Maar deze Paulus, die toen nog Saulus heette, werd zelf geconfronteerd met de opgestane Heer. Op weg naar Damascus verscheen Jezus als de Opgestane aan hem. Zo raakte Paulus overtuigd van het gelijk van de mensen die hij eerst vervolgde. Hij noemt zichzelf daarom ook niet voor niets ‘de minste onder de leerlingen’.

Omdat Paulus Jezus dus enkel kent als de Opgestane, is het ook niet zo gek dat hij de Opstanding als het kernthema van het geloof zo nadrukkelijk naar voren brengt. De betekenis van Jezus voor ons, en voor onze relatie met God, is dat Hij is opgestaan. Het is het kernthema geworden van het vijftiende hoofdstuk van de eerste brief van Paulus aan de inwoners van Korinthe. Door dat hoofdstuk in stukjes tussen Pasen en Pinksteren te lezen worden wij net als de leerlingen bij Lukas meegenomen stukje bij beetje in dat ongelofelijke maar geloofwaardige, dat Jezus is opgestaan.

Want het is nogal wat om te geloven dat Jezus is opgestaan. En dat wij in Zijn kielzog ook zullen opstaan. De voornaamste vraag die we dan toch stellen is: hoe dan? Paulus geeft daar vandaag antwoord op. En dat antwoord geeft ook licht op Hemelvaart. Want ook de hemelvaart is moeilijk een betekenis te geven voor ons geloven hier en nu. Nu lijkt Paulus het verhaal van de hemelvaart zoals wij dat vandaag lezen niet te kennen of niet mee te nemen. Voor hem gebeurt dood, opstanding en verhoging in een en dezelfde beweging. We lezen bij Paulus niet over veertig dagen waarin Jezus rondliep met zijn leerlingen. Maar de betekenis van Hemelvaart horen we wel bij Paulus als hij de vraag beantwoordt hoe de doden dan zullen opstaan.

Paulus ziet de worsteling van de inwoners van Korinthe en misschien ook wel onze worsteling om een voorstelling te maken bij de opstanding van de doden. Dood is immers toch dood? En hoe kan wat vergaat, ons lichaam, dat al aftakelt tijdens ons leven, nu mee opstaan uit de dood? Paulus had het zich er makkelijk vanaf kunnen maken door te zeggen dat het alleen de ziel is die opstaat, maar dat doet hij niet. Paulus probeert met een vergelijking met een zaadje duidelijk te maken dat mensen ook zullen opstaan met een lichaam, maar met een nieuw lichaam. Zoals een zaadje sterft in de grond als het is gezaaid, en daarna zijn eigen vorm geeft aan wat eruit voortkomt, zo sterft ook het aardse lichaam, en krijgen we er een nieuw, geestelijk lichaam voor terug. Waarom zo moeilijk? Omdat Paulus daarmee uit wil drukken dat wij uniek zijn en uniek blijven voor God. En dat het leven van ieder van ons, of je nu lang hebt geleefd of kort, of het nu succesvol was of door diepe dalen ging, of je geslaagd bent of steeds niet slaagde in wat je voor ogen had; al onze levens zijn voor God van eeuwigheidswaarde. Dat is wat Paulus bedoelt als hij zegt: Wat in vergankelijke vorm wordt gezaaid, wordt in onvergankelijke vorm opgewekt. Ons leven heeft voor God eeuwigheidswaarde. En de opstanding na onze dood herschept wie wij zijn, ziel en lichaam.

Dat Jezus is opgestaan uit de dood, en dat wij in zijn kielzog zullen opstaan, straalt terug op ons leven hier en nu. Omdat het leven nooit zinloos is in het licht van de opstanding. En omdat het nooit zinloos is om je in te zetten voor anderen, hoe uitzichtloos hun situatie ook is en hoezeer het leven ook doodloopt. Vandaag wordt dat op Hemelvaart nog eens extra benadrukt, met een paar verzen bij Paulus die draaien om het woord ‘schittering’ of ‘glans’. Paulus verlaat even zijn vergelijking over het zaadje en zegt dan in vers 40: ‘Er zijn lichamen aan de hemel en lichamen op aarde, maar de schittering van een hemellichaam is anders dan die van een aards lichaam.’ En vervolgens heeft elk hemellichaam ook zijn eigen schittering. En dan zegt Paulus dat het ook zo is met de opstanding van de doden: ‘wat onaanzienlijk en zwak is wanneer het wordt gezaaid, wordt met schittering en kracht opgewekt.’

Opstanding laat je stralen. Misschien is dat ook wel het voornaamste dat er gebeurde met Hemelvaart. We noemen het ook wel de verhoging of verheerlijking van Christus, maar wat betekent dat nou? Ik denk dat die hemelvaart ons een doorkijkje geeft in de hemelse werkelijkheid na de opstanding. Dat de leerlingen iets van die schittering die Paulus noemt gezien hebben. Net zoals het stralende licht dat de leerlingen bij Jezus en Mozes en Elia op de berg zagen, waarna Mozes en Elia ineens weg waren in een groot licht, dat dat hier met Jezus gebeurt. De leerlingen kregen een doorkijkje in de hemelse werkelijkheid na de opstanding. En die schitterende werkelijkheid van een nieuw leven dat glans krijgt, moet de leerlingen en ons bemoedigen om verder te gaan.

Want dat het leven hier aards is en doodloopt, en dat velen van ons dat aan den lijve, ook vaak letterlijk, ervaren, wordt gedragen door de hemelse werkelijkheid dat ons leven van eeuwigheidswaarde is. Jezus is bij God, vertelt het hemelvaartsevangelie. En Hij gaat ons daarin voor. Hij is onze voorspraak bij God, om ons leven niet te laten blijven bij wat het nu is, dat hoe mooi het ook kan zijn, het leven hier wel afloopt, doodloopt. Die hemelse werkelijkheid laat ons stralen. Die verheerlijking geeft ons schittering. Omdat ons leven van eeuwigheidswaarde is, mag dat van ons afstralen. In waar we voor staan, en in waartegen we opstaan. Als we zien dat mensen lijden onder onrecht. Als we zien dat mensen verloren dreigen te gaan door wat hen wordt aangedaan of wat er in hen woedt aan onrust en pijn. Het mag van ons afstralen als we ons inzetten voor anderen, en het mag van ons afstralen als we in ons eigen leven ergens voor gaan. Voor dromen en idealen die misschien allemaal niet zo realistisch lijken, maar die getuigen van een andere, hemelse, werkelijkheid, die wel degelijk ook hier voet aan de grond kan krijgen. Ongekende mogelijkheden laat zien. Doen wat goed is, niet omdat het verstandig is, maar omdat het goed is. Punt. Durven kijken voorbij wat er zich voor je neus afspeelt en kijken of het niet anders kan. Omdenken en niet vastdenken. Niet bij problemen blijven staan, maar mogelijkheden zoeken. En ja, dat is niet makkelijk, want nee, het leven is niet altijd leuk, of misschien zelfs altijd niet leuk. Maar het leven is niet meer alleen dit leven hier en nu, het staat in het stralende licht van de opstanding van Christus en zijn hemelvaart, waarin Hij bij God onze voorspraak is. Om ons te laten delen in Zijn opstanding. Zodat niets verloren gaat van wat Gods hand met ons begon. Straal dat uit in je leven en ga daarmee verder. Op weg, net als de leerlingen, in de belofte dat Zijn Geest ons zal helpen. Ook hier zijn we niet alleen, we hebben niet alleen een Voorspreker in de hemel, maar ook een Pleitbezorger hier op aarde. Maar dat is de volgende stap op weg naar Pinksteren. In het verhaal dat de komende dagen verder gaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten